MacBook Pro (14-inch, M3 Pro of M3 Max, november 2023) - Moederbord

Voordat je begint

 Waarschuwing

Lees Veilig omgaan met batterijen en volg de richtlijnen voor werkplekken en de omgang met batterijen voordat je begint.

Verwijder de volgende onderdelen voordat je begint:

Gereedschap

  • Kruiskopschroevendraaier nr. 00

    • Opmerking: alleen vereist bij het installeren van een vervangend moederbord.

  • Instelbare momentschroevendraaier (0,3-1,2 Nm) (923-0735)

  • Instelbare momentschroevendraaier (10-34 Ncm) (923-02995)

  • ESD-veilig pincet

  • Kapton-tape

  • Nylon sonde (zwart staafje)

  • Momentschroevendraaier (blauw, 0,65 kgf cm) (923-0448)

  • Torx Plus 3IP 44-mm halve-maanbitje (923-08468)

  • Torx Plus 5IP 50-mm bitje (923-08673)

  • Torx T6-beveiligingsbitje (923-00304)

Raadpleeg een volledige lijst met gereedschappen die nodig zijn voor alle reparaties.

 Voorzichtig

Belangrijk: Voor deze procedure zijn schroefafdekplaatjes (923-07049) vereist. Deze worden meegeleverd bij een vervangend onderdeel, maar kunnen ook afzonderlijk worden besteld.

Opmerking: het is mogelijk dat het moederbord en koelelement er iets anders uitzien, maar de procedure is hetzelfde.

Verwijderen

  1. Gebruik de blauwe momentschroevendraaier met het 3IP-bitje om de 17 3IP-schroeven uit de volgende acht afdekplaatjes te verwijderen:

    • Twee 3IP-schroeven (923-06854) uit het afdekplaatje van de connector van de MagSafe 3-kaart (1)

    • Drie 3IP-schroeven (923-06854) uit het afdekplaatje van de connectors van de USB-C-kaarten links (2)

    • Twee 3IP-schroeven (923-06854) uit het afdekplaatje van de connector van de geluidskaart (3)

    • Twee 3IP-schroeven (923-06854) uit het afdekplaatje van de connector van de USB-C-kaart rechts (4)

    • Twee 3IP-schroeven (923-10093) uit het afdekplaatje van de connector van de Touch ID-kaart (5)

    • Twee 3IP-schroeven (923-06854) uit het afdekplaatje van de connector van het beeldscherm (6)

    • Twee 3IP-schroeven (923-06854) uit het afdekplaatje van de beeldschermconnector (7)

    • Twee 3IP-schroeven (923-06854) uit het afdekplaatje van de connector van de hoeksensor van de klep (8)

  2. Verwijder de acht afdekplaatjes (1-8) en bewaar deze om ze later weer te monteren.

  3. Gebruik het zwarte staafje om de uiteinden van de volgende tien flexkabels uit de connectors op het moederbord te tillen:

    • Flexkabel van de MagSafe 3-kaart (1)

    • Flexkabels van USB-C-kaarten links (2, 3)

    • Flexkabel van geluidskaart (4)

    • Flexkabel van USB-C-kaart rechts (5)

    • Flexkabel van Touch ID-kaart (6)

    • Flexibele voedingskabel van achtergrondverlichting van beeldscherm (7)

    • Flexkabel van FaceTime HD-camera (8)

    • eDP-flexkabel (9)

    • Flexkabel van hoeksensor van klep (10)

  4. Trek de flexkabel van de Touch ID-kaart voorzichtig van het moederbord.

  5. Maak de klemmetjes van de flexkabel van het beeldscherm los van het interne frame van de bovenbehuizing. Vouw ze voorzichtig over de rand van de bovenbehuizing om de bumpers van de beeldschermkabel vrij te leggen.

