Tekst typen en wijzigen op de iPhone
Met het schermtoetsenbord kun je in iPhone-apps tekst typen en bewerken.
Tekst typen met het schermtoetsenbord
In elke app waarin je tekst kunt typen, geef je het schermtoetsenbord weer door op een tekstveld te tikken. Tik op de toetsen om te typen of gebruik QuickPath (niet in alle talen beschikbaar) om woorden te typen door van letter naar letter te schuiven zonder je vinger op te tillen. Til je vinger pas op na de laatste letter van het woord. Tijdens het typen kun je beide methoden door elkaar gebruiken; je kunt zelfs midden in een zin van methode wisselen. (Als je door middel van schuiven een woord hebt getypt en vervolgens op tikt, wordt het hele woord gewist.)
Opmerking: Terwijl je met je vinger over het toetsenbord schuift om te typen, worden alternatieven voorgesteld voor het woord dat je invoert in plaats van voorspellingen voor het volgende woord.
Terwijl je typt, kun je het volgende doen:
Hoofdletters typen: Tik op de Shift-toets of raak de Shift-toets aan en schuif met je vinger naar de gewenste letter.
Caps Lock inschakelen: Tik dubbel op de Shift-toets.
Een zin snel met een punt en spatie eindigen: Tik dubbel op de spatiebalk.
Cijfers, leestekens en symbolen invoeren: Tik op de nummertoets of de symbooltoets .
De laatste bewerking ongedaan maken: Veeg met drie vingers naar links.
De laatste bewerking opnieuw uitvoeren: Veeg met drie vingers naar rechts.
Emoji's invoeren: Tik op of om naar het Emoji-toetsenbord te gaan.
Letters met accenttekens of andere alternatieve tekens invoeren: Houd je vinger op een toets en schuif naar de gewenste optie.
Je kunt ook tekst dicteren of een Magic Keyboard gebruiken (afzonderlijk verkrijgbaar) om tekst in te voeren.
Tekst selecteren en bewerken
Om tekst in te voegen, te bewerken of te vervangen, voer je een of meer van de volgende stappen uit:
Door een lang document navigeren: Houd je vinger op de rechterrand van het document en sleep de schuifbalk om naar de tekst te gaan die je wilt bewerken.
Tekst invoegen: Tik om het invoegpunt op de plaats te zetten waar je tekst wilt invoegen. Je kunt het invoegpunt ook slepen om het precies op de gewenste plaats te zetten. Begin met typen.
Een woord selecteren: Tik met één vinger tweemaal op het woord.
Een zin selecteren: Tik met één vinger driemaal op de zin.
Een alinea selecteren: Tik met één vinger viermaal op de tekst.
Een tekstgedeelte selecteren: Houd je vinger op het eerste woord in het blok en sleep naar het laatste woord.
Nadat je de te bewerken tekst hebt geselecteerd, kun je gaan typen of op de geselecteerde tekst tikken om opties weer te geven.
Knip: Tik op 'Knip' of beweeg drie vingers tweemaal naar elkaar toe.
Kopieer: Tik op 'Kopieer' of beweeg drie vingers naar elkaar toe.
Plak: Tik op 'Plak' of beweeg drie vingers uit elkaar.
Vervang: Bekijk suggesties voor vervangende tekst of laat Siri alternatieve tekst voorstellen.
B/I/U: Geef de geselecteerde tekst de gewenste opmaak.
: Bekijk meer opties.
Met het universele klembord kun je iets op het ene Apple apparaat knippen of kopiëren en op het andere plakken. Je kunt ook geselecteerde tekst verplaatsen binnen een app.
Tekst verplaatsen
Open een tekstverwerkingsapp en selecteer de tekst die je wilt verplaatsen.
Houd je vinger op de geselecteerde tekst totdat deze omhoogkomt en sleep de tekst vervolgens naar een andere locatie in de app.
Als je de tekst naar het begin of het eind van een lang document sleept, wordt automatisch door het document gescrold.
Als je je bedenkt bij het verplaatsen van de tekst, til je je vinger op voordat je begint met slepen of sleep je de tekst van het scherm af.
Typevoorzieningen instellen
Je kunt typefuncties zoals spellingcontrole en autocorrectie in- of uitschakelen.
Houd tijdens het typen met het schermtoetsenbord je vinger op of en tik op 'Instellingen toetsenbord'. Je kunt ook in Instellingen op 'Algemeen' > 'Toetsenbord' tikken.
In de lijst kun je speciale typefuncties in- of uitschakelen.
Spelling corrigeren
Als een onjuist gespeld woord rood is onderstreept, kun je dat woord corrigeren.
Tik op het onderstreepte woord om voorgestelde correcties te zien.
Tik op een voorgestelde correctie om het onderstreepte woord te vervangen.
Als het gewenste woord niet wordt weergegeven, corrigeer je het woord zelf door het te typen.
Typen met één hand
Om gemakkelijker met één hand te kunnen typen, kun je de toetsen dichter bij je duim plaatsen, op alle iPhone-modellen behalve iPhone SE (1e generatie).
Houd je vinger op of .
Tik op een van de toetsenbordindelingen. (Kies bijvoorbeeld om het toetsenbord naar de rechterkant van het scherm te verplaatsen.)
Om het toetsenbord weer in het midden te plaatsen, tik je op de rechter- of linkerkant van het toetsenbord.
Het toetsenbord als trackpad gebruiken
Houd één vinger op de spatiebalk totdat het toetsenbord lichtgrijs wordt.
Verplaats het invoegpunt door met je vinger over het toetsenbord te slepen.