iPhone 14 Pro - Beeldscherm

Voordat je begint

Waarschuwing

• Lees Batterijveiligheid en volg de richtlijnen voor werkplekken en de omgang met batterijen voordat je begint.

• Lees Veilig werken met gebroken glas voordat je begint.

Voorzichtig

• Voor deze procedure is Systeemconfiguratie vereist. Nadat je alle verwijderings- en montagestappen hebt voltooid, volg je de instructies om Systeemconfiguratie te starten.

• Raak de achterkant van het beeldscherm niet aan. Het aanraken van de achterkant van het beeldscherm kan de beeldkwaliteit aantasten.

Belangrijk

Lees Verwarmde schermdemontagehouder als je de houder voor het eerst opstelt.

Verwijderen

1. Plaats de behuizing in de reparatiehouder met de Lightning-connector naar de uitsparing gericht.

2. Gebruik een momentschroevendraaier met het Torx-beveiligingsbitje om de twee beveiligingsschroeven (een aan elke kant van de Lightning-connector) te verwijderen. Leg de schroeven aan de kant.

   

3. Zet de schakelaar aan de achterkant van de verwarmde schermdemontagehouder om, zodat deze inschakelt. De interne ventilator schakelt nu in. Wacht tot er een vinkje op het scherm verschijnt.

   • Opmerking: als er een foutcode op het scherm wordt weergegeven, schakel je de houder uit en weer in.

   

4. Haal de iPhone uit de reparatiehouder. Plaats de iPhone voorzichtig in de verwarmde beeldschermpocket met het beeldscherm omhoog en de Lightning-connector omlaag gericht.

   • Voorzichtig: zorg dat je geen krassen maakt op de iPhone als je deze in de verwarmde beeldschermpocket steekt.

   • Belangrijk: de klem aan de zijkant van de pocket moet omhoog staan.

   

5. Doe de klem aan de zijkant van de pocket omlaag om de iPhone vast te zetten.

   

6. Doe de hittebestendige handschoenen aan. Lijn de uitsparing aan de onderkant van de pocket uit met de rail op de houder. Schuif de pocket met de iPhone op de rail van de houder.

   • Waarschuwing: plaats de pocket niet in de houder zonder hittebestendige handschoenen te dragen.

   

7. Schuif de pocket in de houder tot de pocket op zijn plaats klikt.

   

   • Opmerking: Het scherm op de houder wordt rood en de timer telt af vanaf 2 minuten terwijl de pocket opwarmt naar de juiste temperatuur. Als de timer op 0 staat, begint de houder te piepen en wordt het scherm groen.

   

8. Draai de knop op de houder rechtsom om de zuignap zo dicht mogelijk bij de iPhone te laten zakken zonder dat deze de iPhone raakt.

   • Voorzichtig: om schade aan de iPhone te voorkomen, mag je niet aan de knop draaien voordat de timer op 0 staat, de houder piept en het scherm groen is geworden.

   • Opmerking: de houder blijft piepen totdat de zuignap is gezakt.

   

9. Pak de hendel vast en schuif de zuignap er recht uit totdat de rand van de zuignap gelijk ligt aan de onderste rand van het beeldscherm.

   • Voorzichtig: als je de randen van de zuignap en het beeldscherm niet uitlijnt, kan de iPhone beschadigen.

   

10. Draai de knop op de houder rechtsom om de zuignap te laten zakken op het beeldscherm (1). Zet vervolgens de hendel van de zuignap naar beneden om de zuignap vast te zetten op het beeldscherm (2).

    • Belangrijk: Zodra je de zuignap op de iPhone hebt laten zakken, begint het scherm af tellen vanaf 15 minuten. Als de timer op 0 staat, wordt de verwarmde schermdemontagehouder uitgeschakeld. Zorg dat je stap 11 en 12 binnen deze tijd voltooit.

    

11. Draai de knop op de houder langzaam linksom tot het beeldscherm loskomt van de behuizing.

    • Belangrijk: Als je niet direct een opening tussen het beeldscherm en de behuizing ziet, wacht je 30 seconden. Als je nog steeds geen opening ziet, draai dan het zilveren deel van de knop op de houder linksom tot het beeldscherm loskomt van de behuizing.

