Over toegevoegde functies in macOS voor SMB 2 en 3
Lees hier welke SMB-functies zijn toegevoegd in de genoemde versies van macOS.
Dit artikel is bedoeld voor netwerkbeheerders bij bedrijven en onderwijsinstellingen.
Microsoft is verantwoordelijk voor het aanmaken en onderhouden van het SMB-protocol (Server Message Block). Hieronder vermelden we de belangrijkste functies die zijn toegevoegd aan Apple's implementatie van SMB in macOS wanneer de Mac wordt gebruikt als client. Tenzij anders vermeld, is elke hieronder beschreven functie in de betreffende versie geïntroduceerd en in latere versies onderhouden.
macOS Catalina 10.15
Functie | Beschrijving |
---|---|
Verbeteringen in adaptive pipelining | Pipelining maakt verschillende aantallen segmenten en segmentgroottes mogelijk, met behoud van multithreading. |
Pipelining-schrijfbewerkingen of -uploads | Maximaal aantal segmenten: 6 Maximale segmentgrootte: 1 MB |
Pipelining-leesbewerkingen of -downloads | Maximaal aantal segmenten: 6 Maximale segmentgrootte: 1,25 MB |
Permanente ingangen | Continu beschikbare servers maken gebruik van permanente ingangen. Continu beschikbare servers doen zich voor als een enkele server, maar bestaan in feite uit meerdere nodes die de gegevens spiegelen en de deelfunctie permanent actief houden. Dit is gebruikelijk in cloud- en clusterconfiguraties. Als een van de nodes niet beschikbaar is, wordt de permanente ingang gebruikt om verbinding te maken met een andere node. |
Serververeisten voor Time Machine zijn aangepast | Servers die continu beschikbaar zijn, kunnen worden gebruikt als doellocatie voor Time Machine-reservekopieën. |
Prioritering van de naamomzetting in Netbios is gewijzigd | Naamomzetting gebruikt nu eerst Bonjour, dan DNS en vervolgens NetBios. In macOS werd voorheen eerst Bonjour, dan NetBios en vervolgens DNS gebruikt. |
SMB 1 gebruikt altijd een ondertekeningsbit | Het ondertekeningsbit was voorheen optioneel wanneer er verbinding werd gemaakt via SMB 1. |
macOS Mojave 10.14
Functie | Beschrijving |
---|---|
Verbeteringen in adaptive pipelining | Pipelining biedt nu multithreading, maar gebruikt een vast aantal segmenten en vaste segmentgroottes. |
Pipelining-schrijfbewerkingen of -uploads | Aantal segmenten: 4 Segmentgrootte: 1 MB |
Pipelining-leesbewerkingen of -downloads | Aantal segmenten: 4 Segmentgrootte: 512 KB |
macOS High Sierra 10.13
Functie | Beschrijving |
---|---|
Vereenvoudigd bladeren in de Finder | De Finder kan worden aangepast om sneller door de inhoud van mappen te bladeren. |
Directory-leasing | Met Directory-leasing kan een client de directory-opsommingsgegevens beter opslaan in de cache. |
Leasen van bestanden | Met het leasen van bestanden kan een client bestandsgegevens beter opslaan in de lokale cache en bestanden sneller opnieuw openen door het sluiten van bestanden uit te stellen. |
Adaptive pipelining | In plaats van een vast aantal segmenten te gebruiken, past macOS het aantal segmenten dynamisch aan om automatisch te uploaden of downloaden op basis van de netwerkcondities. macOS past ook de grootte van elk segment automatisch aan, waardoor de prestaties worden verbeterd. |
Pipelining-schrijfbewerkingen of -uploads | Maximaal aantal segmenten: 4 Maximale segmentgrootte: 512 KB |
Pipelining-leesbewerkingen of -downloads | Maximaal aantal segmenten: 4 Maximale segmentgrootte: 1 MB |
masOS Sierra 10.12
Functie | Beschrijving |
---|---|
Duurzame ingang v2 en leasen van bestanden v2 | Dankzij duurzame ingangen en het leasen van bestanden kan een client opnieuw verbinding maken met een share en aan een bestand blijven werken zonder gegevens te verliezen. Versie 2 van duurzame ingangen en het leasen van bestanden zorgt ervoor dat de functieset voor het opnieuw verbinding maken betrouwbaarder werkt. |
