MacBook Pro (16-inch, 2024) Moederbord
Voordat je begint
Waarschuwing
Lees Veilig omgaan met batterijen en volg de richtlijnen voor werkplekken en de omgang met batterijen voordat je begint.
Verwijder de volgende onderdelen voordat je begint:
Gereedschap
Kruiskopschroevendraaier, nr. 00
Opmerking: alleen vereist bij het installeren van een vervangend moederbord.
4-mm dopschroevendraaier (923-07179)
Instelbare momentschroevendraaier (10-34 Ncm) (923-02995)
ESD-veilig pincet
Kapton-tape (922-1731)
Nylon sonde (zwart staafje) (922-5065)
Momentschroevendraaier (blauw, 0,65 kgf cm) (923-0448)
Torx Plus 3IP 44-mm halve-maanbitje (923-08468)
Torx Plus 3IP 25-mm bitje (923-07593)
Torx Plus 5IP 50-mm bitje (923-08673)
Torx T6-beveiligingsbitje (923-00304)
Raadpleeg een volledige lijst met gereedschappen die nodig zijn voor alle reparaties.
Voorzichtig
Voor deze procedure is Systeemconfiguratie vereist. Nadat je alle stappen voor verwijdering en montage hebt voltooid, lees je hoe je het proces voor Systeemconfiguratie kunt starten.
Als je een vervangend moederbord installeert, moet je ook een nieuwe Touch ID-kaart installeren.
Demontage
Gebruik de blauwe momentschroevendraaier en het 3IP 44-mm halve-maanbitje om twee 3IP-schroeven (923-06865) te verwijderen uit de bovenste schroefgaten (1) van de afdekplaatjes van de connector van de linker- en rechterluidspreker. Gebruik vervolgens de blauwe momentschroevendraaier en het 3IP 25-mm bitje om twee 3IP-schroeven (923-06864) te verwijderen uit de onderste schroefgaten (2) van de afdekplaatjes van de connector van de linker- en rechterluidspreker.
Gebruik de blauwe momentschroevendraaier met het 3IP 44-mm halve-maanbitje om de 17 3IP-schroeven uit de volgende acht afdekplaatjes te verwijderen:
Twee 3IP-schroeven (923-06854) uit het afdekplaatje van de connector van de hoeksensor van de klep (1)
Twee 3IP-schroeven (923-06854) uit het afdekplaatje van de connector van de MagSafe 3-kaart (2)
Drie 3IP-schroeven (923-06854) uit het afdekplaatje van de connector van de USB-C-kaarten links (3)
Twee 3IP-schroeven (923-06854) uit het afdekplaatje van de connector van de geluidskaart (4)
Twee 3IP-schroeven (923-06854) uit het afdekplaatje van de connector van de USB-C-kaart rechts (5)
Twee 3IP-schroeven (923-07034) uit het afdekplaatje van de connector van de Touch ID-kaart (6)
Vier 3IP-schroeven (923-10094) uit het afdekplaatje van de connector van het beeldscherm (7, 8)
Verwijder de tien afdekplaatjes en bewaar deze om ze later weer te monteren (1-10).
Belangrijk:
De afdekplaatjes van de connectors van de linker- en rechterluidspreker (5, 6) hebben een diepere kromming op de plek waar het schroefgat het dichtst bij de batterijafdekking zit. Noteer de richting van het afdekplaatje voor als je het gaat terugplaatsen.
Het afdekplaatje van de connector van de linkerluidspreker (5) heeft een ronde opdruk in het midden.
Til de uiteinden van de volgende 12 flexkabels uit de connectors op het moederbord:
Flexkabel van de hoeksensor van de klep (1)
Flexkabel van MagSafe 3-kaart (2)
Flexkabels van USB-C-kaarten links (3-4)
Flexkabel van geluidskaart (5)
Flexkabel van linkerluidspreker (6)
Flexkabel van rechterluidspreker (7)
Flexkabel van USB-C-kaart rechts (8)
Flexkabel van Touch ID-kaart (9)
Flexkabel van achtergrondverlichting (10)
Flexkabel van FaceTime HD-camera (11)
eDP-flexkabel (Embedded DisplayPort) (12)
Maak de klemmetjes van de flexkabel van het beeldscherm los van het interne frame van de bovenbehuizing. Vouw ze voorzichtig over de rand van de bovenbehuizing om de bumpers van de flexkabel van het beeldscherm vrij te leggen.