    

12. Plaats de rand van het snijapparaatje voor plakstrips tussen het beeldscherm en de behuizing. Beweeg het snijapparaatje van links naar rechts tussen het beeldscherm en de behuizing totdat het beeldscherm gedeeltelijk loskomt van de behuizing.

    

    • Voorzichtig: kantel de onderkant van het beeldscherm niet meer dan 5 graden omhoog om beschadiging van de flexconnectors van het beeldscherm te voorkomen.

    

13. Doe de hendel omhoog om de zuignap los te maken (1). Schuif voorzichtig de platte kant van het zwarte staafje onder de rand van de zuignap om deze los te maken van het beeldscherm (2).

    • Voorzichtig: Draai niet aan de knop. Als je aan de knop draait, kunnen de flexkabels beschadigen.

    

14. Druk op de uitwerpknop aan de zijkant van de pocket om de pocket los te maken van de houder.

    

15. Houd beide zijkanten van de pocket vast en schuif deze recht uit de houder.

    

16. Doe de klem aan de zijkant van de pocket omhoog om de iPhone los te maken (1). Houd het blauw uitgelijnde gedeelte vast en haal de iPhone voorzichtig uit de pocket (2).

    • Voorzichtig: maak geen krassen op de iPhone als je deze uit de verwarmde beeldschermpocket haalt.

    

17. Plaats de iPhone in de reparatiehouder met het beeldscherm omhoog en de Lightning-connector omlaag naar de uitsparing gericht. Doe de handschoenen uit.

18. Schuif het beeldscherm een klein beetje richting de onderkant van de iPhone.

19. Plaats de rand van het snijapparaatje voor plakstrips in de bovenkant van de iPhone, tussen het beeldscherm en de behuizing. Houd het snijapparaatje voor plakstrips in een hoek van 45 graden. Snijd langs de bovenkant en zijkanten van de iPhone tot het beeldscherm los is.

    

    • Voorzichtig: kantel de onderkant van het beeldscherm niet meer dan 5 graden omhoog om beschadiging van de flexkabels van het beeldscherm te voorkomen.

    

20. Plaats de zuignappen voor de reparatiehouder in de uitsparingen van de reparatiehouder.

    

21. Kantel het beeldscherm richting de zuignappen. Druk op de bovenste en onderste randen van het beeldscherm om het beeldscherm aan de zuignappen te bevestigen.

    • Opmerking: het symbool op de onderkant van de reparatiehouder geeft aan in welke richting het beeldscherm omhoog moet worden gekanteld.

    • Voorzichtig

      • Zorg dat de interne beeldschermklemmen openstaan voordat je het beeldscherm omhoog kantelt, om schade aan de behuizing of het beeldscherm te voorkomen.

      • Beschadig de flexkabels niet als je het beeldscherm omhoog kantelt.

      

    • Waarschuwing: Als de batterij is gedeukt, doorboord of anderszins is beschadigd, stop je de reparatie. Je vindt de serviceopties op support.apple.com/repair.

22. Gebruik een momentschroevendraaier en het Microstix-bitje om de acht trilobe-schroeven uit het afdekplaatje van het moederbord te verwijderen. Leg de schroeven aan de kant.

    

23. Gebruik een ESD-veilig pincet om het afdekplaatje van het moederbord iets op te tillen. Zorg bij het optillen dat het onderste lipje op het afdekplaatje van het moederbord de flexkabel van het beeldscherm niet raakt.

    

24. Gebruik een ESD-veilig pincet om het afdekplaatje van het moederbord onder de flexkabel van de omgevingslichtsensor vandaan te schuiven (1). Til vervolgens het afdekplaatje uit de behuizing (2). Bewaar het afdekplaatje om het later weer te monteren.

    • Voorzichtig: zorg dat je de flexkabel van de omgevingslichtsensor niet scheurt bij verwijdering van het afdekplaatje.

    

25. Gebruik het zwarte staafje om het uiteinde van de flexkabel van de batterij (1) uit de connector te tillen.

    • Voorzichtig: koppel de flexkabel van de batterij eerst los om er zeker van te zijn dat de iPhone uitgeschakeld blijft.