  6. Til de bumpers van de beeldschermkabel uit de bovenbehuizing. Bewaar de bumpers om ze later weer terug te plaatsen.

  7. Gebruik een ESD-veilig pincet om de lipjes van polyesterfolie op de uiteinden van de volgende zeven flexkabels te verwijderen:

    • Flexkabel van microfoon (1)

    • Flexkabel van linkerluidspreker (2)

    • Flexkabel van achtergrondverlichting toetsenbord (3)

    • Flexkabel van toetsenbord (4)

    • Flexkabel van rechterluidspreker (5)

    • Flexkabel van ventilator rechts (6)

    • Flexkabel van ventilator links (7)

  8. Gebruik het zwarte staafje om de vergrendelingshendels op de zeven connectors van de flexkabels omhoog te klappen.

  9. Open het ESD-veilige pincet en steek één punt onder de flexkabel van de linkerventilator. Schuif de punt van het pincet voorzichtig onder de flexkabel om de plakstrip tussen de flexkabel en het moederbord los te maken. Herhaal deze stap om de plakstrip op de flexkabel van de rechterventilator los te maken.

    •  Voorzichtig:

      • Houd het pincet evenwijdig aan het oppervlak van moederbord om schade te voorkomen.

      • Raak geen van de kleine componenten op het moederbord of de flexkabels van de ventilator aan.

  10. Schuif de uiteinden van de volgende zeven flexkabels uit hun connectors:

    • Flexkabel van microfoon (1)

    • Flexkabel van linkerluidspreker (2)

    • Flexkabel van achtergrondverlichting toetsenbord (3)

    • Flexkabel van toetsenbord (4)

    • Flexkabel van rechterluidspreker (5)

    • Flexkabel van ventilator rechts (6)

    • Flexkabel van ventilator links (7)

  11. Gebruik een ESD-veilig pincet om de vier schroefafdekplaatjes los te maken van de schroeven in het midden van het moederbord.

    • Belangrijk: Gebruik de schroefafdekplaatjes niet opnieuw. Nieuwe schroefafdekplaatjes (923-07049) worden meegeleverd met vervangende onderdelen, maar kunnen ook afzonderlijk worden besteld.

  12. Gebruik het zwarte staafje om alle lijmresten van het moederbord te verwijderen.

  13. Gebruik de instelbare momentschroevendraaier van 10-34 Ncm met het Torx Plus 5IP-bitje om zes 5IP-schroeven uit het moederbord te verwijderen:

    • Twee 5IP-schroeven (923-10092) (1)

    • Vier 5IP-schroeven (923-07039) (2)

  14. Gebruik de instelbare momentschroevendraaier van 10-34 Ncm met het Torx Plus 5IP-bitje om de volgende vijf 5IP-schroeven in de aangegeven volgorde uit het moederbord te verwijderen:

    • Eén 5IP-schroef (923-10092) (1)

    • Twee 5IP-schroeven (923-07037) (2)

    • Twee 5IP-schroeven (923-08687) (3)

  15. Gebruik de instelbare momentschroevendraaier van 0,3-1,2 Nm met het Torx T6-beveiligingsbitje om de volgende drie T6-schroeven te verwijderen uit het moederbord:

    • Twee T6-schroeven (923-10091) (1)

    • Eén T6-schroef (923-10090) (2)

  16. Verwijder de afdekkingen van de ventilatiekanalen uit de ventilatoren (1). Vouw vervolgens de afdekkingen van de ventilatiekanalen en de flexkabels voorzichtig terug. Gebruik Kapton-tape om ze vast te zetten, zoals aangegeven in de afbeelding.

    •  Voorzichtig:

      • Trek de flexkabels niet te strak aan. Plak ze losjes naar achteren vast, zodat je het moederbord gemakkelijk kunt optillen.

      • Plak de trackpad- en BMU-flexkabels niet naar achteren (2).

  17. Gebruik het zwarte staafje om het moederbord aan de rand iets op te tillen, zoals in de afbeelding.

  18. Til het moederbord voorzichtig op zoals aangegeven in de afbeelding (1). Schuif het moederbord vervolgens uit de bovenbehuizing (2). Gebruik het zwarte staafje om de trackpad- en BMU-flexkabels (3) naar achter te houden terwijl je het moederbord verwijdert.

    •  Voorzichtig: beschadig de flexkabel van de Touch ID-kaart niet wanneer je het moederbord verwijdert.

    •  Voorzichtig: verwijder het koelelement niet van het moederbord.

Montage

 Voorzichtig: Als je een vervangend moederbord installeert, moet je de verpakking en verstevigde stukken bewaren. Deze moet je namelijk overbrengen naar het bestaande moederbord voordat je dit terugstuurt naar Apple Service om beschadiging tijdens de verzending te voorkomen.