Til de bumpers van de flexkabel van het beeldscherm uit de bovenbehuizing. Bewaar de bumpers om deze later weer te monteren.
Trek de lipjes van polyesterfolie voorzichtig los van de uiteinden van de flexkabel van de microfoon (1), de flexkabel van de achtergrondverlichting van het toetsenbord (2) en de flexkabel van het toetsenbord (3).
Gebruik het zwarte staafje om de drie vergrendelingshendels omhoog te wippen (1-3). Schuif vervolgens de uiteinden van de drie flexkabels uit de connectors.
Verwijder voorzichtig het lipje van polyesterfolie van het uiteinde van de flexkabel van de linkerventilator (1). Gebruik daarna het zwarte staafje om de vergrendelingshendel op de connector (2) omhoog te wippen. Herhaal deze stap voor de flexkabel van de rechterventilator.
Open het ESD-veilige pincet en steek één punt onder de flexkabel van de linkerventilator. Schuif de punt van het pincet voorzichtig onder de flexkabel om de plakstrip tussen de flexkabel en het moederbord los te maken. Herhaal deze stap om de plakstrip op de flexkabel van de rechterventilator los te maken.
Voorzichtig
Houd het pincet evenwijdig aan het oppervlak van moederbord om schade te voorkomen.
Raak geen van de kleine componenten op het moederbord of de flexkabels van de ventilator aan.
Schuif de uiteinden van de flexkabel van de linker ventilator en de flexkabel van de rechter ventilator uit de connectors op het moederbord.
Gebruik de instelbare momentschroevendraaier van 10-34 Ncm met het 5IP-bitje om vier 5IP-schroeven (923-11176) uit de onderkant van het moederbord te verwijderen.
Gebruik de instelbare momentschroevendraaier 10-34 Ncm met het 5IP-bitje om zes 5IP-schroeven (923-06861) uit het moederbord te verwijderen in de buurt van de ventilatoren.
Gebruik de instelbare momentschroevendraaier van 10-34 Ncm met het T6-beveiligingsbitje om twee T6-schroeven (923-11175) te verwijderen uit de bovenhoeken van het moederbord.
Gebruik de 4-mm dopschroevendraaier om twee 4-mm zeskantmoeren (923-06860) te verwijderen uit de benedenhoeken van het moederbord.
Verwijder de afdekkingen van de ventilatiekanalen uit de ventilatoren (1). Vouw vervolgens de afdekkingen van de ventilatiekanalen en de flexkabels voorzichtig terug. Gebruik Kapton-tape om ze vast te zetten, zoals aangegeven in de afbeelding.
Voorzichtig:
Trek de flexkabels niet te strak aan. Plak ze losjes naar achteren vast, zodat je het moederbord gemakkelijk kunt optillen.
Plak de trackpad- en BMU-flexkabels niet naar achteren (2).
Til het moederbord voorzichtig op zoals aangegeven in de afbeelding (1). Schuif het moederbord vervolgens uit de bovenbehuizing (2). Gebruik het zwarte staafje om de flexkabel van de trackpad en de flexkabel van de BMU (3) naar achter te houden terwijl je het moederbord verwijdert.
Voorzichtig: verwijder het koelelement niet van het moederbord.
Montage
Voorzichtig: Als je een vervangend moederbord plaatst, moet je de verstevigde stukken, de zeskantmoeren en de kruiskopschroeven nr. 00 overzetten naar het bestaande moederbord voordat je dit terugstuurt naar Apple Service om beschadiging tijdens de verzending te voorkomen. De verstevigde stukken (923-09961), zeskantmoeren (923-07059) en kruiskopschroeven nr. 00 (923-07058) kunnen afzonderlijk worden besteld.
Belangrijk:
Als je het bestaande moederbord gaat terugplaatsen, ga je verder met montagestap 15.
Als je een vervangend moederbord installeert, voer je alle montagestappen uit.
Volg de stappen voor verwijdering en montage om een vervangende Touch ID-kaart te installeren.
Gebruik een kruiskopschroevendraaier nr. 00 om de twee kruiskopschroeven nr. 00 (923-07058) (1) te verwijderen uit het koelelement op het vervangende moederbord.
Opmerking: de twee kruiskopschroeven nr. 00 zijn met twee zeskantmoeren (923-07059) (2) vastgezet aan de onderzijde van het moederbord.
