Overgangseffecten tussen dia's toevoegen in Keynote op de iPad
Overgangen zijn visuele effecten die worden weergegeven als je tijdens een presentatie van de ene dia naar de volgende dia gaat. Zo lijkt het met de overgang 'Duwen' bijvoorbeeld of een nieuwe dia de vorige van het scherm duwt. Je kunt tussen elke combinatie van twee dia's in je presentatie een overgang toevoegen.
Met de overgang 'Magisch verplaatsen' worden objecten tijdens het afspelen van de presentatie vanuit hun positie op de ene dia naar nieuwe posities op de volgende dia verplaatst.
Een overgang toevoegen
Tik in het dianavigatiepaneel om de dia te selecteren waarop je een overgang wilt toepassen.
De overgang wordt na deze dia in de presentatie afgespeeld.
Tik nogmaals op de dia en tik op 'Overgang'.
Tik onder in het scherm op 'Voeg overgang toe' en tik vervolgens op een overgang (scrol om alle overgangen te bekijken).
Er wordt een voorvertoning van de overgang afgespeeld.
Tik op
.Om de duur, richting en andere instellingen op te geven, tik je op de overgang onder in het scherm.
Welke opties beschikbaar zijn, is afhankelijk van welke overgang je hebt toegevoegd.
Als je ervoor kiest om een overgang automatisch te laten beginnen, wordt deze afgespeeld zodra je vanaf de vorige dia verdergaat.
Tik op 'Gereed' rechtsboven in het scherm.
De overgang 'Magisch verplaatsen' toevoegen
De eenvoudigste manier om een overgang van het type 'Magisch verplaatsen' aan te maken, is door een dia aan te maken en er objecten aan toe te voegen, deze dia te dupliceren en vervolgens de objecten op de gedupliceerde dia te herschikken, groter of kleiner te maken of een andere richting te geven. Alle objecten die op beide dia's voorkomen, worden onderdeel van de overgang. Objecten die op de eerste dia staan, maar niet op de volgende, vervagen tot ze weg zijn. Objecten die op de volgende dia staan, maar niet op de originele dia, faden in.
Tik in het dianavigatiepaneel om de dia te selecteren waaraan je een overgang 'Magisch verplaatsen' wilt toevoegen, tik nogmaals op de dia en tik op 'Overgang'.
Tik op 'Voeg overgang toe', tik op 'Magisch verplaatsen' en tik vervolgens op 'Gereed'.
Tik op 'Dupliceer' om de dia te dupliceren of op 'Annuleer' als je de dia al hebt gedupliceerd.
Wijzig de positie of vormgeving van de objecten op een of beide dia's. Je kunt op elke dia objecten bijvoorbeeld naar een nieuwe locatie slepen, roteren, groter of kleiner maken, toevoegen en verwijderen.
De overgang 'Magisch verplaatsen' is het effectiefst als beide dia's minstens één gemeenschappelijk object bevatten waarvan de positie of de vormgeving is veranderd.
Om een voorvertoning van de overgang te bekijken, tik je op de eerste van de twee dia's in het dianavigatiepaneel en tik je vervolgens op
.Om de duur en timing van de overgang aan te passen, tik je op de eerste van de twee dia's in het dianavigatiepaneel. Tik onder in het scherm op 'Magisch verplaatsen' en voer een of meer van de volgende stappen uit:
De duur van de overgang wijzigen: Sleep de schuifknop 'Duur'.
Instellen wanneer de overgang moet beginnen: Tik op 'Start' en tik vervolgens op 'Automatisch' of 'Bij tikken'. Wanneer je 'Automatisch' kiest, kun je de vertraging tussen overgangen wijzigen door de schuifknop 'Vertraging' te slepen.
Om in te stellen hoe objecten tussen dia's bewegen, tik je op 'Uitvoering en versnelling' en voer je een of meer van de volgende stappen uit:
Tekst vloeiend van de ene naar de andere dia verplaatsen: Tik op een optie bij 'Identieke tekst':
Per object: Hiermee worden een of meer tekstvakken op de eerste dia naar hun positie op de tweede dia verplaatst.
Per woord: Hiermee worden een of meer woorden op de eerste dia naar hun positie op de tweede dia verplaatst. Deze animatie zorgt voor een effect waarbij woorden zodanig worden gerangschikt dat er een nieuwe zin ontstaat.
Per teken: Hiermee worden een of meer tekens op de eerste dia naar hun positie op de tweede dia verplaatst. Deze animatie zorgt voor een effect waarbij letters zodanig worden gerangschikt dat er een nieuw woord ontstaat.
Objecten die niet op beide dia's staan, direct laten verschijnen of verdwijnen tijdens de overgang: Schakel 'Vervaag afwijkende' uit.
Instellen hoe snel de objecten tussen posities bewegen:
Geen: Hiermee laat je objecten met een constante snelheid bewegen.
Langzaam in: Hiermee worden objecten vertraagd naarmate ze de positie naderen.
Langzaam uit: Hiermee worden objecten versneld nadat ze hun positie hebben verlaten.
Langzaam in en uit: Hiermee worden objecten versneld nadat ze hun positie hebben verlaten en vertraagd naarmate ze de nieuwe positie naderen.
Tik op 'Gereed' boven in het scherm.
Zien welke dia's overgangen hebben
Tik op
en tik vervolgens op 'Animatie'.In het dianavigatiepaneel hebben dia's met een overgang een gele markering in de hoek.
Een dia-overgang wijzigen
Tik op de dia in het dianavigatiepaneel.
Tik onder in het scherm op de overgang en tik vervolgens op 'Wijzig'.
Tik op een nieuwe overgang.
Een overgang verwijderen
Tik op
en tik vervolgens op 'Animatie'.Tik om de dia in het navigatiepaneel te selecteren, tik er nogmaals op en tik vervolgens op 'Verwijder animatie'.
Een overgang op meerdere dia's toepassen
Selecteer de dia's in het dianavigatiepaneel en tik vervolgens op 'Overgang'.
Tik onder in het scherm op 'Voeg overgang toe' en tik vervolgens op een overgang.