Gebruikershandleiding Keynote voor de Mac
- Welkom
- Nieuw in Keynote 14.0
-
- Inleiding tot Keynote
- Informatie over afbeeldingen, diagrammen en andere objecten
- Een presentatie aanmaken
- Bepalen hoe je in een presentatie wilt navigeren
- Een presentatie openen of sluiten
- Een presentatie bewaren en een naam geven
- Een presentatie zoeken
- Een presentatie afdrukken
- Touch Bar voor Keynote
- Een presentatie aanmaken met VoiceOver
-
- Doorzichtigheid van een object wijzigen
- Vormen en tekstvakken vullen met kleur of een afbeelding
- Een rand aan een object toevoegen
- Een bijschrift of titel toevoegen
- Een weerspiegeling of schaduw toevoegen
- Objectstijlen gebruiken
- Objecten vergroten of verkleinen, roteren en spiegelen
- Objecten verplaatsen en wijzigen in de objectenlijst
- Gekoppelde objecten toevoegen om een presentatie interactief te maken
-
- Presenteren op je Mac
- Presenteren op een apart beeldscherm
- Presenteren op de Mac via het internet
- Een afstandsbediening gebruiken
- Een presentatie automatisch laten afspelen
- Een diavoorstelling afspelen met meerdere presentatoren
- Notities van de presentator toevoegen en bekijken
- Oefenen op je Mac
- Presentaties opnemen
-
- Een presentatie versturen
- Informatie over samenwerking
- Anderen uitnodigen om samen te werken
- Samenwerken aan een gedeelde presentatie
- De nieuwste activiteit in een gedeelde presentatie bekijken
- De instellingen van een gedeelde presentatie wijzigen
- Een presentatie niet meer delen
- Gedeelde mappen en samenwerking
- Box gebruiken om samen te werken
- Een geanimeerde GIF aanmaken
- Je presentatie in een blog publiceren
-
- iCloud Drive gebruiken bij Keynote
- Exporteren naar PowerPoint of een andere bestandsstructuur
- Een presentatiebestand kleiner maken
- Een grote presentatie als pakketbestand bewaren
- Een eerdere versie van een presentatie herstellen
- Een presentatie verplaatsen
- Een presentatie verwijderen
- Een presentatie beveiligen met een wachtwoord
- Een presentatie vergrendelen
- Aangepaste thema's aanmaken en beheren
- Copyright
Een alineastijl bijwerken of herstellen in Keynote op de Mac
Een alineastijl krijgt een opheffing zodra je de vormgeving (zoals de kleur of lettergrootte) wijzigt van tekst waarop die alineastijl is toegepast. Een opheffing wordt aangegeven met een sterretje (*) of een sterretje en de knop 'Werk bij' naast de naam van de stijl in het menu 'Alineastijlen'. Met een opheffing kun je het volgende doen:
Negeren: De opheffing blijft gehandhaafd, wat betekent dat de wijzigingen in je tekst behouden blijven.
Gebruiken om de alineastijl bij te werken: Als je de alineastijl bijwerkt, wordt alle tekst in je presentatie waarin de stijl wordt gebruikt, eveneens bijgewerkt.
De opheffing verwijderen: Je tekst krijgt weer de oorspronkelijke vormgeving en de alineastijl blijft ongewijzigd.
Opmerking: Zie Lijsten opmaken voor informatie over het bijwerken van lijststijlen.
Een alineastijl bijwerken
Als je een alineastijl bijwerkt, wordt alle tekst in de presentatie waarin de stijl wordt gebruikt, eveneens bijgewerkt.
Klik ergens in de tekst met de opheffing.
Klik op de tab 'Tekst' boven in de navigatiekolom aan de rechterkant en voer een van de volgende stappen uit:
Als er een knop 'Werk bij' wordt weergegeven: Klik op 'Werk bij'.
Als er alleen een sterretje staat: Klik op de naam van de stijl en plaats de aanwijzer op de naam van de stijl in het menu 'Alineastijlen'. Klik op de pijl die verschijnt en kies 'Herdefinieer volgens selectie'.
Wijzigingen in de stijl ongedaan maken
Als je wijzigingen die je in tekst hebt aangebracht, niet wilt houden, kun je de tekst weer de oorspronkelijke alineastijl geven (de opheffingen verwijderen).
Klik op de alinea die de opheffing bevat.
Klik op de tab 'Tekst' in de navigatiekolom 'Opmaak' en klik op de naam van de alineastijl boven in de navigatiekolom.
Klik in het menu 'Alineastijlen' op de stijlnaam (grijs vinkje geeft een opheffing aan).
De opheffing wordt gewist, de tekst keert terug naar de originele stijl en het vinkje wordt zwart.