Formules aan cellen toevoegen in Numbers voor iCloud
Je kunt je eigen formules aanmaken met wiskundige symbolen of vergelijkingsoperatoren (zoals +, *, > of <=) om berekeningen uit te voeren met de gegevens in cellen die je selecteert. Je kunt ook gebruikmaken van de ruim 290 vooraf gedefinieerde functies (bewerkingen die je aan een formule kunt toevoegen) om berekeningen uit te voeren, gegevens op te halen of gegevens te bewerken. Het resultaat van een formule of functie wordt weergegeven in de cel waarin je de formule of functie hebt ingevoerd.
Je eigen formule aanmaken
Je kunt eenvoudige of complexe rekenkundige formules aanmaken met wiskundige operatoren voor optellen (+), aftrekken (-), vermenigvuldigen (*) en delen (/).
Klik op de cel waarin je de formule wilt weergeven en voer vervolgens het isgelijkteken (=) in.
De formule-editor wordt geopend.
Voer een haakje open ( in aan het begin van je formule.
Selecteer een cel die je als het eerste argument in je formule wilt gebruiken of voer een waarde in (bijvoorbeeld een getal zoals 0 of 5,20).
Voer een rekenkundige operator in (zoals +, -, * of /) en selecteer de cel die je als het volgende argument in je formule wilt gebruiken of voer een waarde in.
Blijf operatoren en argumenten toevoegen totdat je formule compleet is.
Voer een haakje sluiten ')' in aan het eind van je formule.
Druk op de Return-toets of klik op het vinkje in de formule-editor als je klaar bent.
Als je op de knop 'Annuleer' klikt, verlaat je de huidige cel zonder dat de formule erin wordt opgeslagen.
Waarden vergelijken met behulp van een formule
Je kunt een formule aanmaken die gebruikmaakt van vergelijkingsoperatoren om te controleren of de waarden in twee cellen gelijk zijn of dat de ene waarde groter of kleiner is dan de andere waarde. Hiervoor moet je in een cel een instructie samenstellen, bijvoorbeeld A1 > A2, wat betekent dat de waarde in cel A1 groter is dan de waarde in cel A2. Het resultaat van de vergelijkingsoperator wordt uitgedrukt als 'waar' of 'onwaar'.
Klik op de cel waarin je het vergelijkingsresultaat wilt weergeven, en voer vervolgens het isgelijkteken (=) in.
De formule-editor wordt geopend.
Selecteer een cel waarvan je de waarde wilt vergelijken of voer een waarde in voor de vergelijking.
Voer een vergelijkingsoperator in (>, >=, =, <>, < of <=) en selecteer de cel waarmee je de waarde wilt vergelijken of voer een waarde voor de vergelijking in.
Druk op de Return-toets of klik op het vinkje in de formule-editor als je klaar bent.
Als je op de knop 'Annuleer' klikt, verlaat je de huidige cel zonder dat de formule erin wordt opgeslagen.
Een voorgedefinieerde functie toevoegen
Je kunt onder meer kiezen uit statistische, financiële en technische voorgedefinieerde functies. Voor sommige van deze functies wordt informatie van het internet opgehaald. Je ziet alle beschikbare functies in de functiekiezer, die verschijnt in de navigatiekolom 'Opmaak' aan de rechterkant wanneer je een isgelijkteken (=) in een tabelcel typt. De functiekiezer bevat voorbeelden van hoe de verschillende functies werken, zodat je kunt zien welke functie het meest geschikt is.
Klik op de cel waarin je het resultaat van de functie wilt weergeven, en voer vervolgens het isgelijkteken (=) in.
De formule-editor wordt geopend en de functiekiezer wordt in de navigatiekolom 'Opmaak' aan de rechterkant weergegeven.
Voer in het zoekveld aan de bovenkant van de functiekiezer de functienaam in of bekijk de beschikbare functies en klik vervolgens dubbel op de naam van de gewenste functie.
De functie verschijnt in de formule-editor.
Selecteer een argument binnen de functie.
Selecteer de cellen die je in de berekening wilt opnemen, door op een van de volgende manieren te werk te gaan.
Waarden invoeren in afzonderlijke cellen: Klik op elke cel die je wilt opnemen.
Een celbereik selecteren dat meerdere rijen en kolommen beslaat: Sleep over het celbereik dat je wilt opnemen.
De waarden van één kolom of rij toevoegen: Selecteer de kolom of rij.
De celverwijzingen verschijnen in de formule-editor.
Druk op de Return-toets of klik op het vinkje in de formule-editor als je klaar bent.
Als je op de knop 'Annuleer' klikt, verlaat je de huidige cel zonder dat de formule erin wordt opgeslagen.
Ga naar Formules en functies Help voor meer informatie over het gebruik van de functiekiezer.
Snelle berekeningen bekijken voor een celbereik
Je kunt snel de som, het gemiddelde, het minimum, het maximum en het totaal bekijken voor een kolom, rij of celbereik. (Sommige berekeningen worden niet uitgevoerd als de selectie verschillende soorten gegevens, zoals tekst en getallen, of verschillende soorten opmaak, zoals datums en valuta, bevat.)
Selecteer de cellen, rijen of kolommen waarvan je de gegevens wilt bekijken.
De resultaten van de berekeningen worden weergegeven in de formulebalk bovenaan het werkblad.
Rij- en kolomverwijzingen behouden
Je kunt rij- of kolomverwijzingen in een formule 'bevriezen', zodat je dezelfde formule ook elders in je spreadsheet kunt gebruiken zonder dat je de celverwijzingen hoeft te wijzigen.
Als je de rij- of kolomverwijzingen niet behoudt, worden de verwijzingen relatief aangepast ten opzichte van de nieuwe locatie van de formule wanneer je de formule verplaatst door deze te knippen en te plakken of door nieuwe rijen en kolommen toe te voegen.
Klik dubbel op de resultaatcel met de formule die je wilt wijzigen.
De formule-editor wordt geopend en de functies worden weergegeven.
Klik op het driehoekje op het token waarmee het celbereik wordt aangegeven dat je wilt behouden.
Selecteer 'Behoud rij' of 'Behoud kolom' voor de begin- of eindadressen van het geselecteerde bereik.
Als je het aantal rijen of kolommen in een tabel wijzigt of als je de formule naar een andere cel verplaatst, worden deze rij- of kolomverwijzingen niet aangepast.
Druk op de Return-toets of klik op het vinkje in de formule-editor als je klaar bent.
Als je op de knop 'Annuleer' klikt, verlaat je de huidige cel zonder dat de formule erin wordt opgeslagen.