Implementatie van het Apple platform
- Welkom
- Inleiding tot implementatie van het Apple platform
- Nieuwe functies
-
- Inleiding tot beveiliging van apparaatbeheer
- Snelle beveiligingsmaatregelen
- Apparaten vergrendelen en opsporen
- Apparaten wissen
- Activeringsslot
- Toegang tot accessoires beheren
- Wachtwoordbeleidsregels afdwingen
- Permanente tokens gebruiken
- Ingebouwde functies voor netwerkbeveiliging gebruiken
- Attestatie van beheerde apparaten
-
-
- Instellingen voor de payload voor toegankelijkheidsinstellingen
- Instellingen voor de payload 'Active Directory-certificaat'
- Instellingen voor de payload 'AirPlay'
- Instellingen voor de payload 'AirPlay-beveiliging'
- Instellingen voor de payload 'AirPrint'
- Instellingen voor de payload 'Appvergrendeling'
- Instellingen voor de payload 'Bijbehorende domeinen'
- Instellingen voor de payload 'Automated Certificate Management Environment (ACME)'
- Instellingen voor de payload 'Autonome één-app-modus'
- Instellingen voor de payload 'Agenda'
- Instellingen voor de payload 'Mobiel'
- Instellingen voor de payload 'Mobiel privénetwerk'
- Instellingen voor de payload 'Certificaatvoorkeur'
- Instellingen voor de payload 'Certificaatintrekking'
- Instellingen voor de payload 'Certificaattransparantie'
- Instellingen voor de payload 'Certificaten'
- Instellingen voor de payload 'Vergaderruimteweergave'
- Instellingen voor de payload 'Contacten'
- Instellingen voor de payload 'Materiaalcaching'
- Instellingen voor de payload 'Adreslijstvoorziening'
- Instellingen voor de payload 'DNS-proxy'
- Instellingen voor de MDM-payload 'DNS-instellingen'
- Instellingen voor de payload 'Dock'
- Instellingen voor de payload 'Domeinen'
- Instellingen voor de payload 'Energiestand'
- Instellingen voor de payload 'Exchange ActiveSync (EAS)'
- Instellingen voor de payload 'Exchange Web Services (EWS)'
- Instellingen voor de payload 'Uitbreidbare SSO'
- Instellingen voor de payload 'Uitbreidbare SSO met Kerberos'
- Instellingen voor de payload 'Extensies'
- Instellingen voor de payload 'FileVault'
- Instellingen voor de Finder-payload
- Instellingen voor de payload 'Firewall'
- Instellingen voor de payload 'Lettertypen'
- Instellingen voor de payload 'Globale HTTP-proxy'
- Instellingen voor de payload 'Google-accounts'
- Instellingen voor de payload 'Indeling beginscherm'
- Payload voor identificatie-instellingen
- Instellingen voor de payload 'Identiteitsvoorkeur'
- Instellingen voor de payload 'Kernelextensiebeleid'
- Instellingen voor de payload 'LDAP'
- Instellingen voor de payload 'LOM (Lights Out Management)'
- Instellingen voor de payload 'Bericht toegangsscherm'
- Instellingen voor de payload 'Inlogvenster'
- Instellingen voor de payload 'Beheerde inlogonderdelen'
- Instellingen voor de payload 'E‑mail'
- Instellingen voor de payload 'Netwerkgebruiksregels'
- Instellingen voor de payload 'Meldingen'
- Instellingen voor de payload 'Ouderlijk toezicht'
- Instellingen voor de payload 'Toegangscode'
- Instellingen voor de payload 'Afdrukken'
- Instellingen voor de payload 'Regelaar voor voorkeurenpaneel 'Privacy''
- Instellingen voor de payload 'Doorgifte'
- Instellingen voor de payload 'SCEP'
- Instellingen voor de payload 'Beveiliging'
- Instellingen voor de payload 'Configuratie-assistent'
- Instellingen voor de payload 'Eenmalige aanmelding'
- Instellingen voor de payload 'Smartcard'
- Instellingen voor de payload 'Agenda's met abonnement'
- Instellingen voor de payload 'Systeemextensies'
- Instellingen voor de payload 'Systeemmigratie'
- Instellingen voor de payload 'Time Machine'
- Instellingen voor de payload 'TV Remote'
- Instellingen voor de payload 'Webfragmenten'
- Instellingen voor de payload 'Webmateriaalfilter'
- Instellingen voor de payload 'Xsan'
-
- Declaratieve appconfiguratie
- Declaratie voor de onderdelen voor authenticatiegegevens en identiteit
- Declaratieve configuratie voor beheer van achtergrondtaken
- Declaratieve configuratie voor agenda's
- Declaratieve configuratie voor certificaten
- Declaratieve configuratie voor contacten
