Netwerkgegevens coderen in Remote Desktop
Wanneer je Remote Desktop met Mac-computers gebruikt, kun je het beveiligingsniveau bepalen. De codering is afhankelijk van de versie van de Mac waarop Remote Desktop wordt uitgevoerd en de versies van de Mac-clientcomputers.
macOS-versie op Mac met Remote Desktop | macOS-versie client | Identiteitscontrole | Besturen en Observeren | Onderdelen kopiëren of pakket installeren | Alle overige taken |
---|---|---|---|---|---|
macOS 13 | macOS 13 | 2048-bits RSA-hostsleutels | 2048-bits RSA-hostsleutels | 2048-bits RSA-hostsleutels voor identiteitscontrole, daarna 128-bits AES | 2048-bits RSA-hostsleutels |
macOS 13 | macOS 10.12 | SRP-protocol (Secure Remote Password) alleen voor lokaal. Diffie-Hellman (DH) bij koppeling met LDAP of bij gebruik van macOS Server versie 10.11 of ouder | SRP of DH, 128-bits AES | SRP of DH voor identiteitscontrole, daarna 128-bits AES | 2048-bits RSA-hostsleutels |
macOS 11 t/m macOS 12 | macOS 10.12 t/m macOS 13 | SRP-protocol (Secure Remote Password) alleen voor lokaal, Diffie-Hellman bij koppeling met LDAP | SRP of DH 1024-bits, 128-bits AES | 2048-bits RSA-hostsleutels macOS 13 t/m macOS 10.13 | 2048-bits RSA-hostsleutels macOS 10.13 of nieuwer |
macOS 11 t/m macOS 12 | OS X 10.11 of ouder | DH 1024-bits | DH 1024-bits, 128-bits AES | Diffie-Hellman-sleuteluitwisselingsprotocol met een 512-bits priemgetal | Diffie-Hellman-sleuteluitwisselingsprotocol met een 512-bits priemgetal |
Voor 'Kopieer onderdelen' en 'Installeer pakketten' is codering niet standaard ingeschakeld. Je moet de codering per kopieertaak inschakelen of via een algemene instelling in het voorkeurenvenster van Remote Desktop. Zelfs installatiepakketbestanden kunnen worden onderschept als ze niet zijn gecodeerd. Je kunt ook het bestandsarchief coderen voordat je het kopieert.
Belangrijk: Als je met Remote Desktop een computer bestuurt waarop andere VNC-software dan die van Apple wordt gebruikt, wordt er niets gecodeerd.
Alle bestandsoverdrachten standaard coderen
Je kunt alle bestandsoverdrachten standaard coderen.
Kies in Remote Desktop 'Remote Desktop' > 'Voorkeuren' en selecteer 'Beveiliging'.
Schakel 'Codeer netwerkgegevens bij gebruik van 'Kopieer onderdelen'' of 'Codeer netwerkgegevens bij gebruik van 'Installeer pakketten'' in.
Eén bestandsoverdracht coderen
Je kunt één bestandsoverdracht coderen zonder dat dit de standaardinstelling wordt.
Selecteer in Remote Desktop 'Codeer netwerkgegevens' in het configuratievenster voor de taak 'Kopieer onderdelen' of de taak 'Installeer pakketten'.