Geavanceerde instellingen voor materiaalcaching configureren op de Mac
Je kunt geavanceerde configuratieparameters gebruiken om materiaalcaching af te stemmen op de netwerkconfiguratie.
Je kunt geavanceerde configuratieparameters voor de materiaalcache opgeven vanaf de commandoregel of door de waarde van sleutels te wijzigen in het bestand '/Bibliotheek/Preferences/com.apple.AssetCache.plist'. Sommige wijzigingen worden pas van kracht nadat je materiaalcaching hebt gestopt en vervolgens opnieuw hebt gestart.
Geavanceerde configuratieparameters instellen met Terminal
In de app Terminal op je Mac kun je geavanceerde configuratieparameters instellen met het commando defaults
, gevolgd door het commando sudo AssetCacheManagerUtil reloadSettings
. Met het commando AssetCacheManagerUtil settings
kun je de gewone (niet-geavanceerde) instellingen weergeven.
Zie Materiaalcaching beheren vanuit de commandoregel
en de man-pagina voor AssetCacheManagerUtil(8) voor meer informatie over het commando AssetCacheManagerUtil.
Je kunt zowel eenvoudige als complexe sleutels instellen met het commando defaults
.
Als je bijvoorbeeld de sleutel Interface
wilt instellen op en1, voer je dit commando uit als beheerder:
$ sudo -u _assetcache defaults write /Library/Preferences/com.apple.AssetCache.plist Interface -string en1
ListenRanges
is een complexe sleutel die een array van woordenboeken accepteert. Je kunt dit commando bijvoorbeeld als beheerder uitvoeren om twee IP-adresbereiken voor de ListenRanges-sleutel in te stellen:
$ sudo -u _assetcache defaults write /Library/Preferences/com.apple.AssetCache.plist ListenRanges '( { first = 10.0.0.1; last = 10.0.0.254; }, { first = 10.1.0.1; last = 10.1.0.254; } )'
Zorg ervoor dat je na het gebruik van het defaults-commando het volgende commando uitvoert om de materiaalcache-instellingen opnieuw te laden:
$ sudo AssetCacheManagerUtil reloadSettings
Zie de man-pagina voor defaults(1) voor meer informatie over het commando defaults
.
plist-sleutels en de bijbehorende waarden voor de caching-voorziening
Belangrijk: Wijzig in het bestand 'com.apple.AssetCache.plist' geen andere instellingen dan de instellingen die hieronder worden beschreven.
Voor sommige sleutels geldt een minimale waarde en een maximale waarde. De sleutelwaarde kan elk getal zijn tussen de minimale waarde en de maximale waarde. Als een waarde wordt opgegeven die lager is dan de minimale waarde, wordt de minimale waarde gebruikt. Als een waarde wordt opgegeven die hoger is dan de maximale waarde, wordt de maximale waarde gebruikt. PeerDownloadTimeout accepteert bijvoorbeeld een waarde tussen 5 en 300. Als de waarde wordt ingesteld op 301 of 1000, wordt de waarde automatisch gewijzigd in 300. Als de waarde wordt ingesteld op 4 of -10, wordt de waarde automatisch gewijzigd in 5.
Sommige wijzigingen worden pas van kracht nadat je AssetCacheManagerUtil reloadSettings
uitvoert; voor andere moet je materiaalcaching stoppen en opnieuw opstarten. De enige sleutels die reloadSettings ondersteunen, zijn de sleutels die ook kunnen worden ingesteld in het paneel 'Materiaalcaching' in Systeemvoorkeuren (weergegeven in de onderstaande tabel). Om waarden in het paneel 'Materiaalcaching' van Systeemvoorkeuren in te stellen, kies je Apple-menu > 'Systeemvoorkeuren', klik je op 'Delen' en klik je vervolgens op 'Materiaalcaching'.
