De toegang tot hardwarevoorzieningen beheren op de iPhone
Voordat apps de camera of microfoon van je iPhone kunnen gebruiken, moeten ze om je toestemming vragen en uitleggen waarom ze toegang nodig hebben. Een app van een sociaal netwerk kan bijvoorbeeld vragen je camera te gebruiken, zodat je foto's kunt maken en die in de app kunt uploaden. Apps moeten ook je toestemming vragen om verschillende andere hardwarevoorzieningen te kunnen gebruiken, zoals de Bluetooth®-verbinding, bewegings- en fitness-sensors en apparaten in je lokale netwerk.
Je kunt kijken welke apps toegang tot deze hardwarevoorzieningen hebben gevraagd en de toegang desgewenst wijzigen.
De toegang tot de camera, de microfoon en andere hardwarevoorzieningen controleren of wijzigen
Tik in Instellingen
op 'Privacy en beveiliging'.
Tik op een hardwarevoorziening, zoals 'Camera', 'Bluetooth', 'Lokaal netwerk' of 'Microfoon'.
In de lijst zie je de apps die om toegang hebben gevraagd. Je kunt de toegang per app in de lijst in- of uitschakelen.
Opmerking: Wanneer de camera door een app wordt gebruikt (en als de camera en de microfoon samen worden gebruikt), verschijnt er een groene indicator. Boven in het scherm verschijnt een oranje indicator als de microfoon zonder camera door een app wordt gebruikt. Er verschijnt ook een bericht boven in het bedieningspaneel waarin wordt aangegeven dat de camera of microfoon onlangs door een app is gebruikt.