26. Gebruik het zwarte staafje om de uiteinden van de flexkabel van het beeldscherm (2) en de kabel van de omgevingslichtsensor (3) uit de connectors te tillen.

    

27. Houd het beeldscherm bij de randen vast. Trek aan de lipjes op de zuignappen om ze los te maken van het beeldscherm. Leg het beeldscherm vervolgens omlaag gericht op een schoon, vlak oppervlak.

28. Haal de zuignappen uit de reparatiehouder.

29. Gebruik een ESD-veilig pincet om de plakstrip op te pakken. Trek vervolgens de plakstrip onder een hoek van 45 graden van de behuizing af, zoals afgebeeld. Herhaal dit proces tot alle plakstrips van de rand van de behuizing zijn verwijderd.

    • Voorzichtig: raak de TrueDepth-cameramodule, aardingsveren of nabijgelegen onderdelen niet aan.

    

30. Gebruik ethanol- of IPA-doekjes om alle lijmresten te verwijderen van de behuizing.

    • Voorzichtig: Gebruik geen ethanoldoekjes of IPA-doekjes op het beeldscherm. Ethanol of isopropylalcohol kan het beeldscherm beschadigen en de beeldkwaliteit aantasten.

Montage

1. Inspecteer de interne beeldschermklemmen op schade voordat je het apparaat weer gaat monteren. Zorg dat de interne beeldschermklemmen een hoek van 90 graden hebben en niet zijn gebogen of beschadigd.

   • Belangrijk

     • Als de interne beeldschermklemmen zijn beschadigd, moet je het beeldscherm mogelijk vervangen.

     • Als je een vervangend beeldscherm installeert, haal je de beschermfolie van de boven- en onderkant van het beeldscherm.

2. Plaats de behuizing in de reparatiehouder met de Lightning-connector naar de uitsparing gericht.

3. Inspecteer de TrueDepth-camera. Controleer of de bovenrand van de TrueDepth-camera onder de rand van de behuizing is geplaatst.

   • Voorzichtig: als de TrueDepth-camera niet goed is geplaatst, gebruik je het zwarte staafje om dit te corrigeren.

     

   • Waarschuwing: inspecteer de behuizing op losse of extra schroeven en kleine onderdelen die de batterij kunnen beschadigen en voor veiligheidsproblemen kunnen zorgen.

4. Inspecteer de twee stukjes schuim op het rooster van de bovenste luidspreker. Als een van beide stukjes ontbreekt of beschadigd is, ga je verder met stap 5. Als het schuim onbeschadigd is, ga je direct naar stap 9.

   

5. Gebruik een ESD-veilig pincet om het rooster van de bovenste luidspreker uit de behuizing te verwijderen.

   

6. Gebruik een ESD-veilig pincet om de afdekstrip van de achterkant van het vervangende rooster van de bovenste luidspreker te halen.

   

7. Plaats het vervangende rooster van de bovenste luidspreker in de uitsparing op het lipje van de behuizing. Zorg dat de kleefkant van het rooster van de luidspreker naar de zijkant van de behuizing wijst.

   

8. Plaats de punt van het ESD-veilige pincet in het midden van het rooster van de bovenste luidspreker. Beweeg het pincet iets heen en weer om te controleren of het rooster van de luidspreker stevig vastzit aan de behuizing en niet kan bewegen.

   

9. Plaats de plakstrip van het vervangende beeldscherm op de behuizing. Zorg dat de bovenste gaten van de plakstrip zijn uitgelijnd met de TrueDepth-cameramodule.

   • Voorzichtig: zorg dat alle lijmresten van het beeldscherm en de behuizing zijn verwijderd voordat je de plakstrip van het vervangende beeldscherm plaatst.

10. De plakstrip van het vervangende beeldscherm heeft een bovenste, een middelste en een flexibele onderste afdekstrip. Houd het lipje van de onderste afdekstrip vast. Trek de onderste afdekstrip (1) vervolgens langzaam onder de plakstrip (2) vandaan terwijl je de plakstrip op de behuizing drukt.

    • Belangrijk: verwijder de bovenste afdekstrip nog niet.

      

      • Onderste afdekstrip (1)

      • Plakstrip (2)

    • Opmerking: de plakstrip van het vervangende beeldscherm van je model kan er anders uitzien dan de illustratie, maar de stappen zijn hetzelfde.

    

11. Controleer of de plakstrip op het lipje van de behuizing is geplaatst. Als de plakstrip niet goed is geplaatst, herhaal je verwijderingsstappen 29 en 30. Herhaal vervolgens de montagestappen 1 tot en met 10.

12. Plaats de persplaat voor de schermplakstrip bovenop de behuizing met het symbool rechtsboven, zoals afgebeeld.

    

13. Plaats de reparatiehouder met de iPhone in de beeldschermpers. Trek de hendel omlaag totdat de beeldschermpers vergrendelt.

    

14. Wacht tot je een piepsignaal van de beeldschermpers hoort en de timer op 0 staat. Trek de hendel omlaag (1) en trek de ontgrendelknop uit (2). Duw de hendel vervolgens omhoog (3).

    • Voorzichtig: om ervoor te zorgen dat de schermplakstrip goed hecht aan de behuizing, mag je de hendel pas na 30 seconden omhoog tillen.

    

15. Verwijder de reparatiehouder uit de beeldschermpers en verwijder de persplaat.

16. Verwijder eerst het linkergedeelte van de bovenste afdekstrip (1). Verwijder vervolgens de drie gedeelten aan de bovenkant (2), rechterkant (3) en onderkant (4).

    • Belangrijk: verwijder de middelste afdekstrip nog niet.

      

      • Bovenste afdekstrip

    

17. Plaats de zuignappen in de reparatiehouder.

18. Lijn de linkerrand van het beeldscherm uit met de linkerrand van de behuizing. Druk voorzichtig op de randen van het beeldscherm om het vast te maken aan de zuignappen.

19. Druk de uiteinden van de flexkabel van de omgevingslichtsensor (1) en de flexkabel van het beeldscherm (2) op de connectors. Druk gelijkmatig langs de lengte van elke connector.

20. Druk het uiteinde van de flexkabel van de batterij (3) op de connector. Druk gelijkmatig langs de lengte van de connector.

    

21. Gebruik een ESD-veilig pincet om het bovenste lipje van het afdekplaatje van het moederbord achter de flexkabel van de omgevingslichtsensor te schuiven (1). Schuif vervolgens de rand van het afdekplaatje onder het lipje op de zijkant van de behuizing (2) en schuif het onderste lipje achter de flexkabel van het beeldscherm (3). Laat het afdekplaatje over de uiteinden van de flexkabels zakken.

    

22. Gebruik de groene momentschroevendraaier en het Microstix-bitje om de volgende acht nieuwe trilobe-schroeven in het moederbord te plaatsen:

    • Eén trilobe-schroef (923-08156) (1)

    • Twee trilobe-schroeven (923-08157) (2)

    • Vijf trilobe-schroeven (923-08155) (3)

    

23. Trek de eerste strip van de middelste afdekstrip (1) los met de klok mee, beginnend rechtsonder op de behuizing. Trek de tweede strip (2) los tegen de klok in, beginnend rechtsonder op de behuizing. Trek de derde strip (3) los met de klok mee, beginnend linksonder op de behuizing.

    • Voorzichtig: De derde strip van de middelste afdekstrip loopt onder twee flexkabels door. Beschadig de flexkabels niet terwijl je de afdekstrip verwijdert.

      

      • Middelste afdekstrip

    

24. Inspecteer de schermplakstrip om te controleren of deze zich in de juiste positie bevindt en niet beschadigd of gekreukt is. Als de plakstrip beschadigd is, verwijder je deze en plaats je een vervangende plakstrip.

25. Inspecteer de TrueDepth-camera. Controleer of de bovenrand van de TrueDepth-camera onder de rand van de behuizing is geplaatst.

    • Voorzichtig: als de TrueDepth-camera niet goed is geplaatst, gebruik je het zwarte staafje om dit te corrigeren.

      

    • Waarschuwing: inspecteer de behuizing op losse of extra schroeven en kleine onderdelen die de batterij kunnen beschadigen en voor veiligheidsproblemen kunnen zorgen.