Sleutel | Beschrijving | Standaardwaarde | |||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
AgeForLowSpaceAlert | Wanneer materiaal uit de materiaalcache wordt verwijderd omdat er te weinig schijfruimte is en het verwijderde onderdeel minder dan dit aantal dagen geleden aan de materiaalcache is toegevoegd, krijg je een waarschuwing dat er onvoldoende schijfruimte is. | 30 (dagen) | |||||||||
AllowCacheDelete | Toestaan dat materiaal automatisch uit de cache wordt verwijderd wanneer de computer schijfruimte voor andere apps nodig heeft. Schakel deze instelling uit voor een optimale effectiviteit van materiaalcaching. | Yes | |||||||||
AllowImports | Importverzoeken (uploadverzoeken) toestaan. | Yes | |||||||||
AllowPersonalCaching | iCloud-gegevens van gebruikers mogen in de cache worden geplaatst. Minimaal één van de sleutels 'AllowPersonalCaching' en 'AllowSharedCaching' moet op 'Yes' zijn ingesteld. Je kunt deze waarde ook instellen in het paneel 'Materiaalcaching' in Systeemvoorkeuren. | Yes | |||||||||
AllowSharedCaching | Deze sleutel bepaalt de caching van niet-iCloud-inhoud, zoals apps en software-updates. Minimaal één van de sleutels 'AllowPersonalCaching' en 'AllowSharedCaching' moet op 'Yes' zijn ingesteld. | Yes | |||||||||
AllowWirelessPortable | Toestaan dat Mac-notebooks met alleen een wifinetwerkverbinding materiaalcaching kunnen uitvoeren. | Yes | |||||||||
CacheLimit | De maximale hoeveelheid schijfruimte (in bytes) die voor de materiaalcache wordt gebruikt. Je kunt deze waarde ook instellen in het paneel 'Materiaalcaching' in Systeemvoorkeuren. | 0 (onbeperkt) | |||||||||
DatabaseUpdateInterval | Hoe vaak de materiaalcache wijzigingen in zijn database op de schijf bewaart. Als je een hogere waarde opgeeft, is er meer kans dat er bij een stroomstoring materiaal in de cache verloren gaat. De maximale waarde is 3600 seconden (1 uur). Bij een interval van '0' wordt de database altijd meteen, zonder vertraging, bijgewerkt. Dit is echter wel nadelig voor de prestaties. | 5 (seconden) | |||||||||
DataPath | Het pad naar de map waarin cachemateriaal wordt opgeslagen. Wanneer deze instelling handmatig wordt gewijzigd, wordt daarmee niet automatisch het cachemateriaal van de oude naar de nieuwe locatie verplaatst. Gebruik het paneel 'Materiaalcaching' in Systeemvoorkeuren om materiaal automatisch te laten verplaatsen (zie Een volume selecteren voor caching). Je kunt deze waarde ook instellen in het paneel 'Materiaalcaching' in Systeemvoorkeuren. | /Bibliotheek/Application Support/Apple/AssetCache/Data | |||||||||
DisplayAlerts | Meldingen weergeven bij waarschuwingen over materiaalcaching. Schakel deze instelling in voor een zo doeltreffend mogelijke materiaalcaching. | Nee | |||||||||
DownloadMinRate | De minimale snelheid (het minimale aantal bytes per seconde) waarmee clients materiaal uit de materiaalcache moeten downloaden. Het downloaden van materiaal in de materiaalcache wordt afgebroken als deze snelheid niet wordt gehaald. De minimumwaarde is 1000 bytes per seconde. | 8000 (bytes per seconde) | |||||||||
DownloadTimeout | Het aantal seconden dat een download naar een client inactief mag zijn voordat het importeren wordt beëindigd. De minimumwaarde is 10 seconden. | 180 (seconden) | |||||||||
ImportMaxRate | Het maximale aantal bytes per seconde waarmee de materiaalcache gegevens van elke client ontvangt. Bij de waarde 0 kan de voorziening een onbeperkt aantal bytes per seconde ontvangen. | 0 (bytes per seconde) | |||||||||
ImportMinRate | Het minimale aantal bytes per seconde dat clients moeten halen tijdens het importeren (uploaden) van materiaal. Het importeren van materiaal in de materiaalcache wordt afgebroken als deze snelheid niet wordt gehaald. De minimumwaarde is 100 bytes per seconde. | 2000 (bytes per seconde) | |||||||||
ImportRateAttenuation | Het verminderingspercentage dat bij de uploadtijd wordt opgeteld. De minimumwaarde is 0% vermindering. Bij een te hoge waarde wordt de ImportTimeout overschreden, wat tot fouten kan leiden. | ,20 (percentage) | |||||||||
ImportTimeout | Het aantal seconden dat een importbewerking (uploadbewerking) van een client inactief mag zijn voordat de bewerking wordt afgebroken. De minimumwaarde is 10 seconden. | 300 (seconden) | |||||||||
Interface | De BSD-naam van een netwerkinterface die door de materiaalcache moet worden gebruikt. | Listen on all interfaces | |||||||||
KeepAwake | De computer wordt niet in de sluimerstand gezet als materiaalcaching is ingeschakeld. Schakel deze instelling in voor een optimale beschikbaarheid van materiaalcaching, of kies Apple-menu > 'Systeemvoorkeuren', klik op 'Energiestand' en schakel het aankruisvak 'Voorkom dat computer automatisch in sluimerstand wordt geplaatst als beeldscherm uit is' in. | Nee | |||||||||
ListenRanges | Een matrix van woordenlijsten met een beschrijving van de client-IP-adressen die moeten worden bediend. Hieronder zie je een voorbeeld met de sleutel 'ListenRanges'. Dit type subsleutel is niet langer nodig en wordt genegeerd indien aanwezig. Je kunt deze waarde ook instellen in het paneel 'Materiaalcaching' in Systeemvoorkeuren. | geen | |||||||||
ListenRangesOnly | Als 'ListenRangesOnly' is ingesteld op 'true', wordt materiaal alleen aangeboden aan clients in de bereiken die zijn opgegeven met de sleutel 'ListenRanges'. Als je de sleutel 'ListenRangesOnly' wilt gebruiken, moet je ook de sleutel 'ListenRanges' opgeven. Je kunt deze waarde ook instellen in het paneel 'Materiaalcaching' in Systeemvoorkeuren. | Nee | |||||||||
ListenWithPeersAndParents | Geeft aan of materiaalcaching wordt geregistreerd bij de samengevoegde sleutels voor 'ListenRanges', 'PeerListenRanges' en 'Parents', of alleen bij de sleutel 'ListenRanges'. Denk eraan dat 'ListenRanges' automatisch kan worden aangemaakt uit 'LocalSubnetsOnly' en dat 'PeerListenRanges' automatisch kan worden aangemaakt uit 'PeerLocalSubnetsOnly'. | De standaardwaarde is afhankelijk van de geschiedenis van de computer:
| |||||||||
LocalSubnetsOnly | Hiermee bepaal je of de materiaalcache alleen materiaal moet aanbieden aan clients in hetzelfde directe lokale netwerk of aan clients in alle lokale netwerken die voor de materiaalcache bereikbaar zijn. Je kunt deze waarde ook instellen in het paneel 'Materiaalcaching' in Systeemvoorkeuren. | Yes | |||||||||
LogClientIdentity | Hiermee bepaal je of het IP-adres en het poortnummer moeten worden geregistreerd van de clients die om materiaal verzoeken. | Nee | |||||||||
MaxConcurrentClients | Met deze limiet voorkom je dat materiaalcaching te weinig bestandsdescriptors heeft. Apple kan niet garanderen dat een materiaalcache 3400 clients tegelijk kan bedienen. | 3400 | |||||||||
MaxParentDepth | Het maximale aantal keren dat een onderliggende materiaalcache een specifiek verzoek naar een bovenliggende materiaalcache doorstuurt. Verzoeken die te diep zijn (een te lange doorstuurketen hebben), worden naar de plaats van herkomst teruggestuurd in plaats van naar een bovenliggende materiaalcache. | 8 | |||||||||
MaxPeersToQuery | Het maximale aantal peermateriaalcaches waaraan om materiaal kan worden gevraagd. | 0 (onbeperkt) | |||||||||
MetricsInterval | Hoe vaak, in seconden, er een rij metingen moet worden toegevoegd aan de metingendatabase in /Library/Application Support/Apple/AssetCache/Metrics/Metrics.db.
