Instellingen voor de MDM-payload 'E‑mail' voor Apple apparaten
Je kunt mailaccounts configureren voor gebruikers van iPhones, iPads en Macs die bij een MDM-oplossing (Mobile Device Management) zijn ingeschreven. Met de payload 'E‑mail' kun je POP- of IMAP-e‑mailaccounts voor gebruikers configureren. Apple apparaten ondersteunen de e‑mailstandaarden IMAP4 en POP3 op diverse serverplatforms, waaronder macOS, Windows, UNIX en Linux.
De payload 'E‑mail' ondersteunt het volgende. Zie Payloadinformatie voor meer informatie.
ID ondersteunde payload: com.apple.mail.managed
Ondersteunde besturingssystemen en kanalen: iOS, iPadOS, gebruiker van gedeelde iPad, macOS-gebruiker, visionOS 1.1.
Ondersteunde inschrijvingstypen: gebruikersinschrijving, apparaatinschrijving, automatische apparaatinschrijving.
Duplicaten toegestaan: Waar: Er kunnen meerdere payloads 'E‑mail' worden aangeboden aan een gebruiker of apparaat.
De instellingen in de onderstaande tabel kunnen worden gebruikt met de payload 'E‑mail'.
Accountinstellingen
Instelling | Beschrijving | Vereist | |||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Accountbeschrijving | De weergegeven naam van de account. | Nee | |||||||||
Type account | Selecteer POP of IMAP. Als IMAP wordt geselecteerd, kun je optioneel een padprefix toevoegen. | Ja | |||||||||
Weergegeven naam gebruiker | De weergegeven naam van de gebruiker. | Ja | |||||||||
E‑mailadres account | Het e‑mailadres voor de account. | Ja | |||||||||
Sta toe dat gebruiker berichten uit deze account verplaatst | Geef aan of e‑mailberichten tussen mailaccounts kunnen worden verplaatst. | Nee | |||||||||
Sta synchronisatie van recente adressen toe | Geef aan of recent gebruikte adressen met andere apparaten kunnen worden gesynchroniseerd. | Nee | |||||||||
Sta Mail Drop toe | Geef aan of Mail Drop als optie wordt weergegeven wanneer met de Mail-app grote bestanden worden verstuurd. | Nee | |||||||||
Gebruik alleen in Mail | Geef aan of andere apps dan Mail e‑mail mogen versturen. | Nee | |||||||||
Schakel S/MIME-ondertekening in | Je kunt S/MIME-ondertekening inschakelen. | Nee | |||||||||
Sta S/MIME-ondertekening toe | Je kunt de gebruiker toestaan S/MIME-ondertekening in of uit te schakelen. | Nee | |||||||||
S/MIME-ondertekeningscertificaat | Selecteer het S/MIME-ondertekeningscertificaat. | Nee | |||||||||
Sta gebruiker toe S/MIME-ondertekeningscertificaat te wijzigen | Je kunt de gebruiker toestaan het S/MIME-ondertekeningscertificaat te wijzigen. | Nee | |||||||||
Forceer S/MIME-encryptie | Forceer S/MIME-encryptie. Opmerking: Als de publieke sleutel van de afzender afwezig is op het systeem van de ontvanger, wordt deze functie niet afgedwongen. | Nee | |||||||||
Sta S/MIME-encryptie toe | Sta de gebruiker toe S/MIME-encryptie in of uit te schakelen. | Nee | |||||||||
S/MIME-encryptiecertificaat | Selecteer het S/MIME-encryptiecertificaat. | Nee | |||||||||
Sta gebruiker toe S/MIME-encryptiecertificaat te wijzigen | Sta de gebruiker toe het S/MIME-encryptiecertificaat te wijzigen. | Nee | |||||||||
Activeer encryptieschakelaar per bericht | Geef aan of gebruikers de optie hebben om per bericht te besluiten of het bericht moet worden versleuteld. | Nee |
Instellingen mailserver
Je kunt verschillende instellingen hebben voor de server voor inkomende mail en die voor uitgaande mail.
Instelling | Beschrijving | Vereist | |||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Hostnaam | Het IP-adres of de volledige domeinnaam (FQDN) van de mailserver. | Ja | |||||||||
Port | Het poortnummer van de mailserver. | Ja | |||||||||
Gebruikersnaam account | De gebruikersnaam om verbinding te maken met de mailserver. | Ja | |||||||||
Type authenticatie |
| Ja | |||||||||
Wachtwoord account | Het wachtwoord voor de mailserver. | Nee | |||||||||
Zelfde wachtwoord voor uitgaande mailserver en inkomende mailserver | Je kunt ervoor kiezen om hetzelfde wachtwoord te gebruiken voor de server voor inkomende mail en die voor uitgaande mail. | Nee | |||||||||
Gebruik SSL | Als de optie 'Gebruik SSL' is geselecteerd en het SSL-certificaat van de server niet is uitgegeven door een vertrouwde certificaatautoriteit die bekend is bij de apparaten, gebruik je de payload 'Certificaten' om de rootcertificaten of intermediaire certificaten toe te voegen die nodig zijn om het SSL-certificaat van de server te valideren. | Nee |
Opmerking: Elke MDM-leverancier implementeert deze instellingen op een andere manier. Als je wilt weten hoe instellingen voor Mail worden toegepast op je apparaten en gebruikers, raadpleeg je de documentatie van je MDM-leverancier.