VoiceOver gebruiken om een Numbers-spreadsheet te maken op de Mac

Je kunt een sjabloon kiezen uit verschillende categorieën zoals 'Persoonlijke financiën', 'Zakelijk' en 'Opleiding'. Als je bijvoorbeeld een budget wilt aanmaken gebaseerd op je inkomsten en uitgaven, kun je 'Eenvoudig budget' kiezen in de categorie 'Persoonlijke financiën'. Je kiest een sjabloon in de sjabloonkiezer.

1. Druk in Numbers op de Mac op VO + M om naar de menubalk te gaan, navigeer naar 'Archief' > 'Nieuw' en druk op de Return-toets.

   De sjabloonkiezer wordt geopend.

2. Voer een van de volgende stappen uit:

   • Uit alle sjablonen kiezen: Druk op VO + Pijl-links om naar de lijst met categorieën in de sjabloonkiezer te navigeren. Druk vervolgens op VO + Shift + Pijl-omlaag om de lijst te activeren.

   • Een sjabloon uit een bepaalde categorie kiezen, zoals 'Persoonlijke financiën' of 'Zakelijk': Druk op VO + Pijl-links om naar de tabel met sjablooncategorieën te navigeren. Druk vervolgens op VO + Shift + Pijl-omlaag om de tabel te activeren. Druk op VO + Pijl-omlaag om door de lijst met categorieën te scrollen totdat je de gewenste categorie hoort. Druk vervolgens op VO + J om naar de sjablonen in die categorie te gaan.

3. Om door de verschillende sjablonen te navigeren, druk je op een van de pijltoetsen. Druk op de Return-toets om een sjabloon te selecteren.

Alle Numbers-sjablonen bevatten minimaal één tabel. Je kunt in elke tabel het aantal rijen en kolommen wijzigen afhankelijk van de gegevens die je gebruikt. Dit doe je in het tabblad 'Tabel' in de navigatiekolom 'Opmaak'.

1. Open een spreadsheet in Numbers op de Mac en druk op VO + U om de rotor te openen.

2. Druk op de toets Pijl-links of Pijl-rechts totdat je "Vensterspots" hoort. Druk vervolgens op de toets Pijl-omlaag totdat je "inhoud - Werkblad lay-outgebied" hoort.

3. Om het lay-outgebied te selecteren, druk je op de Return-toets. Druk vervolgens op VO + Shift + Pijl-omlaag om het gebied te activeren.

4. Druk op VO + Pijl-rechts of VO + Pijl-links totdat je de naam hoort van de tabel die je wilt wijzigen.

   Opmerking: Je hoort hoeveel rijen en kolommen de tabel bevat.

5. Druk op VO + J om naar het tabblad 'Tabel' in de navigatiekolom 'Opmaak' te gaan. Druk vervolgens op VO + spatiebalk om het tabblad te selecteren.

   Opmerking: Als je in plaats daarvan naar de navigatiekolom 'Organiseer' springt, kun je via de knoppenbalk naar de navigatiekolom 'Opmaak' navigeren. Druk vanuit de huidige locatie op VO + Shift + Pijl-omhoog en druk vervolgens op VO + Pijl-links om naar de knoppenbalk te navigeren. Om de knoppenbalk te activeren, druk je op VO + Shift + Pijl-omlaag. Druk vervolgens op VO + Pijl-rechts om naar de knop 'Opmaak' te navigeren. Druk op VO + spatiebalk om de knop te selecteren. Druk vervolgens twee keer op VO + J om naar het tabblad 'Tabel' te gaan.

6. Om naar het scrolgebied 'Opmaakpaneel voor tabel' te navigeren, druk je op VO + Pijl-omlaag. Druk vervolgens op VO + Shift + Pijl-omlaag om het gebied te activeren.

7. Om het aantal rijen te wijzigen, druk je op VO + Pijl-rechts totdat je "Rijen" hoort. Druk nogmaals op VO + Pijl-rechts om het huidige aantal rijen te selecteren, voer het gewenste aantal in en druk op de Return-toets.

8. Om het aantal kolommen te wijzigen, druk je op VO + Pijl-rechts totdat je "Kolommen" hoort. Druk nogmaals op VO + Pijl-rechts om het huidige aantal kolommen te selecteren, voer het gewenste aantal in en druk op de Return-toets.

Veel Numbers-sjablonen bevatten minimaal één diagram. Als je het diagramtype wilt wijzigen, bijvoorbeeld van een kolomdiagram in een cirkeldiagram omdat dat beter bij je gegevens past, kun je dit via het Opmaak-menu doen.

1. Open een spreadsheet in Numbers op de Mac en druk op VO + U om de rotor te openen.

2. Druk op de toets Pijl-links of Pijl-rechts totdat je "Vensterspots" hoort. Druk vervolgens op de toets Pijl-omlaag totdat je "inhoud - Werkblad lay-outgebied" hoort.

3. Om het lay-outgebied te selecteren, druk je op de Return-toets. Druk vervolgens op VO + Shift + Pijl-omlaag om het gebied te activeren.

