
Een printer of afdruktaak bekijken via het Dock op de Mac
Terwijl een document wordt afgedrukt, kun je de status van je printer bekijken in het Dock. Je kunt een afdruktaak ook pauzeren, hervatten, annuleren of wijzigen.
De status van je printer controleren
Tijdens het afdrukken verschijnt het symbool voor je printer in het Dock. Op het symbool kan een badge worden weergegeven die de status aangeeft.
Rode badge: De printer is bezig met afdrukken. Op de badge wordt het aantal afdruktaken in de afdrukwachtrij aangegeven.
Groene badge met een pauzesymbool: De printer is gepauzeerd. Als je naar deze printer afdrukt, wordt je gevraagd of je het afdrukken wilt hervatten of de afdruktaak in de wachtrij wilt plaatsen om later af te drukken. Als je een afdruktaak in de wachtrij plaatst, blijft deze daar staan tot je het afdrukken hervat. Je kunt dit bijvoorbeeld doen als je momenteel geen verbinding met een printer hebt.
Gele badge: De printer heeft een probleem dat moet worden verholpen. Er kan bijvoorbeeld sprake zijn van een papierstoring of er moet inkt, toner of papier worden toegevoegd. Het kan zijn dat je de afdruktaak handmatig moet hervatten nadat je het probleem hebt opgelost.
Als je meer informatie over een afdruktaak wilt weergeven, klik je op het symbool voor de printer in het Dock. Je ziet voor elke afdruktaak een voortgangsbalk en daaronder berichten die aangeven of het document wordt afgedrukt of in de wachtstand staat. Als een afdruktaak bijvoorbeeld is onderbroken, zie je 'Onderbroken' onder de afdruktaak.
Afdrukken pauzeren, hervatten, annuleren of wijzigen
Klik op de Mac op het symbool van de printer in het Dock terwijl een document wordt afgedrukt.
Als je informatie wilt zien over afdruktaken, kies je 'Taken' > 'Geef snel weer' en kies je vervolgens 'Taken' > 'Toon mijn taken' of 'Taken' > 'Toon taken van iedereen'. Voer een of meer van de volgende stappen uit:
Een afdruktaak pauzeren: Selecteer de taak en klik op de kleine knop met de twee lijnen aan de rechterkant.
Om het afdrukken van alle taken naar een printer te pauzeren, klik je op de pauzeknop in de knoppenbalk.
Een afdruktaak hervatten: Selecteer de taak en klik op de kleine knop met de gebogen pijl aan de rechterkant.
Om het afdrukken van alle taken naar een printer te hervatten, klik je op de knop 'Hervat' in de knoppenbalk.
Een afdruktaak verwijderen: Selecteer de taak en klik op de kleine knop met een X aan de rechterkant.
Je kunt geen afdruktaken verwijderen op de gedeelde printer van een andere gebruiker.
Tijdens het afdrukken naar een bepaalde pagina gaan: Selecteer de afdruktaak voor het document en klik aan de rechterkant op de kleine knop met de twee lijnen. Kies vervolgens 'Taken' > 'Hervat taak vanaf pagina' en voer een paginanummer in.
Een afdruktaak naar een andere printer verplaatsen: Open de vensters van beide printers en sleep de afdruktaak van de huidige printer naar de andere printer.
Je opent het venster van een printer door de instellingen voor 'Printers en scanners' te openen, op de gewenste printer in de lijst 'Printers' te klikken en op 'Open afdrukwachtrij' te klikken.
Informatie over voltooide afdruktaken bekijken
Nadat je je document hebt afgedrukt, kun je informatie over het document bekijken, zoals de tijd en de datum.
Kies op de Mac Apple-menu
> 'Systeeminstellingen' en klik op 'Printers en scanners'in de navigatiekolom. (Mogelijk moet je omlaag scrollen.)
Klik op de printer in de lijst 'Printers' en klik op de knop 'Printerwachtrij'.
Kies 'Venster' > 'Toon voltooide taken' en voer vervolgens een van de volgende stappen uit:
Je afdruktaken bekijken: Kies 'Taken' > 'Toon mijn taken'.
Afdruktaken van andere gebruikers op deze computer bekijken: Kies 'Taken' > 'Toon taken van iedereen'.