Profielbeheer configureren in macOS Server
Met Profielbeheer kun je opgeven hoe apps en boeken worden gedistribueerd, hoe clients worden geconfigureerd, hoe apparaten worden beheerd en hoe de configuraties worden verstrekt aan gebruikers en apparaten.
Om Profielbeheer te kunnen gebruiken, klik je in het paneel 'Profielbeheer' in de app Server op 'Aan'. Vervolgens voer je een of meer van de volgende stappen uit:
Klik op de link 'Profielbeheer' in het paneel 'Profielbeheer' van de app Server om naar het beheerportaal te gaan.
Het beheerportaal is een website waar je apptoewijzingen beheert, instellingen voor apparaten configureert, ingeschreven apparaten en apparaatgroepen beheert, gebruikers en gebruikersgroepen beheert en taken voor aangemelde apparaten uitvoert of controleert.
Om instellingen op te geven en toe te wijzen aan gebruikers, apparaten en groepen en om ingeschreven apparaten te beheren, klik je onder in het venster op 'Open met Safari' naast 'Profielbeheer'.
Wanneer Profielbeheer wordt geopend in je webbrowser, log je in met je beheerdersnaam en -wachtwoord.
Om apparaatconfiguratie op afstand in te schakelen, klik je onder een van de volgende programma's op de knop 'Configureer'. Controleer vervolgens of de apparaten zijn ingeschreven:
Apple School Manager
Apple Business Manager
Nadat een apparaat is ingeschreven, kun je zonder tussenkomst van de gebruiker de configuratie van het apparaat via het netwerk bijwerken en andere taken uitvoeren. Als je informatie wilt over de manier waarop gebruikers werken met Profielbeheer, klik je op 'Open Profielbeheer' en kies je 'Help' uit het Gebruiker-menu.
Om apps en boeken toe te wijzen die via Apple School Manager, Apple Business Manager of een volumeaankoop zijn aangeschaft, klik je op 'Configureer' onder 'Volumeaankoop voor apps en boeken'.
Voor informatie over hoe je apps en boeken die via Apple School Manager, Apple Business Manager of een volumeaankoop zijn aangeschaft, toewijst aan apparaten, gebruikers of groepen, klik je op 'Open Profielbeheer' en kies je 'Help' uit het Gebruiker-menu.
Om de Apple Push Notification Service (APNS) te gebruiken, klik je op 'Configureer' onder 'Pushberichtencertificaat voor apparaatcommunicatie' en log je in met je Apple ID en wachtwoord.
Om profielen met een certificaat te ondertekenen, selecteer je 'Onderteken configuratieprofielen' en kies je vervolgens een certificaat uit het venstermenu 'Certificaten'.
Als het certificaat niet in het menu staat, kies je 'Importeer' uit het venstermenu 'Certificaten' en importeer je een certificaat.