Gebruik een kruiskopschroevendraaier nr. 00 om de zes kruiskopschroeven (2) in de bovenste verstevigde stukken op het vervangende moederbord los te draaien. Til de bovenste verstevigde stukken van het vervangende moederbord en bewaar ze.
Opmerking: de vier verstevigde stukken zijn als volgt gemarkeerd:
TL (linksboven)
TR (rechtsboven)
BL (linksonder)
BR (rechtsonder)
Til het vervangende moederbord van de onderste verstevigde stukken en leg het aan de kant.
Plaats het bestaande moederbord over de onderste verstevigde stukken. Houd de schroefgaten in het bestaande moederbord precies boven de schroefgaten in de onderste verstevigde stukken.
Plaats de bovenste verstevigde stukken op het bestaande moederbord. Houd de schroefgaten in de bovenste verstevigde stukken precies boven de schroefgaten in het bestaande moederbord.
Belangrijk: de dopschroeven in de bovenste verstevigde stukken duw je door de schroefgaten van het moederbord in de schroefgaten in de onderste verstevigde stukken.
Gebruik een kruiskopschroevendraaier nr. 00 om de zes kruiskopschroeven nr. 00 (2) in de verstevigde stukken vast te draaien.
Duw één kruiskopschroef nr. 00 door het schroefgat in het koelelement en het moederbord (1).
Houd de zeskantmoer op zijn plek terwijl je het moederbord omdraait. Draai de zeskantmoer (3) iets over het uiteinde van de kruiskopschroef nr 00. Houd de zeskantmoer op zijn plek terwijl je het moederbord omdraait.
Gebruik de kruiskopschroevendraaier nr. 00 om de kruiskopschroef nr. 00 vast te draaien.
Herhaal stap 8 tot en met 10 om de andere kruiskopschroef nr. 00 (1) en zeskantmoer (2) te monteren. Ga vervolgens verder naar stap 12.
Leg het bestaande moederbord in de ESD-veilige verpakking van het nieuwe moederbord.
Leg het verpakte moederbord in de voorgevormde schuimbuffer.
Sluit de doos en verzegel deze. Verstuur de doos naar Apple Service.
Zorg dat de afdekkingen van de ventilatiekanalen en flexkabels zijn omgevouwen en met Kapton-tape zijn vastgemaakt aan de bovenbehuizing, zoals afgebeeld.
Gebruik het zwarte staafje om de trackpad- en BMU-flexkabels vast te houden (1). Pak het moederbord aan de randen vast. Kantel één rand van het moederbord omlaag in de bovenbehuizing, zoals afgebeeld (2). Laat vervolgens de andere rand van het moederbord in de bovenbehuizing zakken (3).
Voorzichtig: Zorg dat er geen kabels vast komen te zitten onder het moederbord.
Verwijder voorzichtig de Kapton-tape van de afdekkingen van de ventilatiekanalen en flexkabels. Plaats de afdekkingen van de ventilatiekanalen en druk erop om ze aan het koelelement te bevestigen (1).
Gebruik de instelbare momentschroevendraaier van 10-34 Ncm met het T6-beveiligingsbitje om de twee T6-schroeven (923-11175) gedeeltelijk in de bovenhoeken van het moederbord te plaatsen.
Stel de instelbare momentschroevendraaier van 10-34 Ncm in op een draaimoment van 16 Ncm. Gebruik vervolgens de instelbare momentschroevendraaier met het T6-beveiligingsbitje om de twee T6-schroeven helemaal aan te draaien.
Draai de twee 4-mm zeskantmoeren (923-06860) in de onderste hoeken van het moederbord om ze gedeeltelijk terug te plaatsen. Gebruik vervolgens de 4-mm dopschroevendraaier om de twee 4-mm zeskantmoeren in de benedenhoeken helemaal aan te draaien.
Stel de instelbare momentschroevendraaier van 10-34 Ncm in op 11,5 Ncm. Gebruik vervolgens de instelbare momentschroevendraaier met het 5IP-bitje om de zes 5IP-schroeven (923-06861) terug te plaatsen in het moederbord in de buurt van de ventilatoren.
Stel de verstelbare momentschroevendraaier van 10-34 Ncm in op een draaimoment van 25 Ncm. Gebruik vervolgens de instelbare momentschroevendraaier met het 5IP-bitje om de vier 5IP-schroeven (923-11176) terug te plaatsen.
