Geheugengebruik weergeven
Je kunt zien hoeveel systeemgeheugen door je Mac wordt gebruikt.
Klik op 'Geheugen' in het venster 'Activiteitenweergave' (of gebruik de Touch Bar). Je ziet nu de volgende gegevens onder in dit venster:
Geheugendruk: Deze grafische weergave geeft aan hoe efficiënt het geheugen in de verwerkingsbehoeften voorziet.
De geheugendruk wordt berekend aan de hand van de hoeveelheid beschikbaar geheugen, het swap-percentage, het wired geheugen en het geheugen in de bestandscache.
Fysiek geheugen: De hoeveelheid RAM-geheugen die is geïnstalleerd.
Geheugengebruik: De hoeveelheid RAM-geheugen die wordt gebruikt. Rechts hiervan zie je waaraan het geheugen is toegewezen.
Programmageheugen: De hoeveelheid geheugen die door programma's wordt gebruikt.
Wired geheugen: Geheugen dat het systeem nodig heeft om te kunnen functioneren. Dit geheugen kan niet in de cache worden geplaatst en moet in het RAM-geheugen aanwezig blijven, zodat het niet beschikbaar is voor andere programma's.
Gecomprimeerd: De hoeveelheid geheugen die is gecomprimeerd om meer RAM-geheugen vrij te maken.
Als bijna de maximale geheugencapaciteit wordt benut, worden inactieve programma's in het geheugen gecomprimeerd, zodat er meer geheugen beschikbaar is voor actieve programma's. De kolom 'Gecompr. geheugen' geeft de hoeveelheid geheugen aan die voor een programma wordt gecomprimeerd.
Bestanden in cache: De grootte van bestanden die tijdelijk door het systeem in ongebruikt geheugen zijn opgeslagen om de prestaties te verbeteren.
Dit geheugen blijft aanwezig in de cache totdat het wordt overschreven. Hierdoor worden de prestaties mogelijk verbeterd wanneer je het programma opnieuw opent.
Gebruikte swap: De hoeveelheid ruimte op je opstartschijf die wordt gebruikt om ongebruikte bestanden naar en uit het RAM-geheugen te swappen.
Om meer kolommen zichtbaar te maken, kies je 'Weergave' > 'Kolommen'.
Met Activiteitenweergave kun je bepalen of je Mac meer RAM-geheugen nodig heeft.