Een titel of bijschrift toevoegen aan objecten in Keynote voor iCloud
Je kunt aan de meeste objecten een titel of bijschrift toevoegen, waaronder afbeeldingen, afbeeldingengalerijen, video´s, vormen (behalve lijnen), tekstvakken met acht handgrepen, tabellen en diagrammen. Als je het object verplaatst, lopen de titel en het bijschrift mee.
Als je objecten hebt gegroepeerd, kun je ook bijschriften of titels toevoegen die op de hele groep van toepassing zijn.
Een titel toevoegen
Je kunt een titel toevoegen en plaatsen boven of onder afbeeldingen, video's, vormen en tekstvakken. Ook kun je een titel toevoegen aan afbeeldingengalerijen, diagrammen en tabellen, maar alleen erboven (of in het geval van een ringdiagram, in het midden).
Voer in de 'Opmaak' zijbalk een van de volgende handelingen uit:
Voor vormen, afbeeldingen, video's of tekstvakken: Klik op het tabblad 'Stijl' en selecteer vervolgens het aankruisvak 'Titel'.
Voor afbeeldingengalerijen: Klik op het tabblad 'Galerij', selecteer het aankruisvak 'Titel' en kies of je een ander bijschrift wilt opnemen voor elke afbeelding of dat je voor alle afbeeldingen hetzelfde bijschrift wilt gebruiken.
Voor diagrammen: Klik op het tabblad 'Diagram' en kies vervolgens het aankruisvak 'Titel'.
Voor tabellen: Klik op het tabblad 'Tabel' en kies vervolgens het aankruisvak 'Tabeltitel'.
Voor gegroepeerde objecten: Klik op het tabblad 'Orden' en kies vervolgens het aankruisvak 'Titel'.
Er verschijnt een plaatsaanduidingstitel boven het object op de pagina.
Opmerking: Als een afbeeldingengalerij leeg is, verschijnt er geen titel totdat je een afbeelding aan de galerij toevoegt.
Om de locatie van de titel te wijzigen, klik je op het venstermenu rechts van het aankruisvak 'Titel' en vervolgens kies je een optie.
Opmerking: Je kunt de locatie van de titel uitsluitend veranderen voor afbeeldingen, vormen, tekstvakken en ringdiagrammen.
Ga op een van de volgende manieren te werk om de titel te bewerken:
Voor vormen, afbeeldingen, afbeeldingengalerijen, video's, tekstvakken of gegroepeerde objecten: Klik op de plaatsaanduidingstitel (er verschijnt een blauwe rand rond het titelveld om aan te geven dat het is geselecteerd) en voer je titel in.
Voor diagrammen: In de 'Opmaak' zijbalk selecteer je de plaatsaanduidingstitel rechts van het aankruisvak 'Titel' Vervolgens voer je je titel in.
Voor tabellen: In de 'Opmaak' zijbalk selecteer je de plaatsaanduidingstitel onder het aankruisvak 'Titel'. Vervolgens voer je je titel in.
Om het lettertype, de stijl of andere opmaak te wijzigen, selecteer je de titel (of selecteer je het object en klik je op de titel om de blauwe rand weer te zien). Dan maak je je keuzes in het tabblad 'Titel' van de 'Opmaak' zijbalk.
Opmerking: Je kunt het lettertype of andere opmaak niet veranderen voor uitsluitend de titel van een diagram of tabel, maar je kunt wel alle tekst van een diagram of tabel tegelijk wijzigen. Zie Diagramtekst, aswaarden en labels bewerken of Het lettertype, de lettergrootte, stijl of kleur wijzigen.
Om de titel te verwijderen, verwijder je het vinkje uit het aankruisvak 'Titel'.
Als je het aankruisvak weer inschakelt, verschijnt de vorige titel weer.
Een bijschrift toevoegen
Selecteer het object waaraan je een bijschrift wilt toevoegen.
Voer in de 'Opmaak' zijbalk een van de volgende handelingen uit:
Voor vormen, afbeeldingen, video's of tekstvakken: Klik op het tabblad 'Stijl' en selecteer vervolgens het aankruisvak 'Bijschrift'.
Voor afbeeldingengalerijen: Klik op de tab 'Galerij', schakel het aankruisvak naast 'Bijschrift' in en geef aan of je voor elke afbeelding een ander bijschrift wilt toevoegen of voor alle afbeeldingen hetzelfde bijschrift wilt gebruiken.
Voor diagrammen: Klik op het tabblad 'Diagram' en kies vervolgens het aankruisvak 'Bijschrift'.
Voor tabellen: Klik op het tabblad 'Tabel' en kies vervolgens het aankruisvak 'Bijschrift'.
Voor gegroepeerde objecten: Klik op het tabblad 'Orden' en kies vervolgens het aankruisvak 'Bijschrift'.
Klik op de plaatsaanduiding voor een bijschrift onder het object (er verschijnt een blauwe rand om het bijschriftveld om aan te geven dat het geselecteerd is). Typ vervolgens een bijschrift.
Om het lettertype, de lettergrootte of andere opmaak te wijzigen, selecteer je het bijschrift (of selecteer je het object en klik je op het bijschrift om de blauwe rand weer te zien). Dan maak je je keuzes in het tabblad 'Bijschrift' van de 'Opmaak' zijbalk.
Om het bijschrift te verwijderen, deselecteer je het aankruisvak 'Titel'.
Als je het aankruisvak weer inschakelt, verschijnt het vorige bijschrift weer.
Tip: Ook kun je het bijschrift van het object zelf verwijderen. Selecteer het object, klik op het bijschrift (er verschijnt een blauwe rand rond het bijschriftveld, wat aangeeft dat het is geselecteerd) en druk vervolgens op de Delete-toets op je toetsenbord.
Om titels of bijschriften toe te voegen aan tekeningen, open je de presentatie met Keynote voor Mac, Keynote voor iPhone of Keynote voor iPad.