Kop- en voetteksten toevoegen en verwijderen in Pages op de iPhone
Je kunt tekst, afbeeldingen en paginanummers aan kop- en voetteksten toevoegen en instellen waar je ze in het document wilt weergeven.
Ga eerst na of je in een tekstverwerkings- of een paginalay-outdocument werkt. De manier waarop je kop- en voetteksten opmaakt, verschilt namelijk per type document.
Kop- en voetteksten toevoegen
Tik op de knop voor het paginanummer onder in het scherm om de paginaminiatuurweergave te openen en tik vervolgens op een pagina.
Als het document meerdere secties bevat en je per sectie verschillende kop- of voetteksten wilt gebruiken, selecteer je een pagina in de sectie waar je deze kop- of voettekst wilt toevoegen. Anders kun je een willekeurige pagina selecteren.
Tik op en tik op 'Documentontwerp'.
Tik in een van de drie velden voor de kop- of voettekst (je kunt de drie velden op iedere gewenste manier combineren).
Opmerking: Als je geen koptekst- of voettekstvelden boven of onder de hoofdtekst van het document ziet staan, tik je rechtsbovenin op . Tik op de tab 'Document' en schakel 'Kopteksten' of 'Voetteksten' in.
Voer een of meer van de volgende stappen uit:
Tekst toevoegen: Typ de kop- of voettekst of selecteer tekst die je wilt wijzigen.
Paginanummers toevoegen: Tik nogmaals op het tekstveld, tik op 'Paginanummers' en tik vervolgens op de gewenste notatie.
Een afbeelding toevoegen: Tik op het tekstveld en tik vervolgens op 'Plak' (je moet dan al een afbeelding naar het klembord hebben gekopieerd).
Een vergelijking toevoegen: Tik op 'Voeg in', tik op 'Vergelijking' en voer een vergelijking in. Wanneer je klaar bent, tik je op 'Voeg in' om de vergelijking aan het tekstveld toe te voegen.
Geselecteerde tekst verwijderen: Tik op 'Verwijder' of tik op .
De vormgeving van geselecteerde tekst wijzigen: Tik op en gebruik vervolgens de tekstregelaars om het lettertype, de lettergrootte, de kleur en de regelafstand te wijzigen.
Om de afstand vanaf de boven- en onderrand van de pagina in te stellen, sleep je de pijlen boven de koptekst en onder de voettekst.
Mogelijk moet je voor de gewenste afstand ook de pijlen voor de hoofdtekst van het document slepen. Als het je niet lukt om de pijlen te selecteren, spreid je je vingers om in te zoomen op de weergave.
Tik op om terug te gaan naar de documentontwerpweergave.
Tik linksbovenin op 'Gereed' om terug te gaan naar het document.
Kop- en voetteksten weergeven of verbergen in een tekstverwerkingsdocument
Je kunt in het hele document dezelfde kop- en voetteksten gebruiken of voor bepaalde pagina's andere kop- en voetteksten aanmaken.
Tik op de knop voor het paginanummer onder in het scherm om de paginaminiatuurweergave te openen.
Als het document meerdere secties bevat en je per sectie verschillende kop- of voetteksten wilt gebruiken, selecteer je een pagina in de sectie waar je deze kop- of voettekst wilt toevoegen. Anders kun je een willekeurige pagina selecteren.
Tik op en tik op 'Documentontwerp'.
Opmerking: Als je geen koptekst- of voettekstvelden boven of onder de hoofdtekst van het document ziet staan, tik je rechtsbovenin op . Tik op de tab 'Document' en schakel 'Kopteksten' of 'Voetteksten' in.
Om in te stellen waar kop- en voetteksten in het document worden weergegeven, tik je op rechtsbovenin. Tik op de tab 'Sectie' en kies een of meer van de volgende opties:
Verberg op eerste pagina: Hiermee verberg je de kop- of voettekst op de eerste pagina. Als het document meerdere secties bevat, geldt deze instelling alleen voor de eerste pagina van de geselecteerde sectie.
Zelfde als vorige sectie: Hiermee zorg je ervoor dat opeenvolgende secties dezelfde kop- en voetteksten bevatten. Schakel deze instelling uit als je voor de geselecteerde sectie andere kop- en voetteksten wilt gebruiken. Kijk vervolgens of je voor de secties die erna komen de instellingen wilt wijzigen.
Links en rechts verschillen: Als deze optie is ingeschakeld in een document met naast elkaar liggende pagina's, kun je op de linker- en rechterpagina verschillende kop- en voetteksten gebruiken. Zie Naast elkaar liggende pagina's instellen.
Tik op om terug te gaan naar de documentontwerpweergave.
Tik linksbovenin op 'Gereed' om terug te gaan naar het document.
Kop- en voetteksten weergeven of verbergen in een paginalay-outdocument
Je kunt in het hele document dezelfde kop- en voetteksten gebruiken of voor bepaalde pagina's andere kop- en voetteksten aanmaken.
Tik op de knop voor het paginanummer onder in het scherm om de paginaminiatuurweergave te openen. Tik vervolgens op de miniatuur van de pagina die je wilt wijzigen.
Tik op om de paginalay-out te openen.
In het vensterpaneel dat verschijnt, staat als het goed is 'Paginalay-out' bovenaan. Zo niet, zorg er dan voor dat er niets op de pagina geselecteerd is.
Kies een of meer van de volgende opties:
Toon kop- en voettekst: Schakel deze instelling in of uit om de kop- en voettekst op deze pagina weer te geven of te verbergen.
Zelfde als vorige pagina: Hiermee zorg je ervoor dat opeenvolgende pagina's dezelfde kop- en voetteksten bevatten. Schakel deze instelling uit als je voor de geselecteerde pagina andere kop- en voetteksten wilt gebruiken.
Als het document naast elkaar liggende pagina's bevat en je op de linker- en rechterpagina verschillende tekst wilt invoeren, tik je op . Tik op 'Documentontwerp', tik rechtsbovenin op en schakel 'Links en rechts verschillen' in.
Als je in de paginalay-out geen regelaars voor kop- of voetteksten ziet, controleer je of kop- en voetteksten zijn ingeschakeld voor het document. Tik op , tik op 'Documentontwerp', tik rechtsbovenin op en schakel kop- en voetteksten in.
Alle kop- of voetteksten in het document verbergen
Tik in een willekeurige pagina in het document op de tekst of het paginanummer in een kop- of voettekst.
Tik in de documentontwerpweergave op rechtsbovenin.
Schakel in het tabblad 'Document' de optie 'Kop- en voetteksten' uit.
Tik op om de regelaars te sluiten. Tik vervolgens linksbovenin op 'Gereed' om terug te gaan naar het document.
Een afbeelding toevoegen aan een kop- of voettekst
Tik op en tik op 'Documentontwerp'.
Tik in een koptekst- of voettekstveld en tik vervolgens op .
Tik op 'Foto of video'. Om een afbeelding uit iCloud of een andere voorziening in te voegen, tik je op 'Voeg in uit'.
Navigeer naar de gewenste afbeelding en tik erop.
Sleep de selectiegrepen van de afbeelding om de grootte te wijzigen.
Tik op 'Gereed' om de documentontwerpweergave te sluiten.
Je kunt ook een afbeelding kopiëren en in het koptekst- of voettekstveld in de documentontwerpweergave plakken.
Tip: Als het document al kop- of voetteksten bevat, tik je op een van de teksten om meteen de documentontwerpweergave te openen.