Een spreadsheet in een andere taal opmaken in Keynote op de iPad
De taal en regio van een presentatie bepalen de opmaakregels van de tekst, bijvoorbeeld of een komma of punt als decimaalteken wordt gebruikt en welk valutasymbool wordt gebruikt. Ook wordt hiermee bepaald hoe woorden aan het einde van een regel worden afgebroken en hoe datums worden genoteerd (dag-maand-jaar of maand-dag-jaar).
Je kunt een presentatie aanmaken waarin de opmaak van een andere taal wordt gebruikt als je in Instellingen meer dan één invoerbron (bijvoorbeeld een tweede toetsenbord) hebt toegevoegd.
Een toetsenbord of een andere invoerbron voor een andere taal configureren
Als je een andere taal in je presentatie wilt gebruiken, moet je eerst een invoerbron (bijvoorbeeld een taalspecifiek toetsenbord of tekenpalet) voor de taal instellen.
Tik in het beginscherm op 'Instellingen' en op 'Algemeen'.
Tik op 'Toetsenbord', tik op 'Voeg toetsenbord toe' en tik vervolgens op het toetsenbord dat je wilt gebruiken.
Zie de gebruikershandleiding van je apparaat voor meer informatie over het gebruik van verschillende talen en toetsenborden.
Als Keynote geopend is, moet je Keynote sluiten en opnieuw openen, zodat de bron wordt herkend.
Als je naar de andere invoerbron wilt overschakelen, houd je onder aan het toetsenbord ingedrukt en maak je je keuze.
Als je overschakelt naar een taal met een andere richting dan die van de huidige taal, wordt het invoegpunt verplaatst naar de kant van de dia die voor de nieuwe taal wordt gebruikt. Als je de invoerbron bijvoorbeeld wijzigt van Nederlands in Hebreeuws, wordt het invoegpunt verplaatst naar de rechterkant van de dia.
Een presentatie in een andere taal opmaken
Bij het aanmaken van een nieuwe presentatie kun je getallen, datums, tijden en valuta in tabellen en diagrammen automatisch opmaken volgens de opmaakconventies van een specifieke taal en regio. Dit kan handig zijn als je de presentatie met iemand in een andere regio wilt delen.
In sommige regio's worden bijvoorbeeld punten in plaats van komma's als decimaalteken gebruikt. Ook kunnen er andere monetaire symbolen voor valuta worden gebruikt of worden getallen van rechts naar links en niet van links naar rechts weergegeven.
De taalinstelling is alleen van toepassing op de huidige presentatie.
Tik in de bladerweergave van de presentatieweergave op boven in het scherm.
Tik rechtsboven in de themakiezer op en kies een andere taal. (Mogelijk moet je op de huidige taal tikken om andere talen te kunnen zien.)
Tik buiten de instellingen om het paneel te sluiten en tik vervolgens op het thema dat je wilt gebruiken.
Wanneer je een andere taal kiest, worden de titels en tekst in het thema en sommige opmaakregelaars op die taal aangepast.
Wanneer je een presentatie bekijkt in een taal en opmaak die afwijkt van die van je apparaat, wordt onder in de presentatie aangegeven welke opmaak wordt gebruikt. Om voorbeelden van de opmaakverschillen te zien, tik je op de taal in het bericht.
De taal en opmaak van een presentatie wijzigen
Nadat je een presentatie hebt aangemaakt, kun je de taalinstelling alsnog wijzigen terwijl de presentatie geopend is.
Opmerking: Je kunt deze instelling niet wijzigen voor een gedeelde presentatie.
Tik op en tik op 'Taal en regio'.
Mogelijk moet je omhoog vegen in de regelaars om 'Taal en regio' te kunnen zien.
Tik op 'Taal' en kies een andere taal.
Als je het eerste onderdeel uit het venstermenu 'Taal' kiest ('Systeem – [taal]'), stel je de presentatie weer in op de taal en regio van je apparaat. Als je vervolgens de taalinstelling van je apparaat wijzigt of als je de presentatie op een apparaat met een andere taalinstelling opent, worden de taal en regio van de presentatie automatisch aangepast aan die van het apparaat. Als je de presentatie echter deelt, zien alle gebruikers de presentatie in de opmaak van de door jou ingestelde taal en regio.
Tik op 'Regio' (als deze instelling geactiveerd is) en kies een regio.
Tik op 'Gereed'.
Nadat je de taal en regio van de presentatie hebt gewijzigd, worden alle nieuwe tabel- en diagramgegevens die je invoert op basis van de nieuwe taal opgemaakt. Voor bestaande tabel- en diagramgegevens wordt in datums wel de taal gewijzigd (zoals voor de namen van maanden), maar niet de interpunctie of de volgorde van dag, maand en jaar. De interpunctie in getallen (bijvoorbeeld het decimaalteken en het scheidingsteken voor duizendtallen) wordt wel gewijzigd.