De beatsequencer gebruiken in GarageBand op de iPhone of iPad

Bouw grooves op je iPhone of iPad met een interface die is geïnspireerd op klassieke drumstellen en voeg de groove toe aan je nummer.

Scherm 'Beatsequencer'

Maak een nieuw nummer of open een bestaand nummer om aan de slag te gaan met de beatsequencer. Als je een nieuw nummer hebt gemaakt, wordt de geluidskiezer automatisch geopend.

Als je de beatsequencer aan een bestaand nummer wilt toevoegen, tik je op de knop 'Geluidskiezer'de knop 'Geluidskiezer'. Swipe vervolgens in de geluidskiezer totdat je 'Drums' ziet en tik op 'Beatsequencer'.

Snel een beat aan je nummer toevoegen

Tik in de beatsequencer op de knop 'Patronen'de knop 'Patronen' en kies het vooraf ontworpen patroon dat de stijl die je wilt het beste beschrijft. Het patroon wordt afgespeeld op het tempo dat je hebt ingesteld voor je nummer en maakt loops afhankelijk van de lengte van het patroon. Elk vooraf ontworpen patroon heeft unieke instellingen, waaronder de lengte van het patroon, die je kunt wijzigen.

Als je wilt stoppen en beginnen met het patroon, tik je op de afspeelknop van de beatde afspeelknop van de beat. Als je het patroon aan je nummer wilt toevoegen, neem je het patroon op.

Je kunt het patroon wijzigen door stappen in of uit te schakelen. Elke rij correspondeert met een afzonderlijk instrument in het drumstel, dat wordt weergegeven aan de linkerkant van het raster. Tik op een verlichte stap in het raster om een stap in het patroon uit te schakelen. Tik op een onverlichte stap om een stap in te schakelen.

Je kunt ook de geluiden in het patroon wijzigen. Als je het hele drumstel wilt wijzigen, tik je op de knop onderaan het scherm die het momenteel geselecteerde drumstel weergeeft (zoals 'Trap Door' of 'Hacienda'). Selecteer in het venster 'Drums' de stijl van geluiden in de linkerkolom en het afzonderlijke drumstel in de rechterkolom. Als je extra geluiden wilt downloaden, tik je op 'Haal meer drumstellen op' en selecteer je de geluiden die je wilt horen in de geluidenbibliotheek. Als je het gewenste drumstel hebt gevonden, tik je op 'Gereed'.

Je eigen beat bouwen

Als je je eigen beat helemaal opnieuw wilt opbouwen, tik je op de de knop 'Patronen'de knop 'Patronen' en kies je 'Nieuw patroon'. Tik op 'Stap/Aan Uit' om stappen toe te voegen en te verwijderen. Je kunt stappen toevoegen en verwijderen terwijl de beatsequencer wordt afgespeeld of inactief is.

Nadat je stappen hebt toegevoegd, kun je elke afzonderlijke stap bewerken:

  • Tik op 'Aanslag' om het volume van een stap te wijzigen. Schuif met je vinger omlaag over de stap om het volume te verlagen en schuif omhoog om het volume te verhogen.

  • Tik op 'Nootherhaling' om een afzonderlijke stap in meerdere stappen te splitsen. Schuif je vinger omhoog om het aantal parten te vergroten en omlaag om het aantal parten te verlagen.

  • Tik op 'Kans' om mensachtige variatie toe te voegen aan een stap. Schuif vervolgens je vinger omlaag om de variatie van de stap te vergroten.

Als je de instellingen van een hele rij wilt wijzigen, tik je op een instrument aan de linkerkant van het raster.

  • Als je een afzonderlijk onderdeel van het drumstel wilt wijzigen, tik je op 'Onderdeel van drumstel' in het venster 'Rij-instellingen' en tik je op het onderdeel dat je aan die rij wilt toewijzen. Die rij speelt nu het nieuw toegewezen onderdeel van het drumstel af.

  • Als je de lengte van elke stap in de rij wilt wijzigen, tik je op staplengte en selecteer je een lengte.

  • Als je de richting wilt wijzigen waarin de beatsequencer dat instrument in het patroon afspeelt, tik je op afspeelmodus en kies je een optie.

Wanneer je je beat hebt aangemaakt, kun je deze als een patroon bewaren. Tik op de knop 'Patronen'de knop 'Patronen' en tik op 'Bewaar'. Voer een naam voor het patroon in en tik op 'Gereed'. Je kunt dat patroon oproepen en toevoegen aan verschillende nummers.

Wanneer je klaar bent om het patroon aan een nummer toe te voegen, neem je het patroon op.

Het patroon opnemen

Als je het patroon voor je nummer wilt opnemen, tik je op de opnameknopopnameknop in de regelbalk. Beatsequencer start automatisch. Het patroon wordt in een lus afgespeeld totdat je stopt met opnemen. Wanneer je klaar bent met het opnemen van het patroon, tik je op de knop 'Sporen’de knop 'Sporen’ om het opgenomen spoor te bekijken. Tik vervolgens op de knop 'Speel af'de knop 'Speel af' op de regelbalk om het patroon te horen in de context van je andere sporen.

Nadat je het patroon hebt opgenomen, kun je het spoor wijzigen en aanpassen zoals je dat van een ander instrumentspoor zou doen.

Patrooninstellingen weergeven en wijzigen

Beatsequencer gebruikt stappen om de lengte van een bepaald patroon te bepalen. Als je nummer in maatsoort 4/4 is opgenomen, kun je de patroonlengte instellen tussen 16 en 64 stappen. Als je nummer in maatsoort 3/4 of 6/8 is opgenomen, kun je de patroonlengte instellen tussen 12 en 48 stappen. Je kunt ook handmatig de lengte van de lus van elk afzonderlijk stukje drumstel wijzigen door op de knop 'Loop begin/einde' te tikken en vervolgens de hendel van elke rij te slepen.

Tik op de knop 'Info'de knop 'Info' om informatie weer te geven en instellingen te wijzigen voor het huidige patroon.

  • Lengte van patroon instellen (16, 32, 48 of 64 stappen in maatsoort 4/4, en 12, 24 en 48 stappen in maatsoort 3/4 en 6/8)

  • De staplengte instellen (1/8, 1/8t, 1/16, 1/6t, 1/32)

  • De afspeelmodus (Verder, Omgekeerd, Pingpong, Willekeurig) instellen

  • De hoeveelheid swing in het patroon instellen

  • Het patroon opnieuw instellen. Als je met een leeg patroon bent begonnen, wordt het raster gewist door als je op 'Herstel' tikt.

Publicatiedatum: