Typen schijven die je op de Mac met Time Machine kunt gebruiken
Je kunt Time Machine gebruiken met een AirPort Time Capsule, met een NAS-apparaat (Network-Attached Storage) dat Time Machine via SMB (Server Message Block) of AFP (Apple Filing Protocol) ondersteunt, of met een extern opslagapparaat dat rechtstreeks op je Mac is aangesloten (zoals een USB- of Thunderbolt-schijf). Als een schijf uit partities bestaat, kun je een van de partities gebruiken voor je back‑upschijf.
Tip: Als je de keuze krijgt tussen SMB en AFP, gebruik je SMB om een back‑up te maken op de externe back‑upschijf.
Met Time Machine kun je geen back‑ups bewaren op een iPhone, iPad of iPod of op een schijf die is geformatteerd met de Windows-structuur. Als je een schijf aansluit die met de Windows-structuur is geformatteerd, kan deze schijf opnieuw worden geformatteerd met een Mac-structuur (waarbij alle gegevens definitief worden verwijderd) en als back‑upschijf worden gebruikt.
Je kunt het best een schijf met de structuur 'APFS' of 'APFS versleuteld' als Time Machine-back‑upschijf gebruiken. Als je een nieuwe back‑upschijf selecteert die nog niet als APFS-schijf is geformatteerd, wordt je gevraagd om de schijf te wissen en opnieuw te formatteren. Als de schijf de structuur 'Mac OS Uitgebreid' heeft en al een Time Machine-back‑up bevat, wordt je niet gevraagd om de schijf te wissen en opnieuw te formatteren.
Opmerking: Het hele APFS-volume is gereserveerd voor Time Machine-back‑ups. Als je op dezelfde fysieke schijf ook andere bestanden dan de Time Machine-back‑up wilt bewaren, gebruik je Schijfhulpprogramma om een extra APFS-volume op de schijf aan te maken. De twee volumes delen dan de beschikbare schijfruimte.
Je kunt met Time Machine ook nog steeds back‑ups maken op schijven met de structuur 'Mac OS Uitgebreid (journaled)', 'Mac OS Uitgebreid (hoofdlettergevoelig, journaled)' en 'Xsan'.
Als de schijf een partitie van het type 'MBR' (Master Boot Record) gebruikt, zijn sommige partities mogelijk niet beschikbaar voor gebruik met Time Machine.
Als je netwerkserver of NAS-apparaat ondersteuning biedt voor Bonjour-meldingen voor Time Machine, kun je ook Time Machine-back‑ups configureren als je geen verbinding met de server hebt. Als je server deze meldingen niet ondersteunt, kun je de server mogelijk nog steeds als Time Machine-doellocatie configureren door via SMB verbinding met de server te maken en vervolgens de geactiveerde netwerkschijf te selecteren. Nadat je de netwerkschijf in de Time Machine-instellingen hebt geconfigureerd, wordt automatisch opnieuw verbinding gemaakt met de schijf wanneer het tijd is om een back‑up te maken of gegevens te herstellen.
Als de back‑upschijf zich in een netwerk bevindt, kan de netwerkserver SMB-bestandsdeling gebruiken. (Je Mac moet zijn verbonden met de SMB-server wanneer je Time Machine gaat instellen.) Nadat je de netwerkschijf in de Time Machine-instellingen hebt geselecteerd, wordt er automatisch verbinding gemaakt met de schijf wanneer het tijd is om een back‑up te maken of gegevens te herstellen.
Opmerking: Sommige netwerkschijven van andere fabrikanten dan Apple bieden geen ondersteuning voor Time Machine. Als je de schijf niet ziet in de lijst met apparaten die beschikbaar zijn voor Time Machine-back‑ups, neem je contact op met de fabrikant van de schijf.