Gebruikershandleiding Numbers voor de Mac
- Welkom
-
- Inleiding tot Numbers
- Informatie over afbeeldingen, diagrammen en andere objecten
- Een spreadsheet aanmaken
- Spreadsheets openen of sluiten
- Sjablonen aanpassen
- Werkbladen gebruiken
- Wijzigingen ongedaan maken of opnieuw toepassen
- Een spreadsheet bewaren
- Een spreadsheet zoeken
- Een spreadsheet verwijderen
- Een spreadsheet afdrukken
- De achtergrond van een werkblad wijzigen
- Touch Bar voor Numbers
- VoiceOver gebruiken om een spreadsheet te maken
-
- Tekst selecteren en het invoegpunt plaatsen
- Een stijl toepassen door middel van een toetscombinatie
- Lijsten opmaken
- Vergelijkingen toevoegen en wijzigen
- Een markering toevoegen aan tekst
- Een link naar een webpagina, e-mail of werkblad toevoegen in Numbers op de Mac
- Lijnen toevoegen om tekst te scheiden
-
- iCloud gebruiken bij Numbers
- Een Excel- of tekstbestand importeren
- Exporteren naar Excel of een andere bestandsstructuur
- Een spreadsheetbestand kleiner maken
- Een grote spreadsheet als pakketbestand bewaren
- Een eerdere versie van een spreadsheet herstellen
- Een spreadsheet verplaatsen
- Een spreadsheet vergrendelen
- Een spreadsheet met een wachtwoord beveiligen
- Aangepaste sjablonen aanmaken en beheren
- Copyright
Tekst selecteren en het invoegpunt plaatsen in Numbers op de Mac
Om tekst te wijzigen, selecteer je de tekst of plaats je het invoegpunt in het woord of de alinea waar je wilt beginnen met wijzigen.
Tekst selecteren
Als de tekst in een tabelcel staat, moet je op de cel klikken voordat je de tekst kunt selecteren.
Een of meer tekens selecteren: Klik vóór het eerste teken en sleep over de tekens die je wilt selecteren.
Een woord selecteren: Klik dubbel op het woord.
Een alinea selecteren: Klik drie keer in de alinea.
Een stuk tekst selecteren: Klik vóór het eerste teken en houd de Shift-toets op het toetsenbord ingedrukt. Klik vervolgens achter de tekst die je wilt selecteren.
Het invoegpunt plaatsen
Het invoegpunt is een knipperende verticale lijn of cursor in tekst die aangeeft waar het volgende teken dat je typt zal verschijnen.
In een tabelcel: Klik op de cel om deze te selecteren en klik vervolgens op de plek waar je het invoegpunt wilt plaatsen.
In een tekstvak: Klik op het tekstvak. Als het object al tekst bevat, klik je één keer om het object te selecteren. Vervolgens klik je nog een keer in de tekst op de plek waar je het invoegpunt wilt plaatsen.
In een vorm: Klik dubbel op de vorm. Als het object tekst bevat, wordt er een woord geselecteerd. Klik nogmaals op de plek waar je het invoegpunt wilt plaatsen.
Nadat je het invoegpunt hebt geplaatst, kun je het met de pijltoetsen verplaatsen.