26. Trek aan de lipjes op de zuignappen om ze los te maken van het beeldscherm. Kantel het beeldscherm omlaag zodat dit rust op de behuizing.

27. Haal de zuignappen uit de reparatiehouder.

28. Druk tegelijk op alle vier de hoeken van het beeldscherm. Druk vervolgens op de randen van het beeldscherm tot het vastklikt en niet meer uitsteekt ten opzichte van de behuizing.

    

    • Voorzichtig: Controleer of de flexkabels niet vastzitten tussen het beeldscherm en de behuizing. Voel aan de randen van het beeldscherm om te controleren op afwijkingen of openingen. Als het beeldscherm niet goed in de behuizing past, herhaal dan alle stappen voor verwijdering en controleer alle flexkabels op schade. Herhaal vervolgens de montagestappen 1 tot en met 28.

    • Verhoogde randen

      

    • Randen in de juiste positie

      

29. Plaats de reparatiehouder met de iPhone in de beeldschermpers. Trek de hendel omlaag totdat de beeldschermpers vergrendelt.

    

30. Wacht tot je een piepsignaal van de beeldschermpers hoort en de timer op 0 staat. Trek de hendel omlaag (1) en trek de ontgrendelknop uit (2). Duw de hendel vervolgens omhoog (3).

    

31. Verwijder de reparatiehouder uit de beeldschermpers.

32. Gebruik de grijze momentschroevendraaier met het Torx-beveiligingsbitje om twee nieuwe beveiligingsschroeven (een aan elke kant van de Lightning-connector) te plaatsen. Druk terwijl je de schroeven plaatst zachtjes op het beeldscherm in de buurt van de Lightning-connector. Als je tijdens het aandraaien vijf klikken per schroef hebt gehoord, weet je zeker dat de schroeven helemaal zijn aangedraaid.

    • Opmerking: gebruik de juiste kleur schroeven voor je model.

      • Dieppaars (923-08431)

      • Goud (923-08430)

      • Zilver (923-08429)

      • Spacezwart (923-08428)

    • Voorzichtig: Als de schroeven uitsteken, verwijder je ze en leg je ze opzij. Herhaal stap 32 om een nieuwe set schroeven te plaatsen. Als de nieuwe schroeven nog steeds niet goed passen, herhaal je alle stappen voor verwijdering en montage.

    

Voorzichtig

• Systeemconfiguratie is vereist als je de batterij, de camera of het beeldscherm hebt vervangen. Configuratie TrueDepth-camera is vereist als je een vervangende TrueDepth-camera hebt geïnstalleerd. Meldingen op het toegangsscherm over iPhone-functies kun je negeren tot de configuratie is voltooid.

• Nadat je alle verwijderings- en montagestappen hebt voltooid, start je de vereiste configuratie. Hoe je de configuratie start, hangt af van welk onderdeel of welke onderdelen je hebt vervangen.

  • Als je de batterij of het beeldscherm hebt vervangen, start je Systeemconfiguratie door het apparaat in de diagnostische modus te zetten. Tik op 'Start sessie' en volg de aanwijzingen op het scherm.

    • Je krijgt één poging om Systeemconfiguratie te voltooien. Als je poging wordt onderbroken of geannuleerd of als er een fout optreedt, geeft het apparaat een bericht weer waarin je wordt gevraagd contact op te nemen met de mensen van de Zelfservice-reparatiewinkel voor hulp.

  • Als je de camera hebt vervangen, lees je hoe je het proces voor Systeemconfiguratie start op support.apple.com/nl-nl/self-service-repair.

  • Als je de TrueDepth-camera hebt vervangen, heb je het volgende nodig:

    • Een Mac met de nieuwste versie van Apple Service-hulpprogramma (ASU). Je moet ook de bronbestanden 'iPhone-reparatie – TrueDepth-camera' installeren. Deze staan in het venster 'Bronbestanden' van Apple Service-hulpprogramma.

    • Het apparaat moet de nieuwste versie van iOS gebruiken.

    • Internettoegang

    • Een Lightning-kabel

    • Op support.apple.com/nl-nl/self-service-repairlees je hoe je de procedure 'Configuratie TrueDepth-camera' start nadat je Apple Service-hulpprogramma op een Mac hebt geïnstalleerd.