Belangrijk:

  • Als je het bestaande moederbord gaat terugplaatsen, ga je verder met montagestap 11.

  • Als je een vervangend moederbord installeert, voer je alle montagestappen uit.

  1. Volg de stappen voor verwijdering en montage om een vervangende Touch ID-kaart te installeren.

  2. Gebruik de kruiskopschroevendraaier nr. 00 om de zes kruiskopschroeven in de bovenste verstevigde stukken op het vervangende moederbord los te draaien.

  3. Til de bovenste verstevigde stukken van het vervangende moederbord en bewaar ze.

  4. Til het vervangende moederbord van de onderste verstevigde stukken en leg het aan de kant.

  5. Plaats de onderste verstevigde stukken op het bestaande moederbord, zoals weergegeven. Houd de schroefgaten in de onderste verstevigde stukken precies boven de schroefgaten in het bestaande moederbord. Houd de onderste verstevigde stukken op hun plaats en draai het moederbord om.

    • Opmerking: de onderste verstevigde stukken zijn als volgt gemarkeerd:

      • BL (linksonder)

      • BR (rechtsonder)

  6. Plaats de bovenste verstevigde stukken op het bestaande moederbord. Houd de schroefgaten in de bovenste verstevigde stukken precies boven de schroefgaten in het bestaande moederbord.

    • Opmerking: de bovenste verstevigde stukken zijn als volgt gemarkeerd:

      • TL (linksboven)

      • TR (rechtsboven)

    • Belangrijk: de dopschroeven in de bovenste verstevigde stukken duw je door de schroefgaten van het moederbord in de schroefgaten in de onderste verstevigde stukken.

  7. Gebruik een kruiskopschroevendraaier nr. 00 om de zes kruiskopschroeven in de vier verstevigde stukken vast te draaien.

  8. Leg het bestaande moederbord in de ESD-veilige verpakking van het nieuwe moederbord.

  9. Leg het verpakte moederbord in de voorgevormde schuimbuffer.

  10. Sluit de doos en verzegel deze. Verstuur de doos naar Apple Service.

  11. Zorg dat de afschermingen van de ventilatorkanalen en flexkabels van de ventilatoren zijn omgevouwen en met Kapton-tape zijn vastgemaakt aan de bovenbehuizing.

  12. Gebruik het zwarte staafje om de trackpad- en BMU-flexkabels vast te houden (1). Pak het moederbord aan de randen vast. Kantel de rand van het moederbord omlaag om het in de bovenbehuizing te plaatsen (2). Laat het moederbord vervolgens in de bovenbehuizing zakken (3).

    •  Voorzichtig:

      • Ga hierbij voorzichtig te werk zodat je de flexkabel van de Touch ID-kaart niet beschadigt.

  13. Verwijder voorzichtig de Kapton-tape van de afdekkingen van de thermische kanalen en flexkabels. Plaats de afdekkingen van de ventilatiekanalen en druk erop om ze aan het koelelement te bevestigen (1).

  14. Laat het Torx T6-beveiligingsbitje in de instelbare momentschroevendraaier van 0,3-1,2 Nm zitten. Stel de schroevendraaier in op 0,4 Nm. Gebruik vervolgens de instelbare momentschroevendraaier met het T6-beveiligingsbitje om de drie T6-schroeven weer terug te plaatsen in de aangegeven volgorde:

    • Twee T6-schroeven (923-10091) (1)

    • Eén T6-schroef (923-10090) (2)

  15. Laat het Torx Plus 5IP-bitje in de instelbare momentschroevendraaier van 10-34 Ncm zitten. Stel de schroevendraaier in op 20,5 Ncm. Gebruik vervolgens de instelbare momentschroevendraaier met het 5IP-bitje om de volgende vijf 5IP-schroeven terug te plaatsen:

    • Eén 5IP-schroef (923-10092) (1)

    • Twee 5IP-schroeven (923-07037) (2)

    • Twee 5IP-schroeven (923-08687) (3)

  16. Laat het 5IP-bitje in de instelbare momentschroevendraaier van 10-34 Ncm zitten en houd het draaimoment ingesteld op 20,5 Ncm. Gebruik vervolgens de instelbare momentschroevendraaier met het 5IP-bitje om twee 5IP-schroeven (923-10092) terug te plaatsen.