De waarde kan minimaal 1 en maximaal 60 seconden zijn. Je kunt deze metingen bekijken in het paneel 'Cache' van de Activiteitenweergave. | 60 (seconden) | |||||||||
MetricsMaxAge | Metingen die ouder zijn dan deze waarde worden eens per dag uit de metingendatabase verwijderd. De minimumwaarde is dertig dagen. | 30 (dagen) | |||||||||
OriginDownloadTimeout | Het aantal seconden dat een download vanaf de servers van Apple inactief mag zijn voordat het downloaden wordt beëindigd (en mogelijk opnieuw wordt gestart). De waarde kan minimaal 5 en maximaal 300 seconden zijn. | 60 | |||||||||
OriginUploadTimeout | Het aantal seconden dat een upload naar een originele server inactief mag zijn voordat de bewerking wordt afgebroken. De waarde kan minimaal 5 en maximaal 3600 seconden zijn. | 600 | |||||||||
ParentDownloadTimeout | Het aantal seconden dat een download vanaf een bovenliggende materiaalcache inactief mag zijn voordat het downloaden wordt beëindigd (en mogelijk opnieuw wordt gestart). Geef een waarde tussen 5 en 300 seconden op. | 60 | |||||||||
ParentRetryInterval | Het aantal seconden dat bovenliggende materiaalcaches worden genegeerd nadat er vijf opeenvolgende netwerkfouten of serverfouten zijn gemeld. Geef een waarde tussen 30 en 3600 seconden op. | 900 | |||||||||
Bovenliggend | Een lijst met de lokale IP-adressen van andere materiaalcaches waar deze cache van zou moeten downloaden of naartoe zou moeten uploaden in plaats van materiaal rechtstreeks van een Apple website te downloaden of daarnaartoe te uploaden. Ongeldige adressen en adressen van computers die geen materiaalcache zijn, worden genegeerd. Bovenliggende caches die niet meer beschikbaar zijn, worden overgeslagen volgens ParentRetryInterval. Als geen van de bovenliggende materiaalcaches beschikbaar zijn, wordt het materiaal rechtstreeks van een Apple website gedownload of daarnaartoe geüpload totdat er weer een bovenliggende materiaalcache beschikbaar is. Je kunt deze waarde ook instellen in het paneel 'Materiaalcaching' in Systeemvoorkeuren. | geen | |||||||||
ParentSelectionPolicy | Het beleid dat wordt gebruikt wanneer er uit meerdere geconfigureerde bovenliggende materiaalcaches moet worden gekozen. Bij elk beleid worden bovenliggende caches die tijdelijk niet beschikbaar zijn overgeslagen. De beleidsopties zijn:
Je kunt deze waarde ook instellen in het paneel 'Materiaalcaching' in Systeemvoorkeuren. | round-robin | |||||||||
ParentUploadTimeout | Het aantal seconden dat een upload naar een bovenliggende materiaalcache inactief mag zijn voordat de bewerking wordt afgebroken. Geef een waarde tussen 5 en 3600 seconden op. | 600 | |||||||||
PeerDownloadTimeout | Het aantal seconden dat een download vanaf een peermateriaalcache inactief mag zijn voordat het downloaden wordt beëindigd (en mogelijk opnieuw wordt gestart). De waarde kan minimaal 5 en maximaal 300 seconden zijn. | 30 | |||||||||
PeerFilterRanges | Als 'PeerFilterRanges' is ingesteld op een array (een array van onderdelen zoals voor 'ListenRanges'), wordt de lijst met peers van de materiaalcache gefilterd en gesorteerd op basis van de bereiken in de array. De materiaalcache stuurt alleen verzoeken naar de peers die zijn opgegeven in 'PeerFilterRanges'. Het filteren en sorteren van de lijst met peers vindt plaats voordat de lijst wordt afgekapt op het aantal onderdelen dat is ingesteld met 'MaxPeersToQuery' (als deze waarde is ingesteld). Als 'PeerFilterRanges' op een lege array is ingesteld, worden geen verzoeken naar peers gestuurd. Als 'PeerFilterRanges' is ingesteld op de Booleaanse waarde 'true', werkt de materiaalcache op de hierboven beschreven wijze, maar wordt de waarde van 'ListenRanges' gebruikt in plaats van de waarde van 'PeerFilterRanges'. Als 'PeerFilterRanges' is ingesteld op een ander type waarde of als geen waarde is opgegeven, wordt de lijst met peers van de materiaalcache niet gefilterd of gesorteerd voordat de lijst wordt afgekapt op het aantal onderdelen dat is ingesteld met 'MaxPeersToQuery'. 'PeerFilterRanges' heeft alleen betrekking op de lijst met andere materiaalcaches waarnaar deze materiaalcache materiaal- en downloadverzoeken stuurt. De sleutel heeft geen effect op inkomende materiaalverzoeken van andere materiaalcaches. Dit type subsleutel is niet langer nodig en wordt genegeerd indien aanwezig. Je kunt deze waarde ook instellen in het paneel 'Materiaalcaching' in Systeemvoorkeuren. | geen | |||||||||
PeerListenRanges | Als 'PeerListenRanges' is ingesteld op een array van woordenboeken waarbij elk woordenboek een IP-adresbereik vertegenwoordigt, verwerkt de materiaalcache alleen cacheverzoeken van materiaalcaches met een IP-adres dat binnen deze array met bereiken ligt. Als 'PeerListenRanges' op een lege array is ingesteld, reageert de materiaalcache met een fout op alle cacheverzoeken van andere materiaalcaches. Als 'PeerListenRanges' is ingesteld op de Booleaanse waarde 'true', wordt de waarde van 'ListenRanges' gebruikt in plaats van de waarde van 'PeerListenRanges' om te bepalen van welke andere materiaalcaches de cacheverzoeken worden verwerkt. Als 'PeerListenRanges' op een andere waarde is ingesteld of ontbreekt, verwerkt de materiaalcache de cacheverzoeken van alle andere materiaalcaches. Met 'PeerListenRanges' wordt alleen bepaald van welke materiaalcaches deze materiaalcache de cacheverzoeken verwerkt. Deze waarde heeft geen effect op de lijst met peers die om materiaal worden verzocht of waarvan materiaal wordt gedownload. Als een materiaalcache met een foutmelding reageert op een cachequery, wordt de betrokken materiaalcache als 'onvriendelijk' gemarkeerd. Er worden pas weer cachequery's naartoe gestuurd wanneer de 'PeerRetryInterval' voorbij is. Dit type subsleutel is niet langer nodig en wordt genegeerd indien aanwezig. Je kunt deze waarde ook instellen in het paneel 'Materiaalcaching' in Systeemvoorkeuren. | geen | |||||||||
PeerLocalSubnetsOnly | Hiermee bepaal je of de materiaalcache alleen een peerrelatie mag hebben met andere materiaalcaches in hetzelfde directe lokale netwerk, in plaats van met materiaalcaches die hetzelfde publieke IP-adres als deze computer gebruiken. Als 'PeerLocalSubnetsOnly' is ingesteld op 'true', worden alleen peerverzoeken verstuurd naar materiaalcaches binnen hetzelfde lokale netwerk en worden ook alleen peerverzoeken verwerkt die van die materiaalcaches afkomstig zijn. Als 'PeerLocalSubnetsOnly' is ingesteld op 'true', overschrijft deze waarde de instelling van 'PeerFilterRanges' en 'PeerListenRanges'. Als 'PeerLocalSubnetsOnly' is ingesteld op 'false', worden de peerbeperkingen geconfigureerd aan de hand van 'PeerFilterRanges' en 'PeerListenRanges'. Als 'PeerLocalSubnetsOnly' is ingesteld op 'true' en het netwerk verandert, worden de beperkingen voor peers in het lokale netwerk ook bijgewerkt. Je kunt deze waarde ook instellen in het paneel 'Materiaalcaching' in Systeemvoorkeuren. | Yes | |||||||||
PeerNotifyTimeout | Het aantal seconden dat wordt gewacht op een reactie van peermateriaalcaches wanneer deze bij het opstarten worden gepingd. De waarde kan minimaal 5 en maximaal 300 seconden zijn. | 30 | |||||||||
PeerQueryTimeout | Het aantal seconden dat wordt gewacht op een reactie van peermateriaalcaches wanneer deze een verzoek krijgen met betrekking tot materiaal dat in hun cache aanwezig is. De waarde kan minimaal 1 en maximaal 60 seconden zijn. | 5 | |||||||||
PeerRetryInterval | Het aantal seconden dat peermateriaalcaches worden genegeerd nadat er drie opeenvolgende meldings- of queryfouten hebben plaatsgevonden. Nadat dit interval is verstreken, worden de peermateriaalcaches weer opgenomen in de lijst met peers die naar materiaal worden bevraagd. De waarde kan minimaal 30 en maximaal 3600 seconden zijn. | 900 (seconden) | |||||||||
PersonalCacheLimit | Dit is de hoeveelheid schijfruimte (in bytes) die de materiaalcache gebruikt voor iCloud-gegevens in de cache. De waarde voor 'PersonalCacheLimit' mag niet hoger zijn dan de waarde voor 'CacheLimit'. | 0 (onbeperkt) | |||||||||
Poort | Het nummer van de TCP-poort waarop de materiaalcache upload- of downloadverzoeken accepteert. | 0 (willekeurige poort gebruiken) | |||||||||
PruneAffinitiesAge | Gebruikersaffiniteiten ouder dan dit aantal dagen worden automatisch uit de cache met affiniteiten verwijderd. Gebruikersaffiniteiten geven clients hints over de locatie van hun materiaal in de cache, om zo de prestaties te verbeteren. Het verwijderen van gebruikersaffiniteiten heeft geen effect op het materiaal in de cache. De minimumwaarde is zeven dagen. | 30 (dagen) | |||||||||
PruneAffinitiesInterval | Het interval in dagen waarna de materiaalcache moet zoeken naar gebruikersaffiniteiten die ouder zijn dan 'PruneAffinitiesAge' en deze moet verwijderen. Gebruikersaffiniteiten (alleen gebruikt door iCloud) geven clients hints over de locatie van hun materiaal in de cache, om zo de prestaties te verbeteren. Het verwijderen van gebruikersaffiniteiten heeft geen effect op het materiaal in de cache. De minimumwaarde is één dag. | 7 (dagen) | |||||||||
PruneAssetsAge | Materiaal dat gedurende dit aantal dagen niet is opgevraagd, wordt automatisch uit de materiaalcache verwijderd. De minimumwaarde is zeven dagen. | 120 (dagen) | |||||||||
PruneAssetsInterval | Het interval in dagen waarna de materiaalcache moet zoeken naar materiaal dat ouder is dan 'PruneAssetsAge' en dit moet verwijderen. De minimumwaarde is één dag. | 7 (dagen) | |||||||||
PublicRanges | Bereikwaarden voor publieke IP-adressen die cloudservers moeten gebruiken voor het koppelen van clients aan materiaalcaches. Je kunt deze waarde ook instellen in het paneel 'Materiaalcaching' in Systeemvoorkeuren. | geen standaardinstelling | |||||||||
ReservedVolumeSpace | De minimale hoeveelheid vrije schijfruimte (in bytes) die wordt gebruikt voor het volume waarop het materiaal in de cache wordt bewaard. | 2000000000 (2 GB) | |||||||||
TerminationTimeout | De tijd in seconden dat de materiaalcache moet proberen de registratie in te trekken op het moment dat de materiaalcache wordt gestopt. Bij het intrekken van een registratie wordt aan de clients doorgegeven dat de materiaalcache niet meer beschikbaar is, zodat ze niet meer proberen om die materiaalcache te gebruiken (of pas weer nadat de materiaalcache opnieuw is gestart). De waarde kan minimaal 1 en maximaal 60 seconden zijn. | 10 (seconden) | |||||||||
Verbose | Als 'Verbose' is ingesteld op 'true', legt de materiaalcache iets meer informatie over zijn activiteiten vast. Door de extra loggegevens kunnen de prestaties afnemen. Deze instelling wordt niet aanbevolen voor langdurig gebruik. Met het commando Bijvoorbeeld: Je kunt de logbestanden ook bekijken in de app Console. | Nee |
Voorbeeld van de sleutel 'ListenRanges'
Met de sleutel 'ListenRanges' kun je voorkeursmateriaalcaches opgeven voor geavanceerde netwerktopologieën waarin meerdere materiaalcaches met hetzelfde publieke IP-adres worden gebruikt.
Bijvoorbeeld:
caching1.example.com gebruikt de sleutel 'ListenRanges' om een bereik van 10.0.0.1 tot en met 10.0.0.254 en een bereik van 10.1.0.1 tot en met 10.1.0.254 op te geven en stelt de sleutel 'ListenRangesOnly' in op 'No'.
caching2.example.com gebruikt de sleutel 'ListenRanges' om een bereik van 10.1.0.1 tot en met 10.1.0.39 op te geven (dit bereik overlapt met het tweede bereik van caching1) en stelt de sleutel 'ListenRangesOnly' in op 'No'.
Als een client met het IP-adres 10.0.0.10 materiaal opvraagt, gaat dit verzoek naar caching1.
Als een client met het IP-adres 10.1.0.10 materiaal opvraagt, wordt het verzoek willekeurig naar caching1 of caching2 gestuurd.
Als een client met het IP-adres 10.2.0.10 materiaal opvraagt, wordt het verzoek willekeurig naar caching1 of caching2 gestuurd.
Als caching1 is uitgeschakeld of geen stroom krijgt, maar caching2 wel beschikbaar is, worden alle clients omgeleid naar caching2.
Voorbeeld van .plist-bestand
Het volgende is een voorbeeldbestand van '/Bibliotheek/Preferences/com.apple.AssetCache.plist'.
<?xml version="1.0" encoding="UTF-8"?>
<!DOCTYPE plist PUBLIC "-//Apple//DTD PLIST 1.0//EN" "http://www.apple.com/DTDs/PropertyList-1.0.dtd">
<plist version="1.0">
<dict>
<key>CacheLimit</key>
<!-- Set a CacheLimit of 200 GB -->
<integer>200000000000</integer>
<key>DataPath</key>
<string>/Volumes/BigDisk/Library/Application Support/Apple/AssetCache/Data</string>
<key>Interface</key>
<string>en1</string>
<key>ListenRanges</key>
<array>
<dict>
<key>type</key>
<string>IPv4</string>
<key>first</key>
<string>10.1.2.1</string>
<key>last</key>
<string>10.1.2.254</string>
</dict>
<dict>
<key>type</key>
<string>IPv6</string>
<key>first</key>
<string>2001:500:88:200::1</string>
<key>last</key>
<string>2001:500:88:200::99</string>
</dict>
</array>
<key>LogClientIdentity</key>
<string>true</string>
<key>Port</key>
<integer>12345</integer>
<key>ReservedVolumeSpace</key>
<!-- Set the ReservedVolumeSpace to 1 GB -->
<integer>1000000000</integer>
</dict>
</plist>