Geavanceerde wifiopties instellen op de Mac
Je kunt geavanceerde opties voor wifi instellen. Je kunt bijvoorbeeld voorkeursnetwerken opgeven en deze in de gewenste volgorde zetten. Ook kun je aangeven of een beheerderswachtwoord vereist is voor het beheren van bepaalde wifiopties, zoals het in- of uitschakelen van wifi.
Kies op de Mac Apple-menu > 'Systeemvoorkeuren' en klik op 'Netwerk'.
Selecteer 'Wifi' in de lijst aan de linkerkant.
Als wifi niet in de lijst staat, klik je onder aan de lijst op de knop met het plusteken . Klik op het venstermenu 'Interface', kies 'Wifi', geef een naam voor de wifivoorziening op en klik op 'Maak aan'.
Klik met de Option-toets ingedrukt op 'Geavanceerd', klik op 'Wifi' en voer een of meer van de volgende stappen uit:
Een netwerk aan de lijst met netwerken toevoegen: Klik op de knop met het plusteken onder aan de lijst 'Voorkeursnetwerken', typ een netwerknaam en kies een type beveiliging uit het venstermenu. Om de beschikbare wifinetwerken weer te geven, klik je op 'Toon netwerken' en kies je een draadloos netwerk uit de lijst.
Een netwerk uit de lijst met netwerken verwijderen: Selecteer het netwerk dat je wilt verwijderen en klik op de knop met het minteken onder aan de lijst 'Voorkeursnetwerken'.
Prioriteit toekennen aan netwerken: Sleep de netwerken in de gewenste volgorde.
Opties voor netwerken instellen: Schakel de aankruisvakken rechts van een netwerknaam in om automatisch verbinding met het netwerk te maken, het netwerk als verborgen te beschouwen of om toe te staan dat het wachtwoord voor het netwerk wordt gedeeld.
Een netwerk waarmee je verbinding hebt gemaakt automatisch toevoegen aan de lijst met netwerken: Schakel het aankruisvak 'Onthoud netwerken waarmee deze computer verbonden is geweest' in.
Een beheerderswachtwoord vereisen om opties vanuit het wifistatusmenu te wijzigen: Selecteer een of meer opties onder 'Beheerderswachtwoord vereist om'.
Klik op 'OK' en klik vervolgens op 'Pas toe'.