Time Machine | macOS kan reservekopieën maken naar servers die de vereiste functies ondersteunen. |
macOS El Capitan 10.11
Functie | Beschrijving |
---|---|
Taakverdeling voor servers via DNS | In sommige omgevingen worden dezelfde gegevens gehost door verschillende servers, die gebruikmaken van taakverdeling via round robin-DNS. Eén DNS 'A'-record verwijst naar meerdere IP-adressen. macOS evalueert en gebruikt momenteel (een keer per IP-adres) geactiveerde shares in plaats van dezelfde share herhaaldelijk opnieuw te activeren. |
Pipelining-schrijfbewerkingen of -uploads | Aantal segmenten: 4 Maximale segmentgrootte: 512 KB |
Pipelining-leesbewerkingen of -downloads | Aantal segmenten: 4 Maximale segmentgrootte: 1 MB |
Directory-caching | macOS slaat de inhoud van een map op in de cache tot één minuut na het stoppen met bladeren, waardoor een eindgebruiker een map kan verlaten en er weer in kan gaan bladeren zonder de inhoud ervan opnieuw te hoeven downloaden. |
masOS Yosemite 10.10
Functie | Beschrijving |
---|---|
SMB 3 wordt geïntroduceerd | macOS voegt ondersteuning toe voor de SMB 3.0- en SMB 3.0.2-dialecten. |
Valideer onderhandeling | Dit is een extra beveiligingsfunctie in SMB 3 die ervoor zorgt dat de initiële onderhandelingen niet worden gewijzigd. |
SMB 3-ondertekening | Beveiligingshandtekeningen worden bij elke aanvraag verzonden. |
SMB 3-codering | Verkeer tussen de client en de server kan worden gecodeerd. |
macOS Mavericks 10.9
Functie | Beschrijving |
---|---|
SMB 2 wordt geïntroduceerd | Vóór Mavericks wordt alleen SMB 1 ondersteund. Mavericks voegt ondersteuning toe voor SMB-versies 2.0.2 en 2.1. Bij het activeren van een share met behulp van 'cifs://' wordt SMB 1 gebruikt. |
Symbolische koppelingen via reparse-punten | Met symbolische koppelingen via reparse-punten wordt een gebruiker naadloos van een bestand of map naar een andere locatie doorverwezen. |
Distributed File System (DFS) | Met DFS kunnen gebruikers via één DNS-naam verbinding maken met meerdere servers. |
Samengestelde aanvragen en antwoorden | Meerdere gerelateerde aanvragen of antwoorden kunnen in een enkel pakket worden verzonden. |
SMB 2-ondertekening | Beveiligingshandtekeningen worden bij elke aanvraag verzonden. |
Segment kopiëren | Het commando SRV_COPYCHUNK_COPY wordt gebruikt om een server te vragen gegevens van en naar zichzelf te kopiëren zonder dat macOS de gegevens eerst hoeft te downloaden. |
AAPL context maken | AAPL is Apple's extensie voor het SMB-protocol om de macOS-semantiek beter te ondersteunen. Het gebruiken van 'AAPL context maken' betekent dat de extensie actief is. |
Duurzame ingangen | Met duurzame ingangen kan een client opnieuw verbinding maken met shares zonder gegevens te verliezen. |
Lokale Kerberos-toegangscontrole (LKDC) | Als een SMB-server eveneens fungeert als het KDC (Key Distribution Center), kan macOS een identiteitscontrole uitvoeren met Kerberos zonder contact te maken met andere servers. Dit wordt voornamelijk gebruikt wanneer macOS de identiteitscontrole uitvoert voor een door macOS gehoste share. |
Pipelining | Pipelining voorziet in het asynchroon overzetten van bestandssecties. Een bestand met een grootte van 10 MB kan in tien afzonderlijke segmenten van elk 1 MB worden verstuurd. Met pipelining kunnen echter meerdere segmenten tegelijk worden verstuurd zonder te wachten tot een overdracht is voltooid. Hierdoor wordt de bestandsoverdracht versneld. Met SMB 2.0 en lager kunnen segmenten van maximaal 64 KB worden verstuurd. Met SMB 2.1 kunnen grotere segmenten worden verstuurd. |
Pipelining-schrijfbewerkingen of -uploads | Aantal segmenten: 2 Maximale segmentgrootte: 512 KB |
Pipelining-leesbewerkingen of -downloads | Aantal segmenten: 4 Maximale segmentgrootte: 1 MB |
Meer bronnen
Bekijk Apple's SMB-directory.