Over privacy en Locatievoorzieningen in iOS, iPadOS en watchOS

Lees hier hoe je met privacyinstellingen en Locatievoorzieningen je persoonlijke gegevens op je iPhone, iPad, iPod touch en Apple Watch kunt beschermen.

Privacyinstellingen

Via de privacyinstellingen in iOS en iPadOS kun je bepalen welke apps toegang hebben tot de gegevens op je apparaat. Je kunt bijvoorbeeld de app van een sociaal netwerk de camera laten gebruiken om foto's te maken en te uploaden naar die app. Je kunt ook toegang tot je contacten verlenen, zodat een berichten-app al je vrienden vindt die dezelfde app gebruiken.

Scherm met de instellingen voor privacy en beveiliging op de iPhone

In 'Instellingen' > 'Privacy en beveiliging' kun je zien welke apps je toegang hebt verleend tot bepaalde gegevens. Je kunt hier ook toekomstige toegang verlenen of intrekken. Het kan hierbij onder andere gaan om toegang tot:

  • Locatievoorzieningen

  • Contacten

  • Agenda's

  • Herinneringen

  • Foto's

  • Bluetooth

  • Lokaal netwerk

  • Interacties in de buurt

  • Microfoon

  • Spraakherkenning

  • Camera

  • Gezondheid

  • Onderzoekssensor- en gebruiksgegevens

  • HomeKit

  • Media en Apple Music

  • Bestanden en mappen

  • Beweging en conditie

  • Focus

Je kunt in deze lijst op je apparaat een type gegevens selecteren om te zien welke apps toestemming hebben gevraagd om die gegevens te gebruiken. Een app verschijnt pas in de lijst als deze toestemming heeft gevraagd om gegevens te gebruiken. Je kunt toestemming verlenen of intrekken voor elke app die om toegang tot gegevens heeft gevraagd. Een app kan het ingestelde gegevenstype alleen gebruiken als je de app toestemming hebt gegeven.

Wanneer je inlogt bij iCloud, krijgen apps standaard toegang tot iCloud Drive. In 'Instellingen' in iCloud kun je ook de apps bekijken en beheren die iCloud mogen gebruiken.

Als je toestaat dat apps of websites van andere fabrikanten je huidige locatie gebruiken, ben je gebonden aan de voorwaarden, het privacybeleid en de werkwijzen die daarvoor gelden. Lees de voorwaarden, het privacybeleid en de werkwijzen van de apps en websites als je wilt weten hoe deze jouw locatie en andere gegevens gebruiken. Door Apple verzamelde gegevens worden behandeld in overeenstemming met het privacybeleid van Apple.

Hoe een apparaat Locatievoorzieningen gebruikt

Met jouw toestemming kunnen apps en websites (zoals Kaarten, Camera, Weer en andere apps) via Locatievoorzieningen gegevens via het mobiele netwerk1, wifi2, GPS (Global Positioning System)3 en Bluetooth4 gebruiken om je locatie te bepalen5.

Apps die een locatie op het scherm kunnen weergeven, inclusief Kaarten, tonen de huidige locatie met een blauwe markering. Als jouw locatie in de Kaarten-app niet precies kan worden bepaald, zie je een blauwe cirkel rond de markering. De grootte van de cirkel geeft de precisie aan waarmee een locatie kan worden bepaald: hoe kleiner de cirkel, hoe groter de precisie. Wanneer Locatievoorzieningen actief is voor een app, verschijnt er een zwart of wit pijlsymbool in de statusbalk of in het bedieningspaneel.

Kaarten, routebeschrijvingen, en op locatie gebaseerde apps zijn afhankelijk van datavoorzieningen. Deze datavoorzieningen zijn onderhevig aan wijzigingen en zijn mogelijk niet overal beschikbaar, waardoor kaarten, routebeschrijvingen of op locatie gebaseerde gegevens mogelijk niet beschikbaar, nauwkeurig of volledig zijn. Vergelijk de informatie die op het apparaat wordt weergegeven met de omgeving. Als er verschillen zijn, houd je je aan de ter plaatse weergegeven aanwijzingen.

Meer informatie over Locatievoorzieningen en privacy

Apps toestaan jouw locatie te gebruiken

Wanneer een app voor het eerst jouw locatie probeert te bepalen via Locatievoorzieningen, moet deze om jouw toestemming vragen. Je ziet een aanwijzing waarin wordt uitgelegd welke app toestemming vraagt om je locatie te gebruiken en waarom de app-ontwikkelaar dat wil.

Een app vraagt toegang tot je locatie terwijl je de app op de iPhone gebruikt

Sommige apps vragen toegang tot je locatie alleen wanneer de app wordt gebruikt. Een app wordt als 'in gebruik' beschouwd wanneer je deze actief op de voorgrond gebruikt of wanneer deze een locatie op de achtergrond gebruikt. In dat geval wordt er een blauwe pil weergegeven in de statusbalk.

Als je een app alleen toestemming verleent terwijl deze in gebruik is, kan de app alsnog toestemming vragen om je locatie te gebruiken wanneer de app op de achtergrond wordt gebruikt.

Wanneer je een app toestaat je locatie op de achtergrond te gebruiken, herinnert je apparaat je er van tijd tot tijd aan dat een app je locatie gebruikt en worden die locaties op een kaart weergegeven. Er wordt ook gevraagd of je wilt blijven toestaan dat de app je locatie op de achtergrond gebruikt.

In iOS 13 of nieuwer, iPadOS 13 of nieuwer en watchOS 6 of nieuwer kun je tikken op 'Sta één sessie toe' om een app voor slechts één sessie toegang tot gegevens van Locatievoorzieningen te verlenen (één keer). Als je de app sluit en vervolgens opnieuw opent en de app opnieuw toegang probeert te krijgen tot je locatie, zal deze opnieuw om jouw toestemming vragen. Apps gebruiken je locatie pas nadat ze om toestemming hebben gevraagd en jij deze toestemming hebt gegeven.

Als je van gedachten verandert, kun je op elk gewenst moment je voorkeuren wijzigen via 'Instellingen' > 'Privacy en beveiliging' > 'Locatievoorzieningen'.

Locatievoorzieningen in- of uitschakelen

Je kunt Locatievoorzieningen in- of uitschakelen via 'Instellingen' > 'Privacy en beveiliging' > 'Locatievoorzieningen'. Je kunt Locatievoorzieningen inschakelen in de Configuratie-assistent of later via de instelling 'Locatievoorzieningen'. Je kunt afzonderlijk bepalen welke apps en systeemvoorzieningen toegang hebben tot de gegevens van Locatievoorzieningen. Als Locatievoorzieningen zijn uitgeschakeld, kunnen apps je locatie niet gebruiken op de voorgrond of achtergrond. Dit beperkt de prestaties van verschillende apps van Apple of andere fabrikanten.

Als je al je locatie-instellingen wilt terugzetten naar de fabrieksinstellingen, ga je naar 'Instellingen' > 'Algemeen' > 'Zet over of stel [apparaat] opnieuw in', tik je op 'Stel opnieuw in' en vervolgens op 'Herstel locatie en privacy'. Wanneer je locatie- en privacyinstellingen opnieuw zijn ingesteld, gebruiken apps je gegevens van Locatievoorzieningen niet meer totdat jij ze toestemming geeft.

Instellingen van Locatievoorzieningen op de iPhone

'Instellingen' > 'Privacy en beveiliging' > 'Locatievoorzieningen'.

Instellingen van Systeem op de iPhone

'Instellingen' > 'Privacy en beveiliging' > 'Locatievoorzieningen' > 'Systeem'.

De nauwkeurigheid van gps verbeteren

De nauwkeurigheid van gps varieert afhankelijk van het aantal zichtbare gps-satellieten. Alle zichtbare satellieten vinden, kan meerdere minuten duren waarbij de nauwkeurigheid telkens verhoogt. Tips om de nauwkeurigheid van gps te verbeteren:

  • Zorg ervoor dat de datum, tijd en tijdzone correct zijn ingesteld op het apparaat in 'Instellingen' > 'Algemeen' > 'Datum en tijd'. Gebruik 'Stel automatisch in' indien mogelijk.

  • Zorg voor vrij zicht in verschillende richtingen. Muren, autodaken, hoge gebouwen, bergen en andere obstakels kunnen de zichtlijn naar gps-satellieten blokkeren. Wanneer dit gebeurt, gebruikt het apparaat wifi- of mobiele netwerken om de positie te bepalen totdat de gps-satellieten opnieuw zichtbaar worden.

