Soorten variabelen die in Opdrachten worden gebruikt
In Opdrachten kun je automatisch of handmatig variabelen aanmaken.
Magische variabelen
In elke opdracht is de uitvoer van elke taak automatisch beschikbaar als een magische variabele. Anders dan bij handmatige variabelen, is het bij magische variabelen niet nodig om de uitvoer van een taak te bewaren voor later gebruik. Je hoeft alleen maar op de knop 'Magische variabele' te tikken en de uitvoer van een taak te selecteren om deze als variabele te gebruiken.
Als je magische variabelen gebruikt, kun je overschakelen naar een speciale weergave van de opdrachteneditor, waarin alle uitvoergegevens van de taken in je opdracht als selecteerbare variabelen worden weergegeven. Een latere taak kan dan uitvoer van een eerdere taak gebruiken als invoer. Magische variabelen zijn ook visueel erg handig, omdat ze het symbool weergeven van de taak op basis waarvan ze zijn gegenereerd.
Wat de variabelen echt magisch maakt, is dat je het type variabele kunt wijzigen. Je hoeft alleen maar op een magische variabele te tikken om de structuur ervan te wijzigen en om op te geven welke details je van de variabele wilt gebruiken. Zie Variabelen aanpassen in Opdrachten voor meer informatie.
In de meeste gevallen kun je met magische variabelen eenvoudiger opdrachten aanmaken en heeft deze methode de voorkeur boven het handmatig aanmaken van variabelen.
Handmatige variabelen
Je kunt handmatige variabelen aan een opdracht toevoegen via de taak 'Stel variabele in' of 'Voeg toe aan variabele'. Beide taken moeten in de opdracht direct achter een taak worden geplaatst die de uitvoer levert die je wilt bewaren.
Met 'Stel variabele in' kun je voor de eerste keer een nieuwe variabele instellen of een eerder bewaarde variabele overschrijven.
Met 'Voeg toe aan variabele' kun je meerdere inhouditems aan dezelfde variabele toevoegen door telkens wanneer de opdracht wordt uitgevoerd, de variabele verder uit te breiden. De gegevens worden hierbij als een geordende lijst bewaard.
Als je variabelen handmatig instelt, worden opdrachten meestal langer en zijn ze moeilijker te lezen. In de meeste gevallen zijn handmatige variabelen ook niet nodig, aangezien je met magische variabelen het meeste werk beknopter kunt uitvoeren. Zo kun je bijna alle functionaliteit van 'Voeg toe aan variabele' repliceren door variabelen op te nemen in een taak van het type 'Lijst' en de variabelen later op te halen.
Zie Variabelen gebruiken in Opdrachten voor stapsgewijze instructies voor het toevoegen van variabelen aan opdrachten.