Toetscombinaties in Grapher op de Mac
In de app Grapher op de Mac kun je toetscombinaties gebruiken om veel taken snel uit te voeren. Bekijk de onderstaande toetscombinaties en de toetscombinaties in de Grapher-menu's in de menubalk. In appmenu's worden toetscombinaties weergegeven met symbolen.
Opmerking: De toetscombinaties in apps kunnen verschillen afhankelijk van de taal en toetsenbordindeling die je op je Mac gebruikt. Als de onderstaande toetscombinaties anders werken dan verwacht, kijk je in de appmenu's in de menubalk om te zien wat de juiste toetscombinaties zijn. Je kunt ook de toetsenbordweergave gebruiken om de huidige toetsenbordindeling (oftewel de invoerbron) te bekijken.
Je kunt ook 'Venster' > 'Toon vergelijkingspalet' kiezen of het venstermenu voor het toevoegen van elementen 
rechts van het vergelijkingenveld gebruiken om speciale operatoren of tekens in te voeren. Kies 'Help' > 'Toon ingebouwde definities' om een volledige lijst van alle ondersteunde constanten en functies weer te geven.
Speciale tekens
Operator of teken | Toetscombinatie | ||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Breuk (½) | / | ||||||||||
Exponent of superscript (x³) | ^ | ||||||||||
Index of subscript (k0) | _ (onderstrepingsteken) | ||||||||||
Vierkantswortel (√2) | Option + V | ||||||||||
Derdemachtswortel (³√27) | Shift + Option + V | ||||||||||
Som ( | Option + W | ||||||||||
Product ( ∏ ) | Shift + Option + P | ||||||||||
Integraal ( ∫ ) | Option + B | ||||||||||
Pi (π) | Option + P | ||||||||||
Tips voor vergelijkingen
Taak | Tips | ||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Vergelijkingen en functies invoeren | Typ ze op dezelfde wijze als je ze zou schrijven. Bijvoorbeeld: x = 2y or f(t) = 1 + 3t | ||||||||||
Een constante invoeren | Gebruik = of := Bijvoorbeeld: k = 1 of k :=1 | ||||||||||
Meerdere waarden voor een constante invoeren | Plaats de waarden tussen accolades. Bijvoorbeeld: k = { 1, 2, 3 } | ||||||||||
Een reeks waarden invoeren | Gebruik ellipsen (...). Bijvoorbeeld: k = { 1...10 } of k = { 0, 5, 10...15 } | ||||||||||
Definities combineren | Gebruik een komma. Bijvoorbeeld: x = 1 + cos(3k-y), k={ 1...5 } | ||||||||||
3D-grafieken
Handeling | Toetscombinatie | ||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplaatsen | De Command-toets ingedrukt houden terwijl je versleept | ||||||||||
Draaien | De Option-toets ingedrukt houden terwijl je versleept | ||||||||||
In- en uitzoomen | De Shift-toets ingedrukt houden terwijl je versleept | ||||||||||