4. Druk op VO + Pijl-rechts of VO + Pijl-links totdat je de naam hoort van het diagram dat je wilt wijzigen.

5. Druk op VO + M om naar de menubalk te gaan en navigeer naar 'Opmaak' > 'Diagram' > 'Diagramtype'.

6. Druk in het menu 'Diagramtype' op de toets Pijl-omlaag totdat je het diagramtype hoort dat je wilt gebruiken. Druk vervolgens op de Return-toets.

   Het diagram in het lay-outgebied wordt automatisch bijgewerkt en ter bevestiging hoor je welk diagramtype nu is geselecteerd.

Je kunt in het lay-outgebied de sjabloongegevens in tabellen en diagrammen vervangen door je eigen gegevens.

Diagramgegevens en aslabels worden automatisch bijgewerkt wanneer je de gegevens in de bijbehorende tabel wijzigt. Diagramnamen worden niet automatisch bijgewerkt, maar deze kun je handmatig wijzigen.

1. Open een spreadsheet in Numbers op de Mac en druk op VO + U om de rotor te openen.

2. Druk op de toets Pijl-links of Pijl-rechts totdat je "Vensterspots" hoort. Druk vervolgens op de toets Pijl-omlaag totdat je "inhoud - Werkblad lay-outgebied" hoort.

3. Om het lay-outgebied te selecteren, druk je op de Return-toets. Druk vervolgens op VO + Shift + Pijl-omlaag om het gebied te activeren.

4. Druk op VO + Pijl-rechts of VO + Pijl-links totdat je de naam hoort van de tabel die je wilt wijzigen. Druk vervolgens op VO + Shift + Pijl-omlaag om de tabel te activeren.

5. Om door de cellen in de tabel te navigeren, druk je op de VO-toets en een van de pijltoetsen.

6. Om celgegevens toe te voegen of te vervangen, navigeer je naar de cel en typ je de gegevens.

Om de naam van een tabel te wijzigen, navigeer je naar de tabel in het lay-outgebied en druk je op VO + spatiebalk. Druk op Command + A om de huidige naam te selecteren en typ vervolgens een nieuwe naam. Om de naam van een diagram te wijzigen, navigeer je naar het diagram in het lay-outgebied en druk je op VO + Shift + Pijl-omlaag om het diagram te activeren. Als het goed is, hoor je de naam van het diagram. Druk twee keer op VO + spatiebalk en typ de nieuwe naam.

Je kunt de plaatsaanduidingen voor media in de sjabloon vervangen door je eigen afbeeldingen en video's. Dit doe je in het lay-outgebied.

1. Open een spreadsheet in Numbers op de Mac en druk op VO + U om de rotor te openen.

2. Druk op de toets Pijl-links of Pijl-rechts totdat je "Vensterspots" hoort. Druk vervolgens op de toets Pijl-omlaag totdat je "inhoud - Werkblad lay-outgebied" hoort.

3. Om het lay-outgebied te selecteren, druk je op de Return-toets. Druk vervolgens op VO + Shift + Pijl-omlaag om het gebied te activeren.

4. Druk op VO + Pijl-rechts of VO + Pijl-links totdat je de naam hoort van de afbeelding die je wilt vervangen.

5. Druk op VO + Shift + M om een contextueel menu te openen en druk vervolgens op de toets Pijl-omlaag totdat je "Vervang afbeelding" hoort. Druk op de Return-toets.

6. Navigeer in het menu 'Foto's' naar de afbeelding of video die je wilt toevoegen en druk op VO + spatiebalk.

   De afbeelding vervangt de huidige afbeelding in het werkblad.

Je kunt ook vormen en andere objecten invoegen door in de knoppenbalk het Voeg in-menu te selecteren.

Zie Een beschrijving van een afbeelding toevoegen, Een beschrijving van een tekening toevoegen of Een beschrijving van een video toevoegen voor informatie over het toevoegen van toegankelijkheidsbeschrijvingen aan afbeeldingen, tekeningen en video's (deze worden opgelezen door VoiceOver en andere hulptechnologie).

Sommige spreadsheetsjablonen bevatten tekstvakken buiten de tabellen waarin wordt uitgelegd hoe je een spreadsheet met formules en functies gebruikt. Je ziet dit bijvoorbeeld in de sjabloon 'Privébegroting' en in de sjabloon 'Gedeelde onkosten'. Je kunt in het lay-outgebied deze tekst door je eigen tekst vervangen.

1. Open een spreadsheet in Numbers op de Mac en druk op VO + U om de rotor te openen.

2. Druk op de toets Pijl-links of Pijl-rechts totdat je "Vensterspots" hoort. Druk vervolgens op de toets Pijl-omlaag totdat je "inhoud - Werkblad lay-outgebied" hoort.

3. Om het lay-outgebied te selecteren, druk je op de Return-toets. Druk vervolgens op VO + Shift + Pijl-omlaag om het gebied te activeren.

4. Druk op VO + Pijl-rechts of VO + Pijl-links totdat je de tekst hoort van het tekstvak dat je wilt wijzigen.

5. Typ je eigen tekst.

Als je nog een tekstvak wilt wijzigen, druk je op VO + Shift + Pijl-omhoog en vervolgens op VO + Pijl-rechts of VO + Pijl-links om ernaartoe te navigeren.