Om eerst toegang te krijgen tot de voedingskabel van de achtergrondverlichting, trek je alleen het gevouwen gedeelte van de flexkabels van het beeldscherm (lengte van de flexkabel die zich het dichtst bij het beeldscherm bevindt) in de opening tussen het beeldscherm en het interne frame.
Plaats de bumper van de beeldschermkabel in het interne frame en over de gevouwen gedeelten van de flexkabels van het beeldscherm, zoals afgebeeld.
Lijn elk klemmetje van de flexkabel van het beeldscherm uit met de rand van de bumper van de beeldschermkabel (1). Steek vervolgens de flexkabel van het beeldscherm in de opening tussen het interne frame en het moederbord (2).
Druk het klemmetje van de flexkabel van het beeldscherm vervolgens over de bumper en in het interne frame. Zodra de flexkabel van de achtergrondverlichting van het beeldscherm op zijn plaats is geklikt, herhaal je stappen 23 tot en met 25 met de flexkabel van de FaceTime HD-camera en de eDP-flexkabel.
Schuif de uiteinden van de volgende vijf flexkabels in de connectors:
Microfoon (1)
Achtergrondverlichting van toetsenbord (2)
Toetsenbord (3)
Ventilator links (4)
Ventilator rechts (5)
Gebruik vervolgens het platte uiteinde van het zwarte staafje om de vijf vergrendelingshendels omlaag te klappen (1-5). Druk de lipjes van polyesterfolie over de vijf connectors.
Houd de flexkabel van de linkerventilator 15 seconden ingedrukt om deze aan het moederbord te bevestigen. Herhaal deze stap om de plakstrip op de flexkabel van de rechterventilator te bevestigen.
Druk de uiteinden van de volgende twaalf flexkabels op de connectors op het moederbord:
Flexkabel van de hoeksensor van de klep (1)
Flexkabel van MagSafe 3-kaart (2)
Flexkabels van USB-C-kaarten links (3-4)
Flexkabel van geluidskaart (5)
Flexkabel van linkerluidspreker (6)
Flexkabel van rechterluidspreker (7)
Flexkabel van USB-C-kaart rechts (8)
Flexkabel van Touch ID-kaart (9)
Flexkabel van achtergrondverlichting (10)
Flexkabel van FaceTime HD-camera (11)
eDP-flexkabel (12)
Plaats de volgende tien afdekplaatjes op de connectors op het moederbord. Gebruik nu de blauwe momentschroevendraaier met het 3IP 44-mm halve-maanbitje om de 19 3IP-schroeven terug te plaatsen in de afdekplaatjes:
Elf 3IP-schroeven (923-06854) in de volgende afdekplaatjes:
Twee schroeven: afdekplaatje van de hoeksensor van de klep (1)
Twee schroeven: afdekplaatje van de connector van de MagSafe 3-kaart (2)
Twee schroeven: afdekplaatje van de connector van de USB-C-kaarten links (3)
Twee schroeven: afdekplaatje van de connector van de geluidskaart (4)
Twee schroeven: afdekplaatje van de connector van USB-C-kaart rechts (5)
Twee 3IP-schroeven (923-06865) in de bovenste schroefgaten van de volgende afdekplaatjes:
Afdekplaatje van de connector van de linkerluidspreker (6). Zorg ervoor dat het afdekplaatje van de connector van de luidspreker met de geëtste cirkel zich bij de linker ventilator bevindt.
Afdekplaatje van de connector van de luidspreker rechts (7)
Twee 3IP-schroeven (923-07034) in het afdekplaatje van de connector van de Touch ID-kaart (8)
Vier 3IP-schroeven (923-10094) in het afdekplaatje van de beeldschermconnector (9, 10)
Stel de instelbare momentschroevendraaier van 10-34 Ncm in op 11,5 Ncm. Gebruik de instelbare momentschroevendraaier met het 3IP 25-mm bitje om twee 3IP-schroeven (923-06864) terug te plaatsen in de onderste schroefgaten van de afdekplaatjes van de linker- en rechterluidsprekerconnector.
Plaats de volgende onderdelen terug om de montage te voltooien:
Voorzichtig
Nadat je alle stappen voor verwijdering en montage hebt voltooid, lees je hoe je het proces voor Systeemconfiguratie kunt starten.