Navigeren in het Dock met VoiceOver op de Mac
Je kunt het Dock gebruiken om apps, documenten, mappen of stapels te openen.
Als trackpadgebaren zijn ingeschakeld, kun je deze gebruiken bij het navigeren in en gebruiken van het Dock.
Opmerking: VO staat voor de speciale VoiceOver-toets waar je samen met andere toetsen op drukt om VoiceOver-commando's te gebruiken. Standaard kun je tegelijk op de Control- en Option-toetsen drukken, of je drukt gewoon op Caps Lock.
Navigeren in het Dock
De VoiceOver-cursor naar het Dock verplaatsen: Druk op VO + D of tik dubbel aan de onderrand van de trackpad.
De focus in het Dock verplaatsen: Gebruik de pijltoetsen of veeg of sleep omhoog, omlaag, naar links of naar rechts op de trackpad.
Naar een appsymbool in het Dock gaan: Typ het begin van de naam van de app.
Het Dock verlaten: Druk op de Escape-toets of op Fn + Tab, of zigzag met twee vingers heen en weer op de trackpad.
Onderdelen in het Dock gebruiken
Een onderdeel openen: Druk op VO + spatiebalk of tik dubbel op de trackpad.
Een contextueel menu voor een onderdeel openen: Druk op VO + Shift + M en gebruik vervolgens de pijltoetsen om door het menu te bladeren. Als je het contextuele menu wilt sluiten zonder een keuze te maken, druk je op de Escape-toets of op Fn + Tab.
Een onderdeel verplaatsen: Houd de Option-toets ingedrukt en gebruik de pijltoetsen. Met elke druk op de pijltoets wordt het onderdeel één positie verplaatst.
Onderdelen toevoegen aan of verwijderen uit het Dock
Een onderdeel toevoegen: Ga naar het onderdeel in de Finder of op het bureaublad en druk vervolgens op Control + Shift + Command + T.
Een onderdeel verwijderen: Open het contextuele menu van het onderdeel (VO + Shift + M), kies 'Opties' en kies 'Verwijder uit Dock'.
In Het Dock gebruiken vind je meer informatie over het openen van apps, documenten en dergelijke via het Dock.
Deze handleiding in braille downloaden: BRF (Braille Ready Format, Engelstalig)