De rootgebruiker inschakelen of het rootwachtwoord wijzigen op een Mac

Mac-beheerders kunnen de gebruikersaccount 'root' gebruiken om taken uit te voeren waarvoor een ruimere mate van toegang tot het systeem vereist is.

Het gebruik van het sudo-commando in Terminal is veiliger dan het inschakelen van de rootgebruiker. Voor meer informatie over sudo opent u de Terminal-app en voert u man sudo in.

De gebruikersaccount met de naam 'root' is een supergebruiker met lees- en schrijfbevoegdheid voor een groter deel van het systeem, inclusief bestanden van andere macOS-gebruikersaccounts. De rootgebruiker is standaard uitgeschakeld en is niet bedoeld voor routinematig gebruik. De bevoegdheden van de rootgebruiker staan toe dat er wijzigingen worden aangebracht aan bestanden die vereist zijn door uw Mac. Om die wijzigingen ongedaan te maken, moet u mogelijk macOS opnieuw installeren. Schakel de rootgebruiker altijd weer uit nadat u de taak hebt voltooid.

Adreslijsthulpprogramma gebruiken

Gebruik Spotlight om het Adreslijsthulpprogramma te zoeken en te openen, of volg deze stappen:

  1. Kies in de menubalk van de Finder 'Ga' > 'Ga naar map'.

  2. Typ of plak /System/Library/CoreServices/Applications/ en druk vervolgens op Return.

  3. Open het Adreslijsthulpprogramma in het venster dat wordt geopend.

De rootgebruiker in- of uitschakelen

Klik in het venster Adreslijsthulpprogramma op het hangslot hangslotsymbool en voer vervolgens de naam en het wachtwoord van een beheerder in.

  • In de menubalk kiest u 'Wijzig' > 'Schakel rootgebruiker in' om de rootgebruiker in te schakelen. Voer daarna het wachtwoord in dat u wilt gebruiken. U kunt nu inloggen als rootgebruiker.

  • Om de rootgebruiker uit te schakelen, kiest u 'Wijzig' > 'Schakel rootgebruiker uit'.

Het rootwachtwoord wijzigen

Klik in het venster Adreslijsthulpprogramma op het hangslot hangslotsymbool en voer vervolgens de naam en het wachtwoord van een beheerder in. Kies in de menubalk 'Wijzig' > 'Wijzig rootwachtwoord'.

Inloggen als rootgebruiker

Wanneer de rootgebruiker is ingeschakeld, hebt u de betreffende bevoegdheden alleen als u bent ingelogd als rootgebruiker.

  1. Kies het Apple-menu  > 'Log uit' om uit te loggen bij uw huidige gebruikersaccount.

  2. In het inlogvenster logt u in met de gebruikersnaam 'root' en het wachtwoord dat u voor de rootgebruiker hebt aangemaakt.

    • Als het inlogvenster een lijst van gebruikers bevat, klikt u op 'Andere' en logt u vervolgens in.

Vergeet niet de rootgebruiker weer uit te schakelen als u de taak hebt voltooid.

Publicatiedatum: