Nummers '09: Over diagrammen
Meer informatie over diagrammen vindt u in Nummers '09.
Gebruik een grafiek als je trends of verbanden visueel wilt weergeven die moeilijker te zien zijn wanneer gegevens in een tabel worden weergegeven. In Nummers kun je kiezen uit verschillende 2D- of 3D-grafiektypen om je gegevens te presenteren, zoals cirkeldiagrammen, lijndiagrammen, staafdiagrammen, kolomdiagrammen en oppervlaktediagrammen, afhankelijk van welke het beste werkt om het punt te maken met je gegevens, of gebruik een gecombineerd diagram om twee grafiektypen binnen dezelfde afbeelding over elkaar te leggen. Je kunt je gegevens ook in een tweedimensionaal spreidingsdiagram weergeven, met behulp van lineaire of logaritmische schalen.
Je kunt een grafiek maken die vergelijkt hoe de vogelpopulaties zijn veranderd in twee alpengebieden tussen 2007 en 2010. Deze gegevens kunnen eerst in een tabel met rijen voor regio 1 en regio 2 worden weergegeven. De onderzoeker heeft het aantal vogels in elke regio per jaar geteld van 2007 tot 2010, waardoor er voor elke regio 4 gegevenspunten (of waarden) zijn.
Als je deze gegevens plot als een kolomdiagram, worden er vier sets van twee balken over vier jaar weergegeven.
In deze grafiek worden regio 1 en regio 2 de gegevensreeks genoemd omdat de gegevenspunten (aantal vogels) uit elke regio worden weergegeven door een reeks kolommen van dezelfde kleur, één voor elk jaar. Elke kolom voor regio 1 wordt weergegeven naast de bijbehorende kolom voor regio 2 en elke set kolommen die zich naast elkaar bevinden. wordt een dataset of -categorie genoemd (2007 is een categorie, 2008 is een categorie, enzovoort).
Om een andere nadruk op je gegevens te leggen, kun je de gegevens zo omzetten dat gegevenspunten per regio worden gegroepeerd in plaats van per jaar. In dit geval worden de gegevenspunten voor elk jaar weergegeven als een reeks kolommen (gegevensreeksen); in dit geval heeft elke serie slechts twee gegevenspunten en zijn de groepen kolommen voor elke regio categorieën. Dit kolomdiagram bevat dus twee sets van vier kolommen (gegevenspunten), één categorie voor regio 1 en één dataset voor regio 2.
Gegevensreeksen worden anders weergegeven in verschillende soorten diagrammen:
In kolomdiagrammen en staafdiagrammen wordt een gegevensreeks weergegeven door een reeks kolommen of balken in dezelfde vulkleur of structuur.
In een lijndiagram wordt een gegevensreeks weergegeven door één regel.
In een oppervlaktediagram wordt een gegevensreeks weergegeven door een oppervlaktevorm.
In een cirkeldiagram wordt slechts één dataset (het eerste gegevenspunt in elke serie) weergegeven in het diagram (afhankelijk van welke van de twee het eerst in de tabel wordt vermeld).
In een spreidingsdiagram wordt elk punt in de grafiek bepaald door zowel een x- als een y-waarde. Twee kolommen met waarden worden geplot als x-coördinaten en y-coördinaten op een grafiek die de gegevenspunten in één gegevensreeks weergeeft.