Dit artikel is gearchiveerd en wordt niet meer bijgewerkt door Apple.

Mac Pro (eind 2013): geheugen installeren of vervangen

Lees hier hoe u geheugen op de juiste wijze verwijdert en installeert bij een Mac Pro (eind 2013).

De Mac Pro (eind 2013) heeft vier uitbreidbare geheugensleuven. Deze ondersteunen tot 64 GB geheugen wanneer de vier sleuven zijn gevuld met 1866 Mhz DDR3 ECC RDIMM's.

Alvorens het geheugen uit te breiden

Zorg ervoor dat het te gebruiken geheugen compatibel is met de computer. De Mac Pro ondersteunt zowel niet-gebufferde UDIMM's als geregistreerde RDIMM's, maar het is belangrijk dat u de verschillende soorten geheugens niet mengt. Alle DIMM's moeten 240-pins DIMM's zijn en voltages van 1,5 V of 1,35 V ondersteunen. DIMM's die niet naar behoren zijn geïnstalleerd of niet aan de systeemvereisten voldoen, kunnen de prestaties van het systeem negatief beïnvloeden of niet worden herkend. DIMM's met koelelementen worden niet ondersteund en kunnen het DIMM-mechanisme beschadigen.

Apple raadt u aan DIMM's te gebruiken die door Apple zijn goedgekeurd. Gebruik geen DIMM's van oudere Mac Pro-computers in een nieuwe Mac Pro. U kunt geheugen van Apple aanschaffen bij een Apple Store of erkende Apple reseller.

Raadpleeg Mac Pro (eind 2013): geheugenspecificaties voor meer informatie.

Geheugen verwijderen en installeren

Deel 1: de behuizing verwijderen

  1. Zet de Mac Pro uit voordat u deze opent. Kies hiervoor 'Zet uit’ in het Apple-menu ().

  2. Laat de computer ongeveer vijf tot tien minuten afkoelen als deze warm aanvoelt.

  3. Raak de metalen behuizing van de Mac Pro aan om u te ontladen van eventuele statische elektriciteit.

    Opmerking: u moet zich altijd ontladen van statische elektriciteit voordat u componenten aanraakt of onderdelen in een Mac Pro installeert. Als u wilt voorkomen dat u statische elektriciteit genereert, loopt u niet rond in de kamer totdat u het geheugen hebt geïnstalleerd en de behuizing opnieuw op de computer hebt geplaatst.

  4. Koppel alle kabels en het netsnoer van de Mac Pro los. Installeer geen geheugen terwijl de computer is aangesloten op een stopcontact.

  5. Schuif de vergrendeling van de behuizing naar rechts om deze te ontgrendelen.

  6. Til de behuizing recht omhoog en haal deze van de computer. Leg deze voorzichtig opzij.

  7. U ziet nu de DIMM-sleuven links en rechts van het I/O-paneel.

Deel 2: bestaande DIMM's verwijderen

Wanneer een Mac Pro wordt geleverd, bevatten sommige of alle DIMM-sleuven al DIMM's. Voordat u het geheugen kunt uitbreiden, moet u wellicht sommige of alle DIMM's verwijderen. Raadpleeg de tabel hieronder om te bepalen hoe de Mac Pro is geconfigureerd en om te weten welke DIMM's u moet verwijderen of vervangen om een aanbevolen geheugenconfiguratie te behouden. Raadpleeg de genummerde stappen na de tabel om specifieke DIMM-sleuven te vinden.

Belangrijk: alle DIMM's zijn 1866 MHz DDR3 ECC. Combineer geen UDIMM's en RDIMM's.

Totaal geheugen

DIMM-sleuf 1

DIMM-sleuf 2

DIMM-sleuf 3

DIMM-sleuf 4

12 GB

4 GB ECC UDIMM

4 GB ECC UDIMM

4 GB ECC UDIMM

16 GB

4 GB ECC UDIMM

4 GB ECC UDIMM

4 GB ECC UDIMM

4 GB ECC UDIMM

32 GB

8 GB ECC UDIMM

8 GB ECC UDIMM

8 GB ECC UDIMM

8 GB ECC UDIMM

64 GB

16 GB ECC RDIMM

16 GB ECC RDIMM

16 GB ECC RDIMM

16 GB ECC RDIMM

Volg deze stappen om DIMM's te verwijderen.

  1. Er zijn vier DIMM-sleuven in totaal. Twee bevinden zich aan de linkerkant en twee aan de rechterkant van het I/O-paneel van de Mac Pro.

  2. U hebt toegang tot de DIMM-sleuven via de hendel bij de RAM-bank die het RAM ontgrendelt (aangegeven met een witte driehoek (A) boven aan de achterkant van elke DIMM). Duw op de hendel en trek deze omhoog. De hendel gaat achteruit en omhoog, waardoor de DIMM-sleuven omhoog springen en u er gemakkelijk bij kunt. Duw niet te hard op de hendel om het RAM in het vak te ontgrendelen omdat u anders de vergrendeling kunt beschadigen.

  3. Zoek de DIMM('s) die u wilt verwijderen. De sleuven zijn genummerd van 1 tot en met 4 (B). Met de duim en wijsvinger van elke hand houdt u de DIMM voorzichtig vast aan beide uiteinden en verwijdert u de DIMM voorzichtig door deze recht uit de DIMM-sleuf te halen. Draai de DIMM niet en forceer deze ook niet uit de socket om schade te vermijden. Verwijder eerst de DIMM's aan de buitenkant zodat u de DIMM's aan de binnenkant beter kunt verwijderen.