  17. Laat het 5IP-bitje in de instelbare momentschroevendraaier van 10-34 Ncm zitten. Stel de schroevendraaier in op een draaimoment van 28 Ncm. Gebruik vervolgens de instelbare momentschroevendraaier met het 5IP-bitje om vier 5IP-schroeven (923-07039) terug te plaatsen.

  18. Verwijder de nieuwe schroefafdekplaatjes (923-07049) van de plakstrip. Plaats de schroefafdekplaatjes over elk van de vier schroeven.

  19. Druk op de schroefafdekplaatjes om ze aan de schroeven te bevestigen.

  20. Duw alleen het gevouwen gedeelte van de flexkabels van het beeldscherm (lengte van de flexkabel die zich het dichtst bij het beeldscherm bevindt) in de opening tussen het beeldscherm en het interne frame.

  21. Plaats de bumpers van de beeldschermkabel in het interne frame en over de gevouwen gedeelten van de flexkabels van het beeldscherm, zoals afgebeeld.

  22. Leid de klemmetjes van de flexkabels van het beeldscherm rond de randen van de bumpers van de beeldschermkabel (1). Steek vervolgens de flexkabels van het beeldscherm in de opening tussen het interne frame en het moederbord (2).

  23. Druk de klemmetjes van de flexkabels van het beeldscherm vervolgens over de bumpers en in het interne frame.

  24. Schuif de uiteinden van de volgende zeven flexkabels in de connectors:

    • Flexkabel van microfoon (1)

    • Flexkabel van linkerluidspreker (2)

    • Flexkabel van achtergrondverlichting toetsenbord (3)

    • Flexkabel van toetsenbord (4)

    • Flexkabel van rechterluidspreker (5)

    • Flexkabel van ventilator rechts (6)

    • Flexkabel van ventilator links (7)

  25. Gebruik het platte uiteinde van het zwarte staafje om de vergrendelingshendels omlaag te klappen. Druk vervolgens de lipjes van polyesterfolie op de uiteinden van de zeven flexkabels (1 tot en met 7).

  26. Houd de flexkabel van de linkerventilator 15 seconden ingedrukt om deze aan het moederbord te bevestigen. Herhaal deze stap om de plakstrip op de flexkabel van de rechterventilator te bevestigen.

  27. Druk de uiteinden van de volgende tien flexkabels op de connectors op het moederbord:

    • Flexkabel van de MagSafe 3-kaart (1)

    • Flexkabels van USB-C-kaarten links (2, 3)

    • Flexkabel van geluidskaart (4)

    • Flexkabel van USB-C-kaart rechts (5)

    • Flexkabel van Touch ID-kaart (6)

    • Flexibele voedingskabel van achtergrondverlichting van beeldscherm (7)

    • Flexkabel van FaceTime HD-camera (8)

    • eDP-flexkabel (9)

    • Flexkabel van hoeksensor van klep (10)

  28. Plaats de volgende acht afdekplaatjes op de connectors op het moederbord:

    • Afdekplaatje van de connector van de MagSafe 3-kaart (1)

    • Afdekplaatje van connectors van USB-C-kaarten links (2)

    • Afdekplaatje van de connector van de geluidskaart (3)

    • Afdekplaatje van de connector van USB-C-kaart rechts (4)

    • Afdekplaatje van de connector van de Touch ID-kaart (5)

    • Afdekplaatje van de beeldschermconnector (6)

    • Afdekplaatje van de beeldschermconnector (7)

    • Afdekplaatje van connector van hoeksensor van klep (8)

  29. Gebruik de blauwe momentschroevendraaier met het 3IP-bitje om de zeventien 3IP-schroeven terug te plaatsen in de acht afdekplaatjes (1-8):

    • Vijftien 3IP-schroeven (923-06854) (1-4, 6-8)

    • Twee 3IP-schroeven (923-10093) (5)

  30. Houd de flexkabel van de Touch ID-kaart 15 seconden ingedrukt om deze aan het moederbord te bevestigen.

Plaats de volgende onderdelen terug om de montage te voltooien:

 Voorzichtig

Nadat je alle stappen voor verwijdering en montage hebt voltooid, lees je hoe je het proces voor Systeemconfiguratie kunt starten.

Publicatiedatum: