Terminal openen of stoppen op de Mac
Elk venster in Terminal vertegenwoordigt een exemplaar van een shell-proces. Het venster bevat een prompt waar je een commando kunt invoeren. De weergegeven prompt is afhankelijk van de voorkeuren die je hebt ingesteld voor Terminal en de shell. Vaak bestaat de prompt uit de naam van de host waarbij je bent ingelogd, de huidige werkmap, je gebruikersnaam en een prompt-symbool. Als bijvoorbeeld een gebruiker met de naam mariah de standaard-shell 'bash' gebruikt, ziet de prompt er zo uit:
server1:~ mariah$
Deze prompt geeft aan dat de gebruiker met de naam mariah is ingelogd op een computer met de naam 'server1' en dat haar huidige map de thuismap is, wat wordt aangegeven met de tilde (~).
Terminal openen
Voer op de Mac een van de volgende stappen uit:
Klik op het Launchpad-symbool in het Dock, typ "Terminal" in het zoekveld en klik vervolgens op 'Terminal'.
Open in de Finder de map '/Programma's/Hulpprogramma's' en klik dubbel op 'Terminal'.
Terminal stoppen
Kies in het programma Terminal op de Mac 'Terminal' > 'Stop Terminal'.
Een shell-sessie beëindigen
Typ in het Terminal-venster met het shell-proces dat je wilt stoppen het commando
exit
en druk op de Return-toets.$ exit
Op deze manier worden commando's gestopt die actief in de shell worden uitgevoerd. Als er nog processen actief zijn, zie je een waarschuwing.
Zie Voorkeuren voor 'Shell' in het voorkeurenpaneel 'Profielen' wijzigen als je het shell-stopgedrag wilt wijzigen.