De Apple Pencil gebruiken in Pages op de iPad
Met een Apple Pencil kun je in Pages op de iPad schrijven, tekeningen maken en documenten annoteren. Ook kun je ermee selecteren en scrollen net als met je vinger. Standaard wordt bij gebruik van de Apple Pencil in Pages de schrijf-, teken- en annotatieweergave geactiveerd. Als je in plaats daarvan met de Apple Pencil wilt scrollen en objecten wilt selecteren, kun je deze standaardinstelling wijzigen.
Opmerking: Met 'Schrijven' kun je handschrift in tekst omzetten. Hiervoor heb je een compatibele iPad nodig waarop iPadOS 14 of nieuwer is geïnstalleerd. 'Schrijven' is niet in alle talen beschikbaar. Meer informatie vind je in dit Support-artikel.
De standaardmodus van de Apple Pencil wijzigen voor Pages
Als je de Apple Pencil wilt gebruiken voor het selecteren van objecten en om te scrollen en er niet mee wilt schrijven, tekenen en annoteren, kun je de standaardinstelling wijzigen. De Apple Pencil-instelling in Pages is alleen van toepassing op Pages. Als je de instelling in een bepaald document wijzigt, wordt dit toegepast op alle Pages-documenten maar niet op andere apps zoals Keynote en Numbers.
Ga op de iPad naar de Pages-app .
Open een document.
Tik op en tik op 'Instellingen'.
Schakel 'Selecteer en scrol' in.
Bij de Apple Pencil Pro en Apple Pencil (2e generatie) kun je de functie 'Tik dubbel om te schakelen' gebruiken. Als 'Tik dubbel om te schakelen' is ingeschakeld, kun je 'Selecteer en scrol' snel in- en uitschakelen door dubbel te tikken op het onderste deel van de Apple Pencil.
Als je de standaardinstelling wijzigt in 'Selecteer en scrol', kun je nog steeds met de Apple Pencil tekenen en annoteren in Pages. Om te tekenen, tik je op in de knoppenbalk en tik je vervolgens op 'Tekening'. Om een document te annoteren, tik je op en tik je vervolgens op 'Slimme annotatie'.
Handschrift in tekst omzetten
'Schrijven' is een functie op de iPad waarmee je handschrift in tekst kunt omzetten. Wanneer je een Apple Pencil koppelt met een ondersteunde iPad waarop iPadOS 14 of nieuwer is geïnstalleerd, is 'Schrijven' standaard ingeschakeld. Om de instelling voor 'Schrijven' te controleren of uit te schakelen, ga je in Instellingen naar 'Apple Pencil'.
Ga op de iPad naar de Pages-app .
Open een document.
Tik met je Apple Pencil in de hoofdtekst van een tekstverwerkingsdocument, in een tekstvak of vorm of in een tabelcel waarin je wilt schrijven.
Opmerking: Bij een tabel tik je op een cel als je alle inhoud van de cel wilt vervangen. Om de celinhoud te wijzigen, tik je nogmaals op de cel om het invoegpunt op de positie te plaatsen waar je wilt beginnen met schrijven.
Tik op de knop voor 'Schrijven' in de knoppenbalk onder in het scherm en begin met schrijven.
'Schrijven' werkt zelfs als je over de randen van het tekstgebied heen schrijft.
Opmerking: Als je 'Schrijven' uitschakelt in Instellingen of als een taal die ondersteuning biedt voor 'Schrijven' niet in je lijst met talen voorkomt, wordt de knop voor 'Schrijven' niet weergegeven in de knoppenbalk.
Bij het invoeren van tekst met de Apple Pencil kun je het volgende doen:
Een woord verwijderen: Kras het woord uit.
Tekst invoegen: Tik met de Apple Pencil in een tekstgebied, houd vast en begin te schrijven wanneer er witruimte verschijnt.
Tekens samenvoegen of scheiden: Teken een verticale lijn tussen de tekens.
Tekst selecteren: Omcirkel de tekst of trek er een lijn doorheen. Sleep de selectiegrepen met je vinger om de selectie te wijzigen.
Met een nieuwe alinea beginnen: Tik op in de knoppenbalk onder in het scherm.
Een toetsenbord weergeven: Tik op in de knoppenbalk en tik vervolgens op de toetsen op het toetsenbord om bijvoorbeeld tekst te corrigeren, tekens te verwijderen of spaties toe te voegen.
Een andere ondersteunde taal kiezen: Houd je vinger op in de knoppenbalk en tik vervolgens op de taal die je wilt gebruiken. (Het toetsenbord moet al zijn toegevoegd in Instellingen onder 'Algemeen' > 'Toetsenbord' > 'Toetsenborden'.) Op de knop verschijnt kort de aanduiding van de geselecteerde taal (bijvoorbeeld NL voor Nederlands).
De laatste bewerking ongedaan maken: Tik op in de knoppenbalk. Tik meerdere keren om alle recent uitgevoerde bewerkingen te herstellen.
Een nieuw tekstvak toevoegen: Schrijf in een paginalay-outdocument buiten andere tekstgebieden (zoals een ander tekstvak of een geselecteerde tabel of tabelcel). Er wordt een nieuw tekstvak voor de tekst aangemaakt.
Wanneer 'Schrijven' is geselecteerd, bevat de knoppenbalk ook knoppen waarmee je tekst kunt laten inspringen, het lettertype kunt wijzigen en tekst vet of cursief kunt maken of kunt onderstrepen. Daarnaast kun je de lettergrootte wijzigen, tekst uitlijnen, pagina-einden en bladwijzers invoegen en andere opmaak toepassen.
Sleep de greep op de knoppenbalk naar een hoek van het scherm, zodat je meer ruimte hebt om te schrijven. Om de knoppenbalk weer volledig weer te geven, tik je op de geminimaliseerde versie. Om in te stellen dat de knoppenbalk bij het schrijven automatisch wordt geminimaliseerd, tik je op en schakel je 'Minimaliseer automatisch' in.