Dit artikel is gearchiveerd,het wordt niet meer bijgewerkt door Apple.

Over macOS Server 5.5

Nadat je hebt geüpgraded naar macOS High Sierra 10.13.3, kun je bijwerken naar macOS Server 5.5.

Je kunt een Mac met macOS High Sierra 10.13.3 bijwerken naar macOS Server 5.5 via het paneel 'Updates' van de Mac App Store. Om te voorkomen dat voorzieningen worden onderbroken, worden Server-updates niet automatisch geïnstalleerd, zelfs niet als je ervoor hebt gekozen om andere updates van de Mac App Store automatisch te installeren.

Tijdens de installatie zie je mogelijk het bericht ‘De app Server is vervangen.' Dit is normaal bij de update. Alle instellingen en gegevens van Server blijven tijdens de update behouden.

Na de installatie open je de Server-app om de configuratie van alle eerder geconfigureerde voorzieningen te voltooien.

Profielbeheer

De algemene prestaties van Profielbeheer op systemen met een groot aantal ingeschreven apparaten zijn in Server 5.5 verbeterd. Verder zijn de volgende problemen opgelost:

  • Een probleem waarbij taken voor sommige apparaten mogelijk niet worden voltooid als het profiel 'Instellingen voor iedereen' is geïnstalleerd.

  • Een probleem waarbij hoog CPU-gebruik optrad en taken niet konden worden voltooid.

  • Een probleem dat leidde tot een onjuist geconfigureerde IKEv2 VPN-configuratiepayload.

  • Een probleem waardoor apparaatinschrijvingstaken niet werden voltooid.

  • Een probleem waardoor Active Directory-gebruikers niet konden inloggen op het portaal 'Mijn apparaten'.

  • Een probleem waardoor DEP of ASM niet opnieuw kon worden ingeschakeld als een verlopen of ongeldig token in gebruik was ten tijde van de wijziging van de algemene voorwaarden van DEP of ASM.

NetBoot

  • Oplossing voor een probleem waardoor NetBoot-schijfkopieën niet konden worden aangeboden.

Publicatiedatum: