
De toegang tot je wifinetwerk regelen in AirPort-configuratieprogramma op de Mac
Wanneer je de configuratie-assistent van AirPort-configuratieprogramma gebruikt om je nieuwe basisstation te configureren of een bestaand netwerk uit te breiden, worden automatisch de beste instellingen voor je netwerk geconfigureerd. Je kunt ook de tijd en de dagen instellen waarop een computer toegang tot je wifinetwerk heeft, evenals de momenten waarop een gebruiker via het netwerk toegang tot het internet kan krijgen, bestanden kan delen of games kan spelen.
Open AirPort-configuratieprogramma
op de Mac. Je vindt dit in de map 'Hulpprogramma's' in de map 'Apps'.
Selecteer in het grafische overzicht het basisstation dat je wilt configureren en klik op 'Wijzig'. Het kan zijn dat je een wachtwoord moet invoeren voor het basisstation.
Klik op 'Netwerk', selecteer 'Toegangscontrole' en klik op de knop 'Tijdgebonden toegangscontrole'.
Als je het standaardgedrag wilt wijzigen voor gebruikers die verbinding maken met het netwerk, selecteer je de instelling 'Onbeperkt' (standaard) in de lijst 'Draadloze clients' in het dialoogvenster dat wordt weergegeven. Vervolgens gebruik je de pop‑upmenu's in het gedeelte 'Tijden draadloze toegang' om een of meer dagen en een tijdsduur te selecteren.
Je kunt extra tijden toevoegen door onder het gedeelte 'Tijden draadloze toegang' op de knop met het plusteken
te klikken.
Klik op de knop met het plusteken
onder de lijst met draadloze clients, druk op de Tab-toets, voer een beschrijving en MAC-adres in de velden onder de lijst in en gebruik vervolgens de pop‑upmenu's in het gedeelte 'Tijden draadloze toegang' om een of meer dagen en een tijdsduur te selecteren.
Voeg extra tijden toe door onder de lijst 'Tijden draadloze toegang' op de knop met het plusteken
te klikken.
Klik op 'Bewaar' om het dialoogvenster te sluiten. Klik vervolgens op 'Werk bij' om de wijzigingen op te slaan.