Geheugen installeren in een iMac

Dit iMac-model is voorzien van SDRAM-sleuven (Synchronous Dynamic Random-Access Memory) nabij de ventilatieopeningen aan de achterkant van de computer, met de volgende geheugenspecificaties:

Voor optimale geheugenprestaties moeten DIMM's dezelfde capaciteit, snelheid en leverancier hebben. Gebruik SO-DIMM's (Small Outline Dual Inline Memory Modules) die aan al deze criteria voldoen:

• PC4-21333
• Niet-gebufferd
• Geen pariteit
• 260-pins
• 2666 MHz DDR4 SDRAM

Als je DIMM's met verschillende capaciteit hebt, raadpleeg dan het gedeelte Geheugen installeren voor installatieaanbevelingen.

Dit iMac-model is voorzien van SDRAM-sleuven (Synchronous Dynamic Random-Access Memory) nabij de ventilatieopeningen aan de achterkant van de computer, met de volgende geheugenspecificaties:

Gebruik SO-DIMM's (Small Outline Dual Inline Memory Modules) die aan al deze criteria voldoen:

• PC4-21333
• Niet-gebufferd
• Geen pariteit
• 260-pins
• 2666 MHz DDR4 SDRAM

Dit iMac-model is voorzien van SDRAM-sleuven (Synchronous Dynamic Random-Access Memory) nabij de ventilatieopeningen aan de achterkant van de computer, met de volgende geheugenspecificaties:

Gebruik SO-DIMM's (Small Outline Dual Inline Memory Modules) die aan al deze criteria voldoen:

• PC4-2400 (19200)
• Niet-gebufferd
• Geen pariteit
• 260-pins
• 2400 MHz DDR4 SDRAM

Dit iMac-model is voorzien van SDRAM-sleuven (Synchronous Dynamic Random-Access Memory) nabij de ventilatieopeningen aan de achterkant van de computer, met de volgende geheugenspecificaties:

Gebruik SO-DIMM's (Small Outline Dual Inline Memory Modules) die aan al deze criteria voldoen:

• PC3-14900
• Niet-gebufferd
• Geen pariteit
• 204-pins
• 1867MHz DDR3 SDRAM

Deze iMac-modellen zijn voorzien van SDRAM-sleuven (Synchronous Dynamic Random-Access Memory) nabij de ventilatieopeningen aan de achterkant van de computer, met de volgende geheugenspecificaties:

Gebruik SO-DIMM's (Small Outline Dual Inline Memory Modules) die aan al deze criteria voldoen:

• PC3-12800
• Niet-gebufferd
• Geen pariteit
• 204-pins
• 1600MHz DDR3 SDRAM

De interne componenten van een iMac kunnen warm zijn. Als je de iMac net nog hebt gebruikt, wacht je tien minuten nadat je de iMac hebt uitgezet om de interne componenten te laten afkoelen.

Volg deze stappen nadat je de iMac hebt uitgeschakeld en hebt laten afkoelen:

1. Koppel het netsnoer en alle andere kabels van de computer los.
2. Leg een zachte, schone doek op de tafel of een ander plat oppervlak om krassen op het scherm te voorkomen.
3. Pak de computer aan de zijkanten vast en leg hem voorzichtig op de doek met het scherm naar beneden.
4. Open de klep van het geheugenvak door te drukken op de kleine grijze knop net boven de aansluiting voor het netsnoer:

   

5. De klep van het geheugenvak gaat open wanneer de knop wordt ingedrukt. Verwijder de klep van het vak en leg deze opzij:

   

6. De tekening op de onderkant van de klep van het vak toont de hendels van de geheugenbehuizing en de richting van de DIMM. Zoek de twee hendels rechts en links van de geheugenbehuizing. Duw de twee hendels naar buiten om de geheugenbehuizing los te maken:

   

7. Trek de hendels van de geheugenbehuizing naar je toe zodra deze los is om toegang te krijgen tot de DIMM-sleuven.
8. Verwijder een DIMM door de module recht omhoog te trekken.  Let op de plaatsing van de inkeping aan de onderzijde van de DIMM. Bij het opnieuw installeren van DIMM's moet de inkeping aan de juiste kant zitten, anders past de DIMM niet in de sleuf:

   

9. Vervang of installeer een DIMM door deze in de sleuf te plaatsen en stevig te duwen totdat je merkt dat de DIMM in de sleuf klikt. Zorg er bij het plaatsen van een DIMM voor dat de inkeping op de DIMM is uitgelijnd met de DIMM-sleuf. Zoek hieronder je model voor specifieke installatie-instructies en inkepingslocaties:
   • DIMM's van iMac (Retina 5K, 27-inch, 2020) hebben een inkeping aan de onderkant, iets links van het midden. Als je DIMM's met verschillende capaciteit hebt, minimaliseer dan indien mogelijk het capaciteitsverschil tussen kanaal A (sleuven 1 en 2) en kanaal B (sleuven 3 en 4).
     
   • DIMM's van iMac (Retina 5K, 27-inch, 2019) hebben een inkeping aan de onderkant, iets links van het midden:
   • DIMM's van iMac- (27-inch, eind 2012) en DIMM's van iMac (Retina 5K, 27-inch, 2017) hebben een inkeping linksonder:
     
   • DIMM's van iMac- (27-inch, eind 2013) en DIMM's van iMac (Retina 5K, 27-inch, 2014, halverwege 2015 en eind 2015) hebben een inkeping rechtsonder:
     
10. Nadat je alle DIMM's hebt geïnstalleerd, duw je beide hendels van de geheugenbehuizing weer naar binnen totdat je een klik hoort die aangeeft dat ze zijn vergrendeld:
    
11. Doe de klep weer op het geheugenvak. Wanneer je de klep van het vak terugplaatst, hoef je de ontgrendelingsknop voor de klep van het vak niet in te drukken.
12. Zet de computer weer rechtop. Sluit het netsnoer en alle andere kabels weer aan op de computer en start de computer op.
    
    

De iMac voert een geheugeninitialisatieproces uit wanneer je deze voor het eerst inschakelt na het upgraden of herschikken van DIMM's. Dit proces kan 30 seconden of langer duren. Het beeldscherm van de iMac blijft donker tot het proces is voltooid. Wacht tot de geheugeninitialisatie is voltooid.

Gebruik SO-DIMM's (Small Outline Dual Inline Memory Modules) die aan al deze criteria voldoen:

i5 en i7 Quad Core iMac-computers worden geleverd met geheugen in beide bovenste sleuven. Deze computers starten niet op als slechts één DIMM is geïnstalleerd in een van de onderste sleuven, maar werken wel naar behoren als één DIMM is geïnstalleerd in een van de bovenste sleuven.

Als er in een Core Duo iMac-computer maar één DIMM zit, maakt het niet uit of deze in de bovenste of in de onderste sleuf is geïnstalleerd. (Met de 'bovenste' en 'onderste' sleuf wordt de plaats bedoeld waar de sleuven in de onderstaande afbeeldingen worden weergegeven. Met 'bovenste' worden de sleuven bedoeld die zich het dichtst bij het beeldscherm bevinden en met 'onderste' de sleuven die zich het dichtst bij de voet bevinden.)

De interne componenten van een iMac kunnen warm zijn. Als je de iMac net nog hebt gebruikt, wacht je tien minuten nadat je de iMac hebt uitgezet om de interne componenten te laten afkoelen.

Volg deze stappen nadat je de iMac hebt uitgeschakeld en hebt laten afkoelen:

1. Koppel het netsnoer en alle andere kabels van de computer los.
2. Leg een zachte, schone doek op de tafel of een ander plat oppervlak om krassen op het scherm te voorkomen.
3. Pak de computer aan de zijkanten vast en leg hem voorzichtig op de doek met het scherm naar beneden.
4. Verwijder met een kruiskopschroevendraaier het RAM-toegangsklepje aan de onderkant van de computer:
   
5. Verwijder het toegangsklepje en leg het opzij.
6. Maak het lipje in de geheugenvak los. Als je een geheugenmodule vervangt, maak je het lipje los en trek je er voorzichtig aan om de geïnstalleerde geheugenmodule vrij te geven.
   
7. Plaats de nieuwe of vervangende SO-DIMM in de juiste richting in de lege sleuf, zoals hieronder afgebeeld.
8. Duw de DIMM vast in de sleuf nadat je deze hebt geplaatst. Als het geheugen op zijn plaats zit, hoor je een zacht klikje:
   
9. Druk de lipjes boven de geheugen-DIMM's vast en plaats het geheugentoegangsklepje terug:
   
   
10. Zet de computer weer rechtop. Sluit het netsnoer en alle andere kabels weer aan op de computer en start de computer op.

Deze iMac-computers hebben twee SDRAM-sleuven (Synchronous Dynamic Random-Access Memory) naast elkaar onderin de computer.

Dit zijn de maximum hoeveelheden RAM (Random-Access Memory) die u in elke computer kunt installeren:

Je kunt een RAM-module van 1 of 2 GB in elke sleuf gebruiken voor de iMac (medio 2007) en iMac (begin 2008). Gebruik modules van 1 GB, 2 GB of 4 GB in elke sleuf voor de iMac (begin 2009).

Gebruik SO-DIMM's (Small Outline Dual Inline Memory Modules) die aan al deze criteria voldoen:

DIMM's met een van de volgende eigenschappen worden niet ondersteund:

• Registers of buffers
• PLL's
• Error-correcting code (ECC)
• Pariteit
• EDO-RAM (Extended data out)

De interne componenten van een iMac kunnen warm zijn. Als je de iMac net nog hebt gebruikt, wacht je tien minuten nadat je de iMac hebt uitgezet om de interne componenten te laten afkoelen.

Volg deze stappen nadat de iMac is afgekoeld:

1. Koppel het netsnoer en alle andere kabels van de computer los.
2. Leg een zachte, schone doek op de tafel of een ander plat oppervlak om krassen op het scherm te voorkomen.
3. Pak de computer aan de zijkanten vast en leg hem voorzichtig op de doek met het scherm naar beneden.
4. Verwijder met een kruiskopschroevendraaier het RAM-toegangsklepje onder aan de computer:
   
5. Verwijder het toegangsklepje en leg het opzij.
6. Maak het lipje in de geheugenvak los. Als je een geheugenmodule vervangt, maak je het lipje los en trek je eraan om de geïnstalleerde geheugenmodule vrij te geven:
   
7. Plaats de nieuwe of vervangende RAM SO-DIMM in de juiste richting in de lege sleuf, zoals hieronder afgebeeld.
8. Duw de DIMM vast in de sleuf nadat je deze hebt geplaatst. Als het geheugen op zijn plaats zit, hoor je een zacht klikje:
9. Druk de lipjes boven de geheugen-DIMM's vast en plaats het geheugentoegangsklepje terug:
   
10. Zet de computer weer rechtop. Sluit het netsnoer en alle andere kabels weer aan op de computer en start de computer op.

Gebruik voor de beste prestaties dezelfde geheugenmodules voor beide sleuven.

*iMac (eind 2006) gebruikt maximaal 3 GB RAM.

De interne componenten van een iMac kunnen warm zijn. Als je de iMac net nog hebt gebruikt, wacht je tien minuten nadat je de iMac hebt uitgezet om de interne componenten te laten afkoelen.

Volg deze stappen nadat je de iMac hebt uitgeschakeld en hebt laten afkoelen:

1. Koppel het netsnoer en alle andere kabels van de computer los.
2. Leg een zachte, schone doek op de tafel of een ander plat oppervlak om krassen op het scherm te voorkomen.
3. Pak de computer aan de zijkanten vast en leg hem voorzichtig op de doek met het scherm naar beneden.
4. Verwijder met een kruiskopschroevendraaier het RAM-toegangsklepje aan de onderkant van de iMac en leg het opzij:
   
5. Zet de DIMM-ejectieklemmen volledig open:
   
6. Plaats de RAM SO-DIMM in de juiste richting in de onderste sleuf:
   
7. Duw de DIMM met beide duimen omhoog in de sleuf nadat je deze hebt geplaatst. Gebruik de DIMM-ejectieklemmen niet om de DIMM erin te duwen omdat de SDRAM DIMM zo kan worden beschadigd. Als het geheugen op zijn plaats zit, hoor je een zacht klikje.
8. Sluit de ejectieklemmen:
   
9. Plaats het geheugentoegangsklepje terug:
   
   
10. Zet de computer weer rechtop. Sluit het netsnoer en alle andere kabels weer aan op de computer en start de computer op.

Volg deze stappen nadat je de iMac hebt uitgeschakeld en hebt laten afkoelen:

1. Koppel het netsnoer en alle andere kabels van de computer los.
2. Leg een zachte, schone doek op de tafel of een ander plat oppervlak om krassen op het scherm te voorkomen.
3. Pak de computer aan de zijkanten vast en leg hem voorzichtig op de doek met het scherm naar beneden.
4. Verwijder met een kruiskopschroevendraaier het RAM-toegangsklepje aan de onderkant van de iMac en leg het opzij:
   
5. Trek aan de twee hendels aan de zijkanten van het geheugenvak om de geïnstalleerde geheugenmodule uit te werpen:
   
   
6. Verwijder de geheugenmodule uit de iMac zoals hieronder wordt weergegeven:
   
7. Plaats de RAM SO-DIMM in de juiste richting in de bovenste sleuf:
   
   
8. Duw de DIMM met beide duimen omhoog in de sleuf nadat je deze hebt geplaatst. Gebruik de DIMM-ejectieklemmen niet om de DIMM erin te duwen omdat de SDRAM DIMM zo kan worden beschadigd. Als het geheugen op zijn plaats zit, hoor je een zacht klikje.
9. Sluit de ejectieklemmen:
   
   
10. Plaats het geheugentoegangsklepje terug:
    
11. Zet de computer weer rechtop. Sluit het netsnoer en alle andere kabels weer aan op de computer en start de computer op.

Als je iMac niet opstart of inschakelt nadat je geheugen hebt bijgeplaatst, controleer je elk van de volgende punten en probeer je vervolgens de iMac opnieuw op te starten.

• Controleer of het bijgeplaatste geheugen compatibel is met je iMac.
• Controleer elke DIMM om er zeker van te zijn dat ze correct zijn geïnstalleerd en goed vastzitten. Als een DIMM hoger zit of niet parallel is aan de andere DIMM's, verwijder en inspecteer je de DIMM's voordat je ze opnieuw installeert. Elke DIMM is gecodeerd en kan slechts in één richting worden geplaatst.
• Controleer of de hendels van de geheugenbehuizing op hun plek zijn vergrendeld.
• Zorg ervoor dat de geheugeninitialisatie tijdens het opstarten is voltooid. Nieuwere iMac-modellen voeren een geheugeninitialisatieprocedure uit tijdens het opstarten nadat je geheugen hebt bijgeplaatst, het NVRAM opnieuw hebt ingesteld of DIMM's opnieuw hebt gerangschikt. Dit proces kan 30 seconden of langer duren. Het beeldscherm van de iMac blijft donker tot het proces is voltooid.
• Koppel alle aangesloten randapparatuur los, behalve het toetsenbord, de trackpad en de muis. Als de iMac goed opstart, sluit je elk randapparaat een voor een weer aan om te bepalen welk apparaat verhindert dat de iMac naar behoren werkt. 
• Als het probleem blijft optreden, verwijder je de bijgewerkte DIMM's en plaats je de originele DIMM's terug. Als de iMac correct werkt met de originele DIMM's, neem dan voor hulp contact op met de geheugenleverancier of het verkooppunt.

iMac-modellen van voor 2017 kunnen een waarschuwingsgeluid maken wanneer je opstart nadat je geheugen hebt geïnstalleerd of vervangen:

• Eén toon die elke vijf seconden wordt herhaald, geeft aan dat er geen RAM is geïnstalleerd.
• Drie opeenvolgende tonen, gevolgd door een pauze van vijf seconden (herhaald) geven aan dat RAM niet door een gegevensintegriteitscontrole komt.

Als je deze tonen hoort, controleer je of het door jou geïnstalleerde geheugen wel compatibel is met de iMac en of het correct is geïnstalleerd door het opnieuw op zijn plaats te zetten. Als je Mac het geluid blijft maken, neem je contact op met Apple Support.