  4. Plaats de verwijderde DIMM's in een beschermhoesje tegen elektrostatische lading (ESD).

Deel 3: DIMM's installeren

Elke DIMM (F) heeft een inkeping (E) die moet worden uitgelijnd met het uitsteeksel (D) van de DIMM-sleuf (C). Opmerking: de positie van de inkeping/het uitsteeksel verschilt aan elke kant van de computer.

  1. Zoek de DIMM-sleuf die zich het meest aan de binnenkant van de computer bevindt en controleer of deze geen DIMM bevat.

  2. Blaas indien mogelijk stof en andere verontreinigende stoffen met perslucht uit de DIMM-sleuf. Opmerking: houd de spuitbus met perslucht rechtop om geen drijfgas in de DIMM-sleuven te spuiten.

  3. Houd de uiteinden van de DIMM voorzichtig vast en plaats deze in de sleuf. Controleer of de DIMM horizontaal is uitgelijnd voordat u druk uitoefent.

  4. Plaats de DIMM onder de hoek die wordt bepaald door het geopende DIMM-mechanisme.

  5. Plaats de DIMM voorzichtig totdat de onderkant de goudkleurige contacten aanraakt. Druk vervolgens een beetje harder op de DIMM om deze volledig te plaatsen.

    • Forceer de DIMM NIET. Als de DIMM niet kan worden geplaatst, controleert u of het uitsteeksel (D) en de inkeping (E) goed zijn uitgelijnd.

    • Beweeg de DIMM NIET heen en weer wanneer u deze plaatst.

    • Plaats GEEN DIMM's terwijl het DIMM-mechanisme zich in de vergrendelpositie bevindt.

    • Buig of draai de DIMM NIET wanneer u deze plaatst.

  6. Duw het vak van het RAM opnieuw op zijn plaats nadat u alle DIMM's hebt geïnstalleerd.

Deel 4: de behuizing opnieuw plaatsen

  1. Laat de behuizing voorzichtig zakken over de Mac Pro. Hierbij moet u ervoor zorgen dat u geen printplaten aanraakt.

  2. U moet wellicht lichtjes op de behuizing drukken om deze volledig te plaatsen.

  3. Wanneer de behuizing volledig is geplaatst, schuift u de vergrendeling van de behuizing naar links om deze te vergrendelen.

  4. Als de vergrendeling van de behuizing niet helemaal naar links kan, controleert u of de behuizing naar behoren is geplaatst en probeert u het opnieuw.

  5. U kunt nu een netsnoer, beeldscherm en andere randapparaten aansluiten. Schakel de Mac Pro in en controleer of het systeem naar behoren werkt.

Als uw Mac niet goed opstart nadat u geheugen hebt geïnstalleerd, hebt u mogelijk UDIMM's en RDIMM's gemengd. Als u UDIMM’s en RDIMM’s mengt, hoort u bij het opstarten van de computer een geluid dat aangeeft dat er een fout met het geheugen is. Controleer de geheugenvereisten voor uw Mac.

Als uw Mac piept tijdens het opstarten

Als uw computer een probleem met het geheugen (RAM) detecteert, hoort u mogelijk de volgende tonen.

Om de 5 seconden één pieptoon

De Mac detecteert geen geheugen (RAM). Als u onlangs geheugen hebt toegevoegd of vervangen, controleert u of het correct is geïnstalleerd.

Drie pieptonen, dan een pauze van 5 seconden, herhalend

Het geheugen in uw Mac heeft de integriteitscontrole niet doorstaan. Als u geheugen hebt toegevoegd of vervangen, controleert u of het correct is geïnstalleerd.

Controle van geheugen

Volg deze stappen om te controleren of u het geheugen naar behoren hebt geïnstalleerd en of het door de Mac Pro wordt herkend.

  1. Kies in het menu Apple () de optie 'Over deze Mac'.

  2. Klik op Meer info. Een venster met algemene informatie over de Mac verschijnt.

  3. Klik op de knop 'Systeemoverzicht' om meer gedetailleerde informatie over het op de computer geïnstalleerde geheugen weer te geven.

  4. Klik op de optie 'Geheugen'.

  5. Controleer of het geïnstalleerde geheugen zoals verwacht verschijnt. Op de onderstaande afbeeldingen worden de DIMM's aangegeven (DIMM1, DIMM2, DIMM3, DIMM4) zodat u de bijbehorende DIMM's kunt herkennen die zijn genummerd met 1, 2, 3 en 4 op de onderkant van het DIMM-mechanisme.

  6. Als één of meer geheugensleuven waarin u geheugen hebt geïnstalleerd als leeg worden weergegeven, zet u de computer uit en volgt u de stappen opnieuw om te verifiëren dat het geheugen naar behoren is geïnstalleerd. Raadpleeg Mac Pro (eind 2013): geheugenspecificaties om te controleren of het geheugen aan de vereisten voor de Mac Pro voldoet.

  7. Als u problemen met het geïnstalleerde geheugen blijft ondervinden, neemt u contact op met Apple Support voor informatie over de supportopties die voor u beschikbaar zijn.

Publicatiedatum: