Een pakketbestand (iTMSP) aanmaken
Met Transporter voor macOS kun je een vooraf gegenereerd pakket verifiëren en afleveren. Het pakketbestand zelf moet je echter met andere tools aanmaken. Je kunt het pakketbestand zelf aanmaken op basis van de importspecificaties voor pakketten. Je kunt ook goedgekeurde tools gebruiken om je materiaal aan te maken en het pakketbestand te genereren.
Als je het pakketbestand zelf aanmaakt op basis van de importspecificaties, moet je het pakket aanmaken in een map met de naam leverancier_id.itmsp. Deze map moet het volgende bevatten:
Een XML-bestand met de naam metadata.xml waarin het afgeleverde materiaal wordt beschreven met de structuur die in de importspecificaties wordt vermeld
Digitaal gecodeerd bronmateriaal (muziek, video, boek, enzovoort)
Bijbehorende afbeeldingsbestanden
Het is raadzaam dat de naam van de map met het pakket overeenkomt met de <leverancier_id> in het bijbehorende bestand met metadata en dat deze de notatie leverancier_id.itmsp heeft. In het pakket kun je willekeurige bestandsnamen gebruiken, maar deze moeten overeenkomen met de bestandsnamen in het bijbehorende XML-bestand. Het XML-bestand met metadata moet op het hoogste niveau in de map met het pakket staan. Voor informatie over de pakketspecificaties ga je naar het gedeelte Resources and Help in iTunes Connect en selecteer je het juiste type materiaal.
Aanbieders van video's kunnen Compressor (op een Mac) of Switch (op een pc) gebruiken om materiaal aan te maken en pakketbestanden te genereren. Zie https://www.apple.com/nl/final-cut-pro/compressor/ voor meer informatie.
Appontwikkelaars kunnen een pakket aanmaken door het bestand van een app (.ipa-bestand voor iOS-apps of .pkg-bestand voor macOS-apps) naar het Transporter-venster te slepen. In Transporter wordt dan een .itmsp-pakket met alleen onderdelen gegenereerd dat je vervolgens kunt uploaden. Gebruik App Store Connect om de metadata voor de app op te geven.