Je printer delen op de Mac
Je kunt je printer delen met een andere Mac of met een UNIX-computer. De computers moeten zich in hetzelfde lokale netwerk als de Mac bevinden en de Mac-gebruikers moeten met OS X 10.4 of nieuwer werken.
Printerdeling is bedoeld voor niet-draadloze printers of printers die niet op een netwerk zijn aangesloten, die doorgaans rechtstreeks op de computer zijn aangesloten. Netwerkprinters, draadloze printers en AirPrint-compatibele printers hoeven niet te worden gedeeld, omdat ze al worden gedeeld in het netwerk.
Kies op de Mac Apple-menu > 'Systeeminstellingen', klik op 'Algemeen' in de navigatiekolom en klik vervolgens aan de rechterkant op 'Delen'. (Mogelijk moet je omlaag scrollen.)
Schakel 'Printerdeling' in en klik op de infoknop aan de rechterkant.
Selecteer onder 'Printers' de printer die je wilt delen.
Voer een van de volgende stappen uit om in te stellen wie de printer kan gebruiken:
Laat de printer door iedereen gebruiken: Klik op het venstermenu naast 'Iedereen' en kies 'Afdrukken mag'.
Kies wie de printer mag gebruiken: Klik op de knop met het plusteken onder in de lijst 'Gebruikers' en selecteer gebruikers.
Klik op 'Gereed'.
Om een gebruiker te verwijderen, selecteer je de naam en klik je op de knop met het minteken . Je kunt 'Iedereen' niet verwijderen.