- Declaratieve configuratie voor Exchange
- Declaratieve configuratie voor Google-accounts
- Declaratieve configuratie voor LDAP
- Declaratieve configuratie voor verouderde interactieve profielen
- Declaratieve configuratie voor verouderde profielen
- Declaratieve configuratie voor e‑mail
- Declaratieve configuratie voor wiskundevoorzieningen en de Rekenmachine-app
- Declaratieve configuratie voor toegangscodes
- Declaratieve configuratie voor passkey-attestatie
- Declaratieve configuratie voor beheer van Safari-extensies
- Declaratieve configuratie voor schermdeling
- Declaratieve configuratie voor configuratiebestanden van voorzieningen
- Declaratieve configuratie voor software-updates
- Declaratieve configuratie voor instellingen van software-updates
- Declaratieve configuratie voor opslagbeheer
- Declaratieve configuratie voor agenda's met abonnement
- Woordenlijst
- Revisiegeschiedenis
- Copyright
Declaratieve appconfiguratie voor Apple apparaten
Deze declaratie kan worden gebruikt om de volgende apps op apparaten te implementeren: App Store-apps, aangepaste apps, niet-vermelde apps en interne apps van de organisatie. De appconfiguratie ondersteunt het volgende:
Minimale OS-versies en ondersteunde kanalen: iOS 17.2, iPadOS 17.2, gebruiker van gedeelde iPad.
Toezicht vereist: Nee.
Ondersteunde inschrijvingstypen: gebruikersinschrijving, apparaatinschrijving, automatische apparaatinschrijving.
Instelling | Beschrijving | Vereist | |||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
App Store-ID | De App Store-ID van de beheerde app. Er moet een App Store-ID, bundel-ID of manifest-URL worden opgegeven. Er kan maar één van deze drie instellingen tegelijk worden gebruikt. | Nee | |||||||||
Bundel-ID | De bundel-ID van de beheerde app. Er moet een App Store-ID, bundel-ID of manifest-URL worden opgegeven. Er kan maar één van deze drie instellingen tegelijk worden gebruikt. | Nee | |||||||||
Manifest-URL | De manifest-URL van de beheerde app. Er moet een App Store-ID, bundel-ID of manifest-URL worden opgegeven. Er kan maar één van deze drie instellingen tegelijk worden gebruikt. | Nee | |||||||||
Installatiekenmerken | Hiermee geef je op of de app verplicht is en automatisch wordt geïnstalleerd of dat gebruikers zelf kunnen bepalen of ze de app willen installeren of verwijderen. | Nee | |||||||||
Licentie | Hiermee geef je op of een licentie voor volumeaankopen op basis van apparaat of van gebruiker wordt gebruikt voor de app. | Nee | |||||||||
Voeg toe aan back‑up | Hiermee geef je op of de app en de bijbehorende gegevens worden toegevoegd aan een back‑up. | Nee |
Appkenmerken
Voor elke app kunnen daarnaast de volgende kenmerken worden gedefinieerd.
Instelling | Beschrijving | Vereist |
---|---|---|
Bijbehorende domeinen | De bijbehorende domeinen die aan een app moeten worden toegevoegd. | Nee |
Bijbehorende domeinen schakelen directe downloads in | Sta verificatie van geclaimde bijbehorende websites op domeinniveau toe. | Nee |
Doorgifte-UUID | De UUID van een netwerkdoorgifteconfiguratie die aan de app moet worden toegewezen. | Nee |
Segment mobiel netwerk | De datanetwerknaam (DNN) of verkeerscategorie waarmee een netwerksegment van een aanbieder wordt aangeduid. | Nee |
Tap to Pay op toegangsscherm | Gebruikers moeten hun apparaat met Face ID, Touch ID of een toegangscode ontgrendelen na elke transactie waarbij het apparaat aan een klant is overhandigd om de pincode van de betaalkaart in te voeren. | Nee |
UUID van DNS-proxy | De UUID van een DNS-proxyconfiguratie die aan de app moet worden toegewezen. | Nee |
UUID van materiaalfilter | De UUID van een materiaalfilterconfiguratie die aan de app moet worden toegewezen. | Nee |
UUID van VPN | De UUID van een app-laag-VPN-configuratie die aan een app moet worden toegewezen. | Nee |
Opmerking: Elke MDM-leverancier implementeert deze instellingen op een andere manier. Als je wilt weten hoe de onderdelen voor authenticatiegegevens en identiteit worden toegepast op je apparaten en gebruikers, raadpleeg je de documentatie van je MDM-leverancier.