De Reparatie-assistent gebruiken om een iPhone- of iPad-reparatie te voltooien

Lees hoe je een reparatie voltooit met de Reparatie-assistent.

Wanneer je de Reparatie-assistent gebruikt

Nadat een onderdeel is vervangen in een iPhone of iPad, installeert de Reparatie-assistent kalibratiegegevens om de reparatie te voltooien.

Wanneer je bijwerkt naar de nieuwste versie van iOS of iPadOS, krijg je de vraag om een reparatie met de Reparatie-assistent te voltooien als een onderdeel is vervangen door een gebruikt onderdeel of als een onderdeel bij een eerdere reparatie niet is gekalibreerd.

Bij een iPhone 15 en nieuwer, een iPad Pro (M4), iPad Air (M2 en M3), iPad mini (A17 Pro) en iPad (A16) kun je onderdelen van een apparaat van hetzelfde model hergebruiken als je genoeg ervaring hebt met het repareren van complexe elektronische apparaten. Als je een onderdeel op een ondersteund apparaat vervangt door een onderdeel van een ander apparaat van hetzelfde model, kun je de Reparatie-assistent gebruiken om ervoor te zorgen dat het onderdeel naar behoren werkt en correct is gekalibreerd.

Wat je nodig hebt

• Je apparaat moet via wifi verbonden zijn met internet.¹

• Je apparaat moet meer dan 20 procent batterijlading hebben.

• Met een apparaat met iOS 18 of nieuwer kun je de Reparatie-assistent gebruiken om de reparatie van deze onderdelen te voltooien:

  • iPhone 14-modellen en nieuwer: glazen achterkant², batterij, beeldscherm, camera aan de voorzijde en camera aan de achterzijde

  • iPhone 12- en iPhone 13-modellen: batterij, beeldscherm, camera aan de voorzijde en camera aan de achterzijde

  • iPhone SE (3e generatie): batterij en Touch ID

• Met een apparaat met iPadOS 18 of nieuwer kun je de Reparatie-assistent gebruiken om de reparatie van deze onderdelen te voltooien:

  • iPad Pro (M4): beeldscherm, TrueDepth-camera, camera aan de voorzijde en camera aan de achterzijde

  • iPad Air (M2 en M3): beeldscherm en camera aan de voorzijde

  • iPad mini (A17 Pro): beeldscherm en camera aan de voorzijde

  • iPad (A16): beeldscherm en camera aan de voorzijde

De Reparatie-assistent gebruiken

1. Werk je apparaat bij naar de nieuwste versie van iOS of iPadOS. Je apparaat moet up-to-date zijn om de reparatie te voltooien.

2. Ga naar 'Instellingen' > 'Algemeen' > 'Over' > 'Onderdelen- en servicegeschiedenis'.

3. Tik op 'Herstart en voltooi reparatie' om de Reparatie-assistent te gebruiken.

4. Volg de instructies op het scherm.

Meer informatie over onderdelen- en servicegeschiedenis

Als je de reparatie niet kunt voltooien met de Reparatie-assistent

1. Zorg ervoor dat het apparaat via wifi is verbonden met internet.¹

2. Zorg ervoor dat het apparaat meer dan 20 procent batterijlading heeft.

3. Herstart je apparaat en probeer de stappen voor het voltooien van de reparatie opnieuw te volgen.

4. Als je het onderdeel zelf hebt geïnstalleerd, volg je deze stappen:

   1. Zorg ervoor dat het onderdeel correct is geïnstalleerd.

   2. Probeer een ander onderdeel.

5. Als iemand anders het onderdeel heeft geïnstalleerd, wordt het mogelijk beschermd door het activeringsslot. Neem contact op met het servicepunt en vraag of zij de reparatie voor jou kunnen voltooien.

Als je de reparatie niet voltooit, kun je je apparaat wel blijven gebruiken, maar functioneert het onderdeel mogelijk niet zo goed als een gekalibreerd onderdeel. Je kunt Face ID/Touch ID niet gebruiken om je apparaat te ontgrendelen, betalingen te doen of in te loggen bij apps totdat het kalibratieproces voor die onderdelen is voltooid. In 'Onderdelen- en servicegeschiedenis' staat naast het desbetreffende onderdeel de tekst 'Voltooi reparatie' totdat je de reparatie met de Reparatie-assistent hebt voltooid.