Crowd-sourced wifi en mobiele Locatievoorzieningen

Als Locatievoorzieningen is ingeschakeld, verstuurt het apparaat periodiek de geografische locaties van wifi-hotspots en zendmasten in de buurt naar Apple om de crowd-sourced database met locaties van wifi-hotspots en zendmasten van Apple aan te vullen. Als je onderweg bent (bijvoorbeeld tijdens een wandeling of een autorit) en Locatievoorzieningen is ingeschakeld, stuurt een iPhone of iPad met GPS ook periodiek GPS-locaties, reissnelheid en -richting en informatie over barometrische druk naar Apple om te worden gebruikt voor het opbouwen van crowd-sourced databases van Apple voor wegverkeer, rijbaan, voetgangerspad en atmosferische correctie. De crowd-sourced locatiegegevens die worden verzameld door Apple, worden versleuteld bewaard en je kunt er niet persoonlijk door worden geïdentificeerd.

De eigenaar van een wifi-toegangspunt kan zich uitschrijven voor Locatievoorzieningen van Apple door de SSID (naam) van het toegangspunt te wijzigen zodat deze eindigt op '_nomap'. Op deze manier wordt voorkomen dat de locatie ervan naar Apple wordt verzonden voor opname in de crowd-sourced database met locaties van Apple. 'Access_Point' moet bijvoorbeeld worden gewijzigd in 'Access_Point_nomap'.

De internetaanbieder of fabrikant van een wifi-toegangspunt kan meer informatie geven over het wijzigen van de naam van een toegangspunt.

Over Bluetooth, gegevens en Locatievoorzieningen

Met iOS 13 of nieuwer en iPadOS 13 of nieuwer moet een app toestemming vragen om gebruik te maken van Bluetooth-functies, met uitzondering van het afspelen van audio naar een Bluetooth-apparaat, waarvoor geen toestemming is vereist. Je kunt de Bluetooth-bevoegdheden op je apparaat wijzigen via 'Instellingen' > 'Privacy en beveiliging' > 'Bluetooth'.

Over je locatie tijdens een noodoproep

Om veiligheidsredenen kunnen de locatiegegevens van je iPhone worden gebruikt wanneer je een noodoproep plaatst, om het de hulpdiensten gemakkelijker te maken, ongeacht of je Locatieservices wel of niet hebt ingeschakeld.

Meer informatie

  • Meer informatie over het gebruik van Locatievoorzieningen om je positie te bepalen in Kaarten en andere apps vind je in de gebruikershandleiding van je product.

  • Meer informatie over Apple en privacy.

  1. iPad (Wi-Fi + Cellular-modellen): Controleer of 'Mobiele data' is ingeschakeld in 'Instellingen' > 'Mobiel netwerk' > 'Mobiele data', ook als je geen mobieledata-abonnement hebt. Hierdoor kan het apparaat zichzelf nauwkeuriger kalibreren aan de hand van netwerkgegevens over tijd en locatie. In sommige gevallen moet de simpincode mogelijk worden uitgeschakeld.

  2. iOS- en iPadOS-apparaten die in het vasteland van China zijn verkocht, gebruiken mogelijk de term Wireless LAN (WLAN) in plaats van wifi.

  3. Gps is beschikbaar op de iPhone en op de Wi-Fi + Cellular-modellen van de iPad.

  4. Bluetooth werkt met iBeacons om een manier te bieden om gebieden aan te maken en te beheren die bepaalde identificerende gegevens bekendmaken.

  5. iOS- en iPadOS-apparaten zonder een mobiele verbinding gebruiken alleen wifi voor Locatievoorzieningen (als een wifinetwerk beschikbaar is). Sommige apps van andere fabrikanten zijn voor de controle van de regio aangewezen op wifi. Als een apparaat is vergrendeld met een toegangscode, is deze functie mogelijk beperkt of onnauwkeurig.

Informatie over producten die niet door Apple zijn gemaakt of externe websites die niet door Apple worden beheerd of getest, wordt verstrekt zonder aanbeveling of goedkeuring. Apple aanvaardt geen aansprakelijkheid wat betreft de keuze, de prestaties of het gebruik van websites of producten van derden. Apple doet geen enkele toezegging met betrekking tot de juistheid of de betrouwbaarheid van websites van derden. Neem contact op met de leverancier voor meer informatie.